Registreer FAQ Ledenlijst Berichten van vandaag


Ga terug   Scholieren.com forum / Kunst & Cultuur / Verhalen & Gedichten
Reageren
 
Topictools Zoek in deze topic
Oud 19-07-2004, 21:24
Aléantheriël
Avatar van Aléantheriël
Aléantheriël is offline
Een verhaaltje dus, een van mijn eerste nog maar dus kritiek is welkom, want ik moet nog leren




‘Doe je ogen dicht, dan proef je het beter,’ fluisterde hij in haar oor. Hij stond achter haar en drong met zijn vinger, waarvan de top bedekt was met een zwart goedje, haar mond binnen. Haar rode lippen sloten zich om zijn vingers terwijl ze met haar tong de smurrie van de vingertop afveegde. Opgewonden bedacht hij hoe het was als haar lippen zich om iets anders sloten en haar tong een ander lichaamsdeel beroerde.
‘En hoe vind je het?’ vroeg hij gretig. Ze smakte nog eens na om de smaak terug te halen.
Zoutig, slijmerig, met nog iets anders, wat er niet in thuis hoorde, er doorheen. De bittere smaak van after shave op zijn vingers.
Zijn vochtige vinger wreef over haar sleutelbeen.
‘Heerlijk,’ antwoordde ze. Ze draaide haar hoofd naar haar minnaar, die nu weer op zijn plaats zat, tegenover haar aan de kersenhouten tafel met het roodgeblokte tafelkleed. Hij knikte haar tevreden toe.
‘En nu lief, heb ik nog een heerlijke verrassing voor je,’
Met een ingenomen gezicht boog hij zich onder de tafel naar zijn koffertje, dat op de grond naast hem stond. Ze kreeg een onaangenaam idee over wat hij bedoelde en verstarde onwillekeurig. Ze keek aandachtig naar haar zorgvuldig roodgelakte nagels.
‘Nee.’
Terwijl hij bezig was met overeind komen, stokte die soepele beweging. Hij keek naar haar op, met gebogen rug en met ogen die net boven de tafelrand uitkwamen.
‘Caro…wat niet?’ vroeg hij bezorgd.
Carolynns hand pakte haar glas champagne en heel rustig nam ze een slokje. Daarna zette ze beheerst het hoge glas weer op het tafelkleed en hoopte dat hij niet had gezien dat haar hand onwillekeurig toch getrild had.
‘Nou gewoon… ik wil het niet. Ik wil niet met je trouwen, Albert.’
Hij kwam met een schok overeind en ging recht op het wankele restaurant stoeltje zitten. In zijn hand had hij inderdaad een bruin, leren doosje met in goudkleurige letters een opdruk van de naam van een juwelier. Hij zweeg. Keek haar verbaasd aan en speelde met het doosje in zijn handen. Carolynn had opeens belangstelling voor een vetvlek in het tafelkleed en analyseerde waar die van afkomstig zou zijn. Waarschijnlijk van haar Kreeft Deluxe van vroeger op deze avond, stelde ze vast. Nu ze geen reden meer had om naar het tafelkleed te staren keek ze Albert weer aan. Hij vatte dat op als een tweede kans.
‘Maar …kijk dan Caro, kijk eens hoe prachtig deze ring is. Hoe mooi ze schittert.’
‘Ja, ze is mooi…’
‘Maar…’
‘Er is geen maar. Niet voor die ring tenminste. Die ring wil ik best hebben…maar jou niet.’
Haar vingers betastten de indigoblauwe, glazen voet van haar champagneglas, om haar zenuwachtigheid een uitweg te geven, zodat hij niet over zou slaan op haar stem.
Ze keek naar de man tegenover haar. Ze kon niet zeggen of hij kwaad zou worden, of verdrietig, want nu was hij nog te verbaasd om enige andere emotie te tonen. Carolynn hoopte dat hij boos zou worden. Daar kon ze beter tegen dan tegen huilende mannen.
Albert probeerde zijn gezicht weer in de onverschillige plooi te trekken die zo kenmerkend voor hem was. Het lukte niet erg, zag ze. Het gaf hem de mistroostige indruk van een verdrietige clown.. Zo’n man was zeker niet gewend om afgewezen te worden, dacht ze met een steek van medelijden. Maar dat duurde niet lang, want écht medelijden met mannen had ze nog nooit gehad. Al de mannen die ze had gehad, waren net als Albert mooie, rijke mannen geweest, maar allemaal gingen ze haar op den duur vervelen en allemaal hadden ze het af moeten leggen tegen haar eeuwige verlangen naar vrijheid en perfectie.
Albert trok zijn mond in een onverschillige grijns. Zijn vingers speelden met de ring. Gleden over het koele, gladde goud, onderbroken door blinkende diamantjes.
‘Dus je…houdt niet van me,’ bracht hij moeilijk uit.
‘Nee.’
Albert keek in Carolynns ogen. Hij verdronk opnieuw in het diepe blauw, net zoals de eerste keer. Maar nu stelde hij vast dat haar ogen net oceanen waren. Blauw en prachtig, maar ondertussen diep en verraderlijk koud, ook al bevroren ze nooit. Ze gunden je geen zachte, snelle dood, maar een langzame dood door onderkoeling.
‘En waarom houd je niet van me?’ hakkelde Albert.
Carolynn haalde haar schouders op.
‘Je wilt te veel, en je betekent te weinig om zoveel te willen. Ach, het is niet onder woorden te brengen, eigenlijk.’
Ze bracht het glas champagne weer naar haar mond, nam een slokje en zette het glas behoedzaam weer neer op zijn wankele voet. Daarna veegde ze haar mond af met een sneeuwwit servet, zich ongemakkelijk bewust van Alberts ogen die al haar bewegingen volgden, wachtend op nieuwe woorden.
‘Eigenlijk, heb ik nooit van je gehouden. Ja, natuurlijk, aan het begin wel, of tenminste, toen dacht ik dat ik van je hield, maar dat was uiteindelijk ook al snel afgelopen,’
Ze schepte een lepeltje kaviaar op een toostje om Albert niet aan te hoeven kijken, hoewel ze wel een idee had van zijn gelaatsuitdrukking.
‘Maar, waarom heb je toch nog zo vaak met mij het … eh.. spel der liefde gespeeld?’
‘Precies zoals je zegt. Ik had wel liefde nodig. Jij was mijn manier om liefde te voelen.’
Albert keek haar verbaasd aan, zijn ogen vroegen om uitleg.
Carolynn nam krakend een hap van haar toostje, proefde nauwkeurig.
‘Zeg, Albert, deze kaviaar is inderdaad…’
‘Caro!’
‘Oké, oké, ik zal open kaart met je spelen. Wat wil je weten?’
‘Waarom je liefde wil voelen terwijl er geen liefde in je zat.’
‘Omdat jij van mij hield, voelde ik liefde, in de vorm van lichamelijke intimiteit. Liefde vóór mij is de enige liefde die ik ooit heb gevoeld en ook de enige liefde die ik nodig had. Je zal het wel niet begrijpen, maar niet alles is in woorden onder te brengen. De reden waarom ik seks met je had was om de liefde. Jou nam ik eigenlijk als een soort bijkomendheid, onlosmakend verbonden met je liefde.. Met je trouwen wil ik dus niet, aangezien ik dan ook met je nadelen moet leven. Die nadelen komen minder tot zijn recht als je alleen mijn minnaar bent.’
Het bleef stil. Albert poetste zijn ring op met het tafellaken. Carolynn smeerde nog een toostje vol met zwarte kaviaar. Albert schraapte zijn keel, en Carolynn keek op.
‘Ik denk dat ik het een beetje snap Caro. Ik heb wel veel van je gehouden, maar zeg eens…was ik wel een goede minnaar?’
‘Laat ik het zo zeggen. De liefde die jouw handelingen dreef was goed. Intens en krachtig. Zuiver en perfect. Maar die handelingen werden niet zo perfect uitgevoerd…maar trek het je niet aan, dat is de imperfectie van de mens om met de liefde om te gaan.’
‘Dus.. ik was niet goed,’ stelde Albert vast.
‘Trek het je niet persoonlijk aan zei ik! Je bent goed als mens, maar wat minder als minnaar, oké? Ik wil perfectie en die kan ik bij jou niet vinden. Net zomin als bij anderen. En daarom wil ik je niet. Ik wil onvoorwaardelijke liefde zonder nadelen als humeurig zijn, of niet willen koken. Daar kan ik niet tegen, niet nu, nooit. Zelfs niet even, laat staan een heel leven.’
Albert keek in zijn champagneglas. Tot haar afschuw zag Carolynn zijn ogen vochtiger worden dan normaal. Ze zag het water gevaarlijk balanceren op de rand van zijn ogen. Snel pakte ze haar glas en sloeg de rest van haar champagne achterover.
‘Sorry Albert, het lijkt me beter dat ik ga, om je verder pijn te besparen.’
Ze schoof haar stoel naar achter en stond op. Ze liep om het tafeltje heen om Albert nog een laatste kus op zijn mond te geven, maar hij draaide zijn hoofd af van de rode lippen waarvan hij zoveel gehouden had.
Ze liep naar de uitgang. Nog een laatste maal draaide ze haar gezicht naar Albert die verloren en alleen aan de kersenhouten tafel zat.
‘Ik wilde dat we vrienden konden blijven,’ zei Carolynn spijtig . Ze was zich ervan bewust dat het dé dooddoener was, maar ze kon niets anders bedenken. Ze gooide haar blonde haar over haar schouders en liep naar de uitgang. Ze sloot de glazen deur tussen haar en haar ex-minnaar. Al snel onttrok de nacht haar aan het zicht.

Albert staarde naar de lege plaats tegenover hem, waar een paar minuten geleden nog de prachtige vrouw had gezeten waar hij zoveel van had gehouden. Hij zag de sporen van haar verloren aanwezigheid. Rode lipstick op het champagneglas, een roze vetvlek van haar Kreeft Deluxe, kruimeltjes van toostjes, die Carolynn nooit netjes kon eten.
Die dingen hadden hem altijd vertederd als ze net vertrokken was, maar toen was ze vertrokken om terug te komen. Nu was ze weg, voor altijd en haar aanwezigheid tijdens haar afwezigheid ergerden hem.
Hij dronk de rest van zijn champagne lusteloos op en legde genoeg geld op tafel om het diner te betalen. Daarna liep hij weg. Bij de uitgang draaide hij om en beende terug naar het tafeltje waar Carolynn nog zo onopvallend opvallend aanwezig was en pakte haar bevlekte champagne glas. Hij hield het hoog boven de grond en liet het toen los. Het tere glas brak en de duizenden splintertjes verspreidden zich over het glanzende marmer als kleine, glimmende diamantjes.
Albert richtte er een laatste blik op en liep toen onverschillig weg.
Door het glas te breken hoopte hij ook de herinnering aan Carolynn te versplinteren, maar net als de glassplinters bleef ook de gebroken gedachten duidelijk zichtbaar, glimmend, aanwezig in zijn hoofd.

Laatst gewijzigd op 20-07-2004 om 16:15.
Met citaat reageren
Advertentie
Oud 19-07-2004, 22:17
(PiTT)
(PiTT) is offline
sorry ik kom er niet doorheen. iedere keer wordt het gesprek weer verbroken door een ongemakkelijke handeling van carolynn en dat vind ik (op dit moment) best irritant
kprobeer het morgen even opnieuw
Met citaat reageren
Oud 20-07-2004, 13:48
Verwijderd
Ik vind het mooi
De elitaire houding van Carolynn wordt goed geschreven en ik vind het niet moeilijk om er doorheen te komen.
Soms weef je er leuke rijmende zinnen doorheen, die vind ik altijd leuk om te leven
Misschien kan ik niet goed zoeken, maar ik heb geen foutjes gevonden.

Grim - komt er meer?
Met citaat reageren
Oud 20-07-2004, 14:00
nemo89
nemo89 is offline
dít is wél perfectie! echt, helemaal fantastisch! I want more!
__________________
I shall not say: do not weep, for not all tears are evil
Met citaat reageren
Oud 20-07-2004, 14:32
Verwijderd
Ik vind dit wel wat hebben. Echt zo'n soort liefdesromannetje (tot nu dan he, kweet nie wat je er verder mee van plan bent). Ik vond het wel goed geschreven. Ik bleef me afvragen wat dat zwarte spul was tot dat duidelijk werd dat het kaviaar was. Ik vond het in ieder geval prima geschreven.
Met citaat reageren
Oud 20-07-2004, 17:36
Nijn*
Avatar van Nijn*
Nijn* is offline
Citaat:
Blauw en prachtig, maar ondertussen diep en verraderlijk koud, ook al bevroren ze nooit. Ze gunden je geen zachte, snelle dood, maar een langzame dood door onderkoeling.
Prachtig stuk! Echt heel mooi omschreven..
Citaat:
maar niet alles is in woorden onder te brengen.
Je gebruikt deze zin twee keer in een kort stuk, dat vond ik een beetje jammer..
Citaat:
Nog een laatste maal draaide ze haar gezicht naar Albert die verloren en alleen aan de kersenhouten tafel zat.
Nogmaals een prachtige zin! Je leeft helemaal mee met Albert..
Citaat:
tijdens haar afwezigheid ergerden hem.
Ergerde is het toch?

Heel mooi geschreven! Ga zo door!
Nijn*
__________________
*--Sometimes the only way to stay sane is to go a little crazy..- My life turned around, but I still believe in my dreams..--*
Met citaat reageren
Oud 20-07-2004, 18:14
Aléantheriël
Avatar van Aléantheriël
Aléantheriël is offline
Iedereen dankjewel voor het commentaar

En Nijn, je hebt gelijk, het is idd ergerde, moet ik maar veranderen en PiTT, ik hoop dat je er wel doorheen komt als je t nog een keer leest.

*nog iemand kritiek? *

Aléantheriël

Laatst gewijzigd op 20-07-2004 om 20:39.
Met citaat reageren
Oud 21-07-2004, 09:59
Een Tweeling
Avatar van Een Tweeling
Een Tweeling is offline
Je schrijfstijl spreekt me aan, ik las de eerste zin en had het uit voor ik het door had. Mooi hoor!

Die zin van die oceaan, die Nijn* ook al zo mooi vond, vind ik ook erg goed gevonden! Wel een beetje cliché; verdrinken in ogen etc, maar toch .

Citaat:
Carolynn nam krakend een hap van haar toostje, proefde nauwkeurig.
Hier moest ik even om lachen. Eigenlijk staat er dan Carolynn zelf kraakt op het moment dat ze een hap van het toastje neemt, niet het toastje zelf.

Die Albert houd zich trouwens wel goed, terwijl zijn liefde binnen enkele minuten voorgoed uit zijn leven verdwenen is. Ik denk niet dat ik ook zo cool zou blijven!

Vervolg?
__________________
De dokter zei: 'volgens mij ben je schizofreen.' Maar wij denken van niet.
Met citaat reageren
Oud 21-07-2004, 11:45
*~Angel~*
Avatar van *~Angel~*
*~Angel~* is offline
Leuk en een origineel stuk! Leuk beschreven en het is weer eens wat anders Ik heb ook geen foutjes kunnen ontdekken behalve dan van die toast, maar dat was al genoemd.
Gaat het nog verder?
Met citaat reageren
Oud 21-07-2004, 11:56
(PiTT)
(PiTT) is offline
aha! hehe als je het leest om het te begrijpen (ipv om het lezen) wordt ie opeens een stuk leuker je hebt er inderdaad hele mooie omschrijvingen inzitten! het eind is ook mooi met die galssplinters.
Met citaat reageren
Oud 21-07-2004, 12:24
Aléantheriël
Avatar van Aléantheriël
Aléantheriël is offline
Bedankt voor jullie reacties..
Beetje stomme fout met die krakende toast Had m zelf niet gezien

Ik weet nog niet of er een vervolg op komt, maar ik ben erover aan het nadenken

Aléantheriël
Met citaat reageren
Oud 21-07-2004, 12:35
Een Tweeling
Avatar van Een Tweeling
Een Tweeling is offline
Wat (PiTT) al ook al zei:

Citaat:
Door het glas te breken hoopte hij ook de herinnering aan Carolynn te versplinteren, maar net als de glassplinters bleef ook de gebroken gedachten duidelijk zichtbaar, glimmend, aanwezig in zijn hoofd.
Zelfde verhaal, nu lijkt het net of die glassplinters ook in zijn hoofd blijven zitten!
__________________
De dokter zei: 'volgens mij ben je schizofreen.' Maar wij denken van niet.
Met citaat reageren
Oud 21-07-2004, 12:51
Aléantheriël
Avatar van Aléantheriël
Aléantheriël is offline
Dat zie ik dan minder.. ik had er wel 'net als' bijgezet, dus het is een vergelijking met glassplinters.

Denk ik...

Aléantheriël
Met citaat reageren
Oud 21-07-2004, 13:33
Verwijderd
Citaat:
Aléantheriël schreef op 21-07-2004 @ 13:51 :
Dat zie ik dan minder.. ik had er wel 'net als' bijgezet, dus het is een vergelijking met glassplinters.

Denk ik...

Aléantheriël
Maar dan zeg je:

Door het glas te breken hoopte hij ook de herinnering aan Carolynn te versplinteren, maar de glassplinters en de gebroken gedachten bleven beiden ook duidelijk zichtbaar, glimmend, aanwezig in zijn hoofd.



Dus ik gok :

Door het glas te breken hoopte hij ook de herinnering aan Carolynn te versplinteren, maar net als de glassplinters bleven ook de gebroken gedachten in zijn hoofd duidelijk zichtbaar en glimmend.

ofzo

Grim
Met citaat reageren
Oud 21-07-2004, 17:03
Aléantheriël
Avatar van Aléantheriël
Aléantheriël is offline
Ik heb besloten dat er een vervolg komt
Met citaat reageren
Oud 21-07-2004, 17:10
Aléantheriël
Avatar van Aléantheriël
Aléantheriël is offline
Albert sloot de deuren van het restaurant en liep door de nacht naar zijn auto. Hij vervloekte zichzelf omdat hij de auto zo ver van het restaurant af geparkeerd had. Dat had hij vroeger in de avond nog bewust gedaan ook. Een eind naar de auto lopen met Carolynn, die zich warm tegen hem aan nestelde, aan zijn zijde bood altijd ruimschoots gelegenheid voor zeer gewenste intimiteiten. Een omhelzing, een zoen, of meer.

De frisse nachtlucht kalmeerde Albert enigszins. Hij opende het portier van zijn auto en ging achter het stuur zitten. Daar dacht hij na. De lege plaats naast hem ergerde hem. Hij gooide het doosje met de ring op de achterbank. Nog steeds bleef hij rusteloos. Tenslotte boog hij zich over naar de passagiersplaats, rommelde in het dashboard kastje en haalde er een lipstick, een zoet ruikend zakdoekje en een flesje parfum uit. De lipstick landde met een mooi boogje op de keien naast de auto. Het flesje parfum onderging hetzelfde lot. Het kunstige flesje brak op de harde ondergrond en het dure vocht vormde een donkere vlek op de stenen. Als laatste pakte Albert het zakdoekje, dat gemaakt was van een dunne zachte stof. Hij hield het voor zijn gezicht, spande het met twee handen strak, en scheurde het toen langzaam doormidden. Hij genoot van het geluid van de scheurende stof en stelde zich voor dat het Carolynn was. Hij klemde de stukken stof in zijn hand en draaide de contactsleutel om. Waar zou hij heen gaan? De nacht was nog jong.
Hij besloot naar de duurste club van de stad te gaan. In die club kwamen de rijkste mannen uit de streek en met hen, wat het belangrijkste was, ook de mooiste vrouwen. Deze vrouwen werden onweerstaanbaar aangetrokken door de geur van geld en zwermden als aasgieren naar de club toe. Leuk voor een nachtje, of twee, als ze geluk hadden.

Albert draaide zijn auto de parkeerplaats op en liep naar de ingang van de club. Hij liet de portier zijn pas zien en liep door naar binnen. Het was niet druk. Hij liep naar een hoektafeltje en plofte op de zachte bank neer. Om hem heen stonden overal oude, maar rijke mannen. Zij waren veelal vergezeld door een prachtige jonge vrouwen, die zich aan hen vastzogen als een zeepok die voedsel ruikt. Albert zuchtte. Hadden die mannen nou echt niet door dat de vrouwen alleen het geld uit hen probeerden te zuigen? Hij stak een sigaar op en verzonk weer in de gedachten die hij juist probeerde te vermijden door naar deze club te gaan.
‘Hey,’ zei een stem en tegelijk voelde Albert een hand op zijn schouder. Hij draaide zijn hoofd naar het geluid toe en hij keek in twee diepbruine ogen. ‘Zit je hier alleen,’ vroeg de vrouw weer. Albert knikte. De vrouw keek hem meewarig aan. ‘Dat kan toch bijna niet,’ lachte ze. ‘Mag ik erbij komen zitten?’ Albert haalde onverschillig zijn schouders op. Zij vatte dit op als een aanmoediging en schoof aan op de zachte bank. ‘Ik ben Jamie,’ zei ze. Albert monsterde de vrouw. Lichtgetint, glanzend zwart haar, grote ogen. Knappe vrouw. ‘Albert,’ zei hij, antwoordend op de vragende uitdrukking in haar bruine ogen. ‘Wat doe je voor een werk,’ begon Jamie een gesprek. Albert was de interesse in de vrouw alweer verloren. Dit was voor hem een vraag waar hij op afknapte. Vrouwen die gelijk naar je werk vroegen, waren over het algemeen alleen op geld uit. Daar hield hij niet van. Hij hield meer van Carolynns geheimzinnige tactiek. Zij had die avond een spannende afstand gecreëerd die hem dodelijk nieuwsgierig had gemaakt naar die vrouw, die zo anders was dan de rest.

Het was druk in de club die avond. Albert amuseerde zich met een mooi, jong meisje waarvan hij de naam de volgende dag al vergeten was.
‘Mag ik erbij komen zitten,’ vroeg een zwoele stem. Albert keek onverschillig op en bemerkte dat de stem afkomstig was van een blonde vrouw. Hij haalde zijn schouders op. ‘Het is goed hoor,’ antwoordde hij. Het meisje aan zijn rechterzijde klemde zich nog wat dichter tegen hem aan, alsof ze de blonde vrouw wilde merken dat Albert van haar was. Albert hoopte dat het niet uit zou lopen op een ordinaire bitchfight, die wel vaker plaatsvonden in deze club, als de ene vrouw jaloers was op de andere. Het bleek dat hij zich voor niets zorgen maakte. De vrouw die links van hem zat ging zo ver mogelijk van hem afzitten en toonde hem geen blik waardig. Het was duidelijk dat ze alleen naast hem zat omdat er verder geen plaats voor haar was. Ze stak een sigaret op en blies sliertjes rook uit haar mond, wat Albert opeens iets heel erotisch vond hebben. Hij keek aandachtig naar het profiel van de blondine, tot ergernis van de brunette aan zijn rechterkant. Zij begon hem opdringerig te zoenen en zijn aandacht vast te houden. Albert merkte dat de brunette hem niet meer interesseerde. Het aura van mysterie om de vrouw links van hem trok hem daarentegen onweerstaanbaar aan. Toen zijn aanbidster even naar de toilet was, waarschijnlijk om haar make-up voor de tiende keer bij te werken, greep hij zijn kans.
‘Ken ik jou niet ergens van,’ begon hij, niet bijster origineel. De blondine keek hem aan met diepe, violette ogen, die in daglicht hemelsblauw zouden moeten zijn. Ze blies een kringeltje rook uit.
‘Nee,’ antwoordde ze, en wendde haar blik weer van hem af. Albert gaf niet op. Hij moest en zou deze mysterieuze vrouw krijgen.
‘Wat is je naam?’ vroeg hij.
‘Carolynn.’ Ze zei het lusteloos, alsof ze dat die avond al honderd keer had moeten herhalen.
‘Mooie naam.’
‘Hoe vaak heb je dat deze avond al gezegd? Tien keer? Vaker?’
‘Nog maar twee keer,’ gaf Albert toe en begon te lachen. Deze Carolynn liet zich niet afschepen met goedkope versiertrucs. Dat zei hij ook. Ze begon te lachen. Als ze lachte, maakte dat haar ogen heel speciaal, alsof er lichtjes begonnen te schijnen.
‘Ach, ligt eraan wie ze brengt,’ zei ze knipogend. ‘Laten we opnieuw beginnen,’ stelde ze voor en stak haar hand uit.
‘Carolynn.’
‘Albert.’
‘Mooie naam.’
Ze lachten allebei en vanzelf ontwikkelde zich een gesprek. Carolynn ging met hem mee naar zijn huis.

‘Sorry Jadie,’ begon Albert.
‘Jamie.’
‘Oké, sorry Jamie, maar ik geloof dat ik daar iemand zie die ik ken,’ verontschuldigde Albert zich en schoof uit de bank. Hij liep naar de bar en bestelde een champagne. Er stond hier niemand die hij kende, maar die Jadie, Jamie, kon hem niet langer boeien. Verveeld keek Albert om zich heen.
Toen zag hij haar. Ze droeg een champagnekleurige, stijlvolle jurk. Het verbaasde hem. Caro droeg nooit champagnekleurige kleding. Hij liep naar haar toe. ‘Wil je wat van me drinken,’ vroeg hij. Het blonde hoofd draaide zich naar hem toe en het meisje sloeg haar zwarte wimpers op. De kleur was fout. Groen, met een paar bruine vlekjes bij de pupil. ‘Ik heb al iets,’ zei ze, met een heldere, zachte stem. Ook de verkeerde stem. Dit was Carolynn niet. Hij had het eigenlijk ook niet gedacht, maar wel gehoopt. Maar, al was dit Caro niet, ze was goed genoeg om de gedachte aan haar te verdrijven, besloot hij. Het Carolynn-meisje gebaarde naar een glas rode wijn op de bar. ‘Sorry, dat was dom,’ verontschuldigde Albert met een charmante lach. Al was dit meisje Caro niet, ze was goed genoeg om de gedachte aan haar te verdrijven, besloot hij. Zijn lach had effect. De groene ogen van het meisje opende zich en ze lachte een klaterende lach. ‘Het geeft niet,’ zei ze. ‘Ik zou trouwens wel wat mét je willen drinken,’ knipoogde ze. Albert lachte weer. ‘Ga je met me mee naar huis, daar heb ik beter spul dan hier.’ Ze stemde toe.

Bij Albert thuis vloeide de champagne rijkelijk en naarmate Albert meer dronk, vond hij het meisje ook steeds mooier en liever. ‘Mooi huis,’ zei het meisje, Fiona, goedkeurend. ‘Jij maakt elke ruimte mooi,’ antwoordde Albert. Hij besefte dat Carolynn hier nooit ingetrapt zou zijn. Fiona giechelde meisjesachtig. Ze sloeg haar benen over elkaar, waarbij haar jurk een stuk opkroop. ‘Mooie benen,’ zei Albert. ‘Dankje,’ giechelde Fiona weer.
Na het zoveelste glas champagne keek Fiona geschrokken op de klok. Ze kwam overeind en zocht haar tasje. ‘Ik moet naar huis,’ verontschuldigde ze zich. ‘Ik breng je wel,’ bood Albert aan. Ze nam zijn aanbod opgelucht aan.

Albert opende het portier voor Fiona. Ze stapte in en legde haar hand op zijn been. De warmte van haar verzorgde hand drong tot diep in zijn lichaam door. ‘Bedankt dat je me wilt brengen,’ fluisterde ze. Albert zei niets. Hij zou zichzelf verraden als hij iets zou zeggen. Hij startte de motor. ‘Stop!’ gilde Fiona opeens, ‘Ik ben mijn armband kwijt. Misschien ligt hij op de achterbank.’ Ze stapte uit en opende de portier van de achterbank. Ze begon driftig te zoeken. Albert had door dat dit een smoesje was. Ze was niet op de achterbank geweest en kon haar armband dus ook niet daar kwijtgeraakt zijn. Hij speelde het spelletje mee. Hij pakte haar pols. ‘Je bent ook mooi zonder armband.’ Ze giechelde haar bekende tinkelende lachje. Caro had altijd met haar ogen gelachen, zonder geluid. Fiona’s lippen waren opeens heel dicht bij die van Albert. Hij boog voorover en kuste haar. Zij kuste driftig terug. Haar tong vond een weg door zijn lippen en ze vielen achterover op de achterbank. Haar lippen waren minder vol dan die van Carolynn, voelde Albert, en haar mond miste de subtiele smaak van nicotine. Hij begon haar wild te zoenen om de gedachte aan Carolynn te verdrijven. Hij kuste haar alsof hij zich wilde verdrinken in haar mond.
Hij voelde haar handen bij zijn broek en hij keek in haar ogen. Ze glansden ondeugend groen. Hij wist wat ze van plan was en streek door haar blonde haren. Hij kuste haar nek. De huiverende reactie dat dat bij Carolynn had opgeroepen bleef achterwege. Opeens viel Alberts blik op het doosje met de trouwring. Het riep de gedachte aan Carolynns woorden weer op: ‘bent goed als mens, maar wat minder als minnaar, oké?’Het had een overweldigend effect op hem. Zijn erectie verdween als sneeuw voor de zon en hij krabbelde van Fiona af. ‘Ik ehh.. geloof dat je armband hier niet ligt,’ zei hij. Ze keek teleurgesteld.

