Registreer FAQ Ledenlijst Berichten van vandaag


Ga terug   Scholieren.com forum / Kunst & Cultuur / Verhalen & Gedichten
Reageren
 
Topictools Zoek in deze topic
Oud 07-05-2004, 16:38
Ronella
Avatar van Ronella
Ronella is offline
Bas!?

De volgende morgen was het koud en donker. Zelfs om 10 uur viel er geen licht door de vitrages van mijn hotelkamer. Hoe was ik hier in hemelsnaam beland? Ik keek verward om me heen. Stond half slapend op uit mijn bed, om het raam te openen. Er hing een vreemde geur in de kamer. Het raam opende langzaam piepend en liet een ijzige kou naar binnen stromen. Ik keek nogmaals rond in de grauwe hotelkamer, zoekend naar enige aanwijzing over mijn verblijf in deze kamer. Het kwam allemaal weer terug, vaag, in flarden. Opeens wist ik het weer. Ik moest hier weg, was het eerste dat door mijn hoofd heen spookte. Deze stad, dit hotel… de mysterieuze gebeurtenissen die zich de laatste tijd hier in de buurt afspeelden. Het was beter als ik nu weg ging, voor het te laat was!
Wat begonnen was in een zoektocht, leek te eindigen in een ware nachtmerrie. Mijn angst had het deze keer gewonnen van mijn nieuwsgierigheid. De duistere familiegeheimen leken nu opeens van veel minder belang. Het belangrijkste was nu om hier weg zien te komen.
Ik pakte mijn tas in, om te vertrekken…. Voorgoed weg!
Achter het stuur van de auto kon ik mijn gedachten er moeilijk bijhouden. Ik voelde me absoluut niet op mijn gemak tijdens de rit op een verlaten betonnen weg langs ongeorganiseerde vervuilde bouwsels. Het was donker en regenachtig geworden. Het zag er naar uit dat er storm op komst was. De donkere grijze wolkenmassa hing als een dreiging boven mijn hoofd. Het rubber van mijn autobanden maakten een sissende geluid op de straat. Hoe lang reed ik nou al? Nog steeds had ik geen teken van leven gezien. Zelfs de dieren hielden zich in deze spookstad goed verborgen. Ik begon me nu echt zorgen te maken…grote hageldruppels tikten tegen mijn autoruiten. Om mijn gedachten even af te leiden, draaide ik de radio aan. De auto vulde zich met klanken van een klassiek muziekstuk. Iets waarbij ik me normaal gesproken zou kunnen ontspannen, joeg me nu de stuipen op het lijf. Ik ging langzaam harