Om te beginnen maken die eerste 4 natuurlijk niets uit, dus de vraag herleidt zich dus tot de kans om met één dobbelsteen in twee worpen een vijf te gooien.
Die kans is de som van de kansen op direct een 5 bij de eerste worp (1/6) en geen vijf bij de eerste worp maar wel bij de tweede (5/6*1/6), dus: 1/6 + 5/6*1/6 = 11/36.
Uiteraard kan het niet gewoon 1/6 + 1/6 = 1/3 zijn want dat zou betekenen dan je met 6 worpen (6 * 1/6 = 1) zeker zou zijn van een 5 en bij meer dan 6 worpen een kans > 1 zou bekomen.
__________________
"God has not created man, but man created God." (L. Feuerbach)
|