Hallo allemaal. Het volgende stuk heb ik geschreven als eerste hoofdstuk van een 'modern sprookje'. Het is de bedoeling dat het uiteindelijk een verhaal wordt met veel zelfreflectie van de hoofdpersoon. Hij zit gevangen ergens in de krochten van zijn eigen psyche, en zal op verschillende plaatsen wakker worden, en middels deze zelf gecreëerde realiteit door te dringen tot de kern van zijn problemen.
Mijn vraag aan jullie is simpel: Zou je na deze opening graag verder willen lezen?
Meno opende zijn ogen en staarde naar de blauwe lucht boven hem. In de verte zag hij een aantal kleine wolkjes die als plukjes watten langs de horizon dreven. Aan de bladeren hingen nog verse regendruppels die langzaam naar het eind van de nerf rolden om zich vervolgens onverschrokken ter aarde te storten. Het helder groene gras waar hij in lag was nat en langzaam voelde hij de kou van het vocht door zijn kleren trekken. Met knipperende ogen kwam hij langzaam overeind om eens goed om zich heen te kunnen kijken. Geen teken van leven, alleen gras met wat bomen die lange schaduwen over het glooiende landschap trokken. Hij maakte zijn handen nat aan het gras om zijn gezicht te deppen maar al gauw zat hij onder de modder. Een intense drang naar een douche of bad drong zich aan hem op, maar eerst moest hij maar eens uitzoeken waar hij in godsnaam terecht was gekomen. Hij probeerde zich te concentreren maar kon zich niet herinneren wat er gebeurd was.
Het laatste dat hem bijstond was dat hij in Rotterdam op de tram stond te wachten. Het was laat dus dat moest minstens een dag geleden geweest zijn. Was hij misschien beroofd? Meno voelde of zijn portemonnee nog in zijn kontzak zat, niet dus. Maar waarom zouden ze hem ergens de provincie in gebracht hebben, dat klinkt niet bepaalt als een alledaagse beroving. Het was duidelijk dat hij naar het dichtstbijzijnde politiebureau moest gaan. Eenmaal staand nam hij de omgeving nog eens goed in zich op. Dit zag er niet uit als Zuid-Holland. Limburg zou kunnen, gezien de heuvels. In de verte zag hij een beekje stromen. Langs water wonen mensen, dacht hij bij zichzelf. Even waande hij zich een ware ontdekkingsreiziger maar die gedachte verdween snel toen hij probeerde in te schatten hoe ver hij zou moeten lopen. De beek was minstens een kilometer verderop, en tot aan de horizon zag hij alleen maar gras en bomen. De zon stond laag maar hij had geen idee of die opkwam of onderging. Enige haast was dus geboden, anders zou hij hier nog ergens onder zo’n boom moeten slapen. Met een wijd gebaar keek hij omhoog, hij wilde iets roepen maar begon toch maar zuchtend te lopen.
Bij de rivier aangekomen ging hij uitgeput op de grond zitten. Een kilometer door hoog gras is duidelijk niet hetzelfde als een kilometer door een winkelstraat in Rotterdam. Door het vochtige gras was zijn broek tot aan zijn knieën doorweekt geraakt. Een lichte vlaag van wanhoop speelde even door zijn hoofd toen bleek dat hij nog steeds geen schuurtje of boerderij in zicht had. Ook was inmiddels duidelijk geworden dat de zon niet aan het opkomen was. De schaduwen van de bomen waren nog langer geworden, waardoor ze zelf zo mogelijk nog groter leken. Ongeveer anderhalve kilometer stroomopwaarts zag hij een reusachtige eik. Mocht hij dan nog steeds niet bij de bewoonde wereld in de buurt zijn, dan zou die in ieder geval wat beschutting kunnen bieden.
Hij probeerde zichzelf wat moed in te praten: ‘Dit is een goede test Meno, jarenlang prat gaan op je doorzettingsvermogen en dan nu opgeven, dat kan dus niet!’ Met een dosis nieuwe energie vervolgde hij zijn weg. Het liep nu iets makkelijker omdat de begroeiing minder dicht was dan in het open veld. Hoewel dit misschien niet de beste tijd was om te genieten was het uitzicht fenomenaal. De ondergaande zon zette het kabbelende beekje in fel rode en oranje tinten. De kruinen van de bomen werden met een warme aura omgeven en af en toe braken er wat lichtstraaltjes door de deinende bladeren.
Hoe kwam hij hier toch terecht? En waar was hij? Met tegenzin begon hij te overwegen of hij überhaupt nog wel in Nederland was.
Laatst gewijzigd op 31-03-2011 om 11:21.
|