Kijk, kort gezegd komt het hierop neer:
Als je een bepaalde doorsnede hebt, liggen de randen van die doorsnede in de vlakken van het ruimtefiguur (kubus bijv.). De doorsnede die evenwijdig is aan de 1e doorsnede heeft dan randen die evenwijdig lopen met die van de 1e doorsnede. Door hetzelfde vak lopen dan randen die evenwijdig zijn aan de randen van de 1e doorsnede in dat vlak. Als twee vlakken evenwijdig zijn (bijv. voor- en achtervlak van een balk), dan zijn de randen van de
doorsneden die in dat vlak liggen ook evenwijdig. De rand van de doorsnede die in het voorvlak van een balk ligt, is dus evenwijdig aan de rand die in het achtervlak ligt. Je moet dus door vlakken die evenwijdig aan elkaar zijn lijnen tekenen die evenwijdig zijn aan de lijnen van doorsnede 1.
Ik hoop dat het een beetje duidelijk is (beetje moeilijk uitleggen zonder tekening...

)
Veel succes!