Voorzichtig na al die alcohol reed Albert zwijgend naar Fiona’s huis. Fiona doorbrak de stilte. ‘Kijk eens wat dom, mijn armband ligt gewoon in mijn handtas.’ Albert had dat al die tijd geweren maar hij reageerde quasi-verrast en zette Fiona af bij haar huis. ‘Zal ik je nog bellen,’ vroeg ze.
‘Ja, of nee, ik bel jou wel,’ zei Albert met een glimlach. Fiona lachte.
‘Dat is goed, hier is mijn telefoonnummer, wel bellen he?’ Ze overhandigde hem een papiertje waarom met kinderlijk handschrift een telefoonnummer stond. Ze keek smekend. Albert beloofde het haar en zwaaide haar na toen ze het huis in verdween.
Carolynn had nooit van die spelletjes, waarin Fiona zo goed in was, gespeeld. Zij was altijd direct. ‘Albert, zullen we het genot van liefde samen delen,’ galmde door zijn hoofd en hij zag Carolynns diepe, blauwe ogen voor zich. Maar dat was verleden tijd, hield hij zich voor.
Toen Fiona uit zicht was vouwde hij het papiertje met haar nummer langzaam en nadenkend op en gooide het propje met een verbeten uitdrukking in de asbak. Dag Fiona.

Thuis dronk hij de rest van de champagne leeg en dronken waggelde hij naar zijn slaapkamer en viel op het bed neer. De alcohol versterkte zijn gevoelens van verlatenheid. Fiona had de gedachten aan Carolynn niet verdreven, maar juist aangewakkerd, besefte hij. Hij schreeuwde zijn onmacht, die hij had proberen te verbergen, hartstochtelijk uit.
‘Carolynn, vuile bitch, stom wijf, slet…’
‘Oh, mooie, prachtige stoephoer,’ schreeuwde hij huilend.
‘Caro… takkewijf, teringtrut… Ik haat zo vreselijk van je…’

Laatst gewijzigd op 21-07-2004 om 18:31.
Met citaat reageren
Oud 21-07-2004, 18:31
Verwijderd
Albert had dat al die tijd geweren
geweten

Ik haat van je vind ik leuk gevonden

Grim
Met citaat reageren
Oud 21-07-2004, 20:44
Aléantheriël
Avatar van Aléantheriël
Aléantheriël is offline
nog iemand commentaar?
Met citaat reageren
Ads door Google
Oud 22-07-2004, 07:59
Verwijderd
Hij vervloekte zichzelf omdat hij de auto zo ver van het restaurant af geparkeerd had.

Volgens mij kan dat niet. Moet het: Hij vervloekte zichzelf omdat hij de auto zo ver van het restaurant geparkeerd had. of
Hij vervloekte zichzelf omdat hij de auto zo veer van het restaurant af gezet had.

een prachtige jonge vrouwen.

prachtige jonge vrouwen of een prachtige jonge vrouw?

Wat doe je voor een werk?

Wat doe je voor werk? (is misschien mooier, kwestie van smaaaaaaaaaaaaaaakkkkkkkkkkk )


Mijn mening is verder onveranderd gebleven. Echt zo'n romannetje, maar goed geschreven, erg leuk om te lezen en ik hoop dat hij nog ff een stukkie verder gaat !!
Met citaat reageren
Oud 22-07-2004, 08:05
Verwijderd
Citaat:
pandarve schreef op 22-07-2004 @ 08:59 :

Volgens mij kan dat niet. Moet het: Hij vervloekte zichzelf omdat hij de auto zo ver van het restaurant geparkeerd had. of
Hij vervloekte zichzelf omdat hij de auto zo veer van het restaurant af gezet had.
Ik denk dat ze hier ''ver van het restaurant af'' gebruikt, kan in sommige vormen van dialect. Als je true-Nederlands wilt hebben (jaaa, Grim, heerlijk, een engelse term bij een puur-nederlandse bedoeling ) dat moet het inderdaad iets als wat jij typte staan. In ieder geval stoort het me niet. Verder deel ik je mening

Grim
Met citaat reageren
Oud 22-07-2004, 10:08
Een Tweeling
Avatar van Een Tweeling
Een Tweeling is offline
[Zeurmodus:]
Citaat:
Het kunstige flesje brak op de harde ondergrond en het dure vocht vormde een donkere vlek op de stenen.
Kan je dat wel zien, als het 's nachts is?
[/Zeurmodus]

Ik vind het een leuk vervolg, alleen moest dat stuk over de ontmoeting toendertijd met Carolynn twee x lezen om te snappen dat het een flashback was. Misschien had je schuingedrukt, of tussen aanhalingstekens kunnen zetten (maar ik ben vast de enige die dat niet gelijk doorhad ).

Dat er, terwijl hij met Fiona bezig is, de hele tijd gedachtes over Carolynn als tapijten door zijn hoofd zweven vind ik goed geschreven! Op deze manier maak je goed mee hoe naar hij het wel niet vind, en hoe hij dat meemaakt.

Citaat:
Haar tong vond een weg door zijn lippen
Lijkt me pijnlijk! Is het niet 'tussen zijn lippen door'?

Vervolg is meer dan welkom!
__________________
De dokter zei: 'volgens mij ben je schizofreen.' Maar wij denken van niet.
Met citaat reageren
Oud 22-07-2004, 11:49
*~Angel~*
Avatar van *~Angel~*
*~Angel~* is offline
Leuk stukje Fouten zijn er al uitgehaald zie ik. Ik heb het stukje 2 keer gelezen. Begreep het even niet meer. (Toen kwam ik er achter dat ik met een ander verhaal in me hoofd zat )

Ach ja dat gebeurt wel es al je zoveel verhaaltjes per dag leest. Tenminste ik dan
Met citaat reageren
Oud 22-07-2004, 12:10
Aléantheriël
Avatar van Aléantheriël
Aléantheriël is offline
Gna, gna, gna

Het zijn niet echt de slimste fouten die ik heb gemaakt t klinkt nogal dom eigenlijk, haha, maar bedankt dat jullie ze eruit hebben gehaald

En over de zeurmodus , ik denk dat je 's nachts toch wel een donkere vlek kunt zien omdat het ergens zelden helemaal donker is en meestal is er toch wel licht op een parkeerplaats.. denk ik

Aléantheriël
Met citaat reageren
Oud 22-07-2004, 12:22
Een Tweeling
Avatar van Een Tweeling
Een Tweeling is offline
Citaat:
Aléantheriël schreef op 22-07-2004 @ 13:10 :
En over de zeurmodus , ik denk dat je 's nachts toch wel een donkere vlek kunt zien omdat het ergens zelden helemaal donker is en meestal is er toch wel licht op een parkeerplaats.. denk ik

Aléantheriël
Ligt er idd aan of er een lantaarnpaal in de buurt staat of niet. Maar oké, je hebt gelijk. Het kan volle maan zijn.

Ik vind trouwens dat je een hele mooi nickname hebt!
__________________
De dokter zei: 'volgens mij ben je schizofreen.' Maar wij denken van niet.
Met citaat reageren
Oud 22-07-2004, 21:07
Aléantheriël
Avatar van Aléantheriël
Aléantheriël is offline
De volgende morgen maakte het felle ochtendlicht behoedzaam Alberts ogen open. Het begin van een nieuwe dag, een nieuwe dag met de storende aanwezigheid van een afwezige Carolynn. Toch was Albert blij dat het licht hem had gered uit een mallemolen van beelden die zijn slapende brein had gevormd. Een vreselijke droom.

Hij stond op van de sneeuwwitte lakens waar hij in zijn dronken roes op was neergevallen. Zijn hoofd bonkte van de overmaat aan champagne die zijn lichaam de vorige avond was binnengedrongen. Gek genoeg leek het bonken van zijn hoofd een vast metrum aan te nemen. Ca-ro-lynn, Ca-ro, Ca-ro-lynn...
Albert liep naar de badkamer om het bonzende stemmetje te verdrinken in koud, helder kraanwater. Hij plensde de stralen in zijn gezicht maar het stemmetje lachte schel en zette zijn irritante herinnering aan de vreselijke vorige dag voort. Albert droogde zijn gezicht af keek in de spiegel. Het reflecterende glas liet hem ongenadig de waarheid zien. Een gebroken man met bloeddoorlopen ogen en gesprongen lippen keek hem vermoeid aan. Het werk van een vrouw, enkel een vrouw had de macht een man in een dag af te breken tot een wrak.

Alleen zat Albert aan de keukentafel en at zijn ontbijt. In zijn hoofd zag hij Carolynn uit de badkamer komen, zoals ze altijd uit de badkamer was gekomen. Haar lange blonde haar nog nat en los, met een lach in haar ogen. In haar kamerjas ging ze tegenover hem zitten en de uitbundige lach in haar ogen verwarmden hem van binnen.
Ze sprak nooit tijdens het eten. In ieder geval niet verbaal. Haar ogen spraken altijd en kenden vele uitdrukkingen. Hij wist alles af te lezen uit haar ogen, dacht hij. Maar dat bleek niet waar te zijn. Hij dacht dat hij een gesloten boek voor haar was. Ook dit bleek niet waar. Carolynn had hem met alle gemak in zijn zwakke plek getroffen en hij had het niet aan zien komen.
Carolynn…ik wil je terug. Kan het dat je je zover in mij genesteld hebt dat ik mezelf zonder jou niet meer ‘mij’ voel? Kan het dat je verder in mij zit dan ik ooit had gemerkt? Ja.
Carolynn, je hebt mijn ziel geopend, alles overhoop gehaald en me achtergelaten zonder de fatsoen te hebben de chaos te ordenen en mijn ziel af te sluiten. De chaos kon alleen door haar opgeruimd worden. Hij moest haar terughebben. Hij wilde haar, hij had haar nodig. De stomme slet.

Albert vergat zijn onverschilligheid en nam zijn toevlucht in romantische, maar goedkope pogingen Carolynns hart te herwinnen. Hij herinnerde zich dat Caro’s lievelingsbloemen rozen waren. Zijn wanhoop bestuurde zijn lichaam, bestelde één enkele roos bij de duurste bloemenwinkel van de stad, met een kaart aan de steel.

Lieve Carolynn,
Als ik jou zou moeten definiëren in een enkel begrip, zou ik je een roos noemen. Je bent zo onbeschrijflijk mooi en je trekt iedereen naar je toe. De mensen die jou beter leren kennen zien je karakter zich ontwikkelen als een roos die langzaam zijn blaadjes ontvouwt en tot volle bloei komt. Maar waar ze vaak geen rekening mee houden zijn de scherpe stekels, die elke roos heeft. En als ze je te hard omklemmen om deze mooiste roos maar snel toe te voegen aan hun boeket, dan prik je ze, verwond je ze. Caro, ik weet dat ik je losser had moeten benaderen. Je hebt me gestoken met je stekels, ik heb je weggegooid, voor een tijdje. Maar ik kan zo vaak geprikt worden tot ik van alle kanten bloed, ik ben er zeker van dat ik deze mooiste roos niet links kan laten liggen. Ik moet haar hebben in mijn boeket van het leven, om daar de optimale schoonheid uit te halen.
Ik zal je niet meer zo vast omklemmen Caro, maar geef mij de kans om je alsnog op te pakken, deze keer op de goede manier.

Hij peinsde. Hij twijfelde. Hij deed het. Albert had niets te verliezen en zoveel te winnen. Dat het cliché was, wist hij. Dat het goedkoop was, ook. Toch hooptet hij dat zelfs Carolynn hierdoor een beetje in beroering was geraakt. Net dat beetje dat het mogelijk maakte om haar een beetje te vervormen, waardoor ze weer bij hem terug kwam.

Nadat de roos was verstuurd wachtte Albert uren lang nagelbijtend op een telefoontje van Carolynn. Hij keek vanuit zijn ooghoeken uit het raam, terwijl hij stiekem verwachtte dat hij daar een glimp zou opvangen van haar lange, beige jas of haar brutale, matrode mond. De telefoon bleef hardnekkig zwijgen en het raam weigerde botweg om een glimp van de vrouw die hij liefhad door te laten. De seconden tikten, de minuten kropen en de uren schuifelden geniepig gniffelend voorbij.

Veel later liep Albert chagrijnig naar boven. Al die kostbare uren had hij gewacht op een grillige, onbetrouwbare vrouw, die hem helemaal niet waard was. Voor de deur zag hij opeens iets irritant flapperen in de krachtige herfstwind. Geïrriteerd rukte hij de deur open om erachter te komen wat het ding was.
Het bleek een brief, met een steen erop gelegd. Naast de brief lag de roos die Albert met zoveel emotie naar Carolynn had gestuurd. Albert pakte het natte vodje op en liep terug naar binnen. Hij ging zitten op de fauteuil waar hij net nog zo werd getreiterd door alles om hem heen. Het briefje was geschreven op een blauw gelinieerd wit velletje met een rafelig randje. Waarschijnlijk uit een schrift gescheurd, merkte Albert vaag op. Dat was een verschil met de roze geparfumeerde brieven die hij in de begintijd van hun samenzijn wel eens van haar ontving. De gedachte verdween al snel door de woorden die in Carolynns krachtige handschrift op het papier stonden.

Albert, stond op de bovenste regel. De regel waar vroeger altijd een liefdevol ‘schat’ prijkte.

Ik moet zeggen dat je roos mij niet zozeer verraste. De kaart erbij echter wel. Ik weet dat je altijd de drang hebt gehad om vergelijkingen te bedenken voor alles, waarschijnlijk om het te analyseren, te verduidelijken, maar deze vergelijking vind ik niet treffend. Ik word er zelfs kwaad over. Hoe dúrf je mij te vergelijken met een passieve roos, die onwetend iemand prikt als ze haar te dicht omklemmen. Ik ben niet passief en ik ben niet onwetend. Ik laat me niet rangschikken in een boeket, als een deel van jóuw leven. Ik heb een eigen leven. Ik ben niet te vangen in iemand anders leven.
Als je me toch zo graag wil vergelijken met iets, zodat je me kunt bevatten en dat wil je, dat weet ik zeker, vergelijk me dan met een kat. De charme van een kat is zijn zelfrespect, zijn eigenwijsheid. Alle mensen willen een kat aaien, omdat ze dan het gevoel hebben bijzonder te zijn, omdat de kat kieskeurig is en zich niet door iedereen laat aaien. Jij hebt deze kat mogen aaien. Waar jij geen rekening mee hebt gehouden is de eigen wil van de kat. Als je het dier te dicht omklemd of iets doet wat haar niet zint, dan zet ze haar nagels uit. Ze verwondt je en loopt weg. Ze gaat haar eigen weg. Sommige mensen noemen dat hooghartig. Tja, dat is het misschien ook, maar dit is zoveel beter dan een willoos knuffelbeest.
Tot zover komt mijn verhaal overeen met de jouwe. Nu komt het verschil. Ik wil je niet terug Albert. Deze kat bepaalt zelf wie ze toelaat in haar directe omgeving. De gunst van een kat heb je snel verpest en die komt niet zomaar terug, al had je het graag. Mijn gunst heb je niet meer. Ik zal mijn nagels tegen je uitzetten als je me steeds weer probeert op te pakken. Ik laat me niet meer oppakken door jou, zolang het mij niet aanstaat. Ik ga mijn eigen weg vanaf nu aan. Die weg zal niet parallel lopen met de jouwe. Natuurlijk zijn er een paar stukken waar we elkaar weer zullen zien en misschien komt het wel weer goed, ik heb de plattegrond van mijn weg niet. Maar zal nu niet zijn. Ik ben niet langer een deel van jou. Of van jouw boeket, zoals jij het misschien liever ziet. Dit katje zoekt iemand anders die haar vacht zolang wil aaien als dat haar belieft. Die gunsteling zal ook met haar nagels te maken krijgen, maar iedereen geniet van de liefde van een kat, zolang die duurt. Een kat voelt geen liefde voor wie dan ook, maar geeft haar bewonderaar alleen dat idee. Ze is wispelturig en stapt makkelijk weer op als haar iets niet zint.
Wat ik wil zeggen is, gewoon bot gezegd. Albert ik wil je niet. Het is over. Het ligt niet aan die ene omklemming gisteravond. Ik heb je bewust pijn gedaan, ik weet wat ik heb aangericht. Laat me dus los, dat is beter voor jou en voor mij. Leef niet in het verleden, er zijn genoeg meisjes die zich wel als een willoze roos in jouw boeket laten schikken, maar ik niet. Het zal je vast spijten dat je mij niet aan je boeket kan toevoegen, maar zo is het nou eenmaal. Je kan me niet veranderen, omdat ik niet wil veranderen.
Hier heb je je roos terug. Voeg haar toe aan je boeket om het geheel wat op te fleuren. Ik heb geen behoefte aan deze versiering in mijn leven.

Carolynn

Bij de laatste zinnen stroomden zoute tranen van bitterheid over Alberts wangen. Hij was haar kwijt. Hij zag voor zich hoe ze had moeten kijken toen ze deze brief schreef. Hij wist zeker dat het hemelsblauw was veranderd in de koude,donkere, peilloze diepte waar je niet meer uitkwam als je er eenmaal in was gevallen. Je kwam er niet meer uit, omdat je je niet los wilde maken van het kleine beetje Carolynn dat je nog bezat. Het kleine beetje dat ze voor je achterliet. Albert besefte ook dat hij niet de enige man was die radeloos in die diepte wachtte op het touw, dat hem de mogelijkheid gaf om weer langzaam uit de ban van Carolynn te klimmen. De vraag was alleen hoelang dat touw op zich liet wachten.

Laatst gewijzigd op 23-07-2004 om 16:17.
Met citaat reageren
Advertentie
Reageren


Regels voor berichten
Je mag geen nieuwe topics starten
Je mag niet reageren op berichten
Je mag geen bijlagen versturen
Je mag niet je berichten bewerken

BB code is Aan
Smileys zijn Aan
[IMG]-code is Aan
HTML-code is Uit

Spring naar

Soortgelijke topics
Forum Topic Reacties Laatste bericht
Verhalen & Gedichten [Verhaal] Vrouwenopvang Fryslân
Verwijderd
17 05-03-2007 14:12
Verhalen & Gedichten [Verhaal] Gootsteenontstopper
Verwijderd
10 13-12-2004 14:35
Verhalen & Gedichten tja...een verhaal..ofzo
Romie
11 08-07-2004 06:11
Verhalen & Gedichten [kort verhaal] F.'s verhaal
Just Johan
2 23-02-2004 13:41
Psychologie Stap in het verhaal van de ander-Topic.
Dreamerfly
31 11-11-2003 18:30
Verhalen & Gedichten verhaaltje
b-z
7 03-05-2003 21:17


Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 17:55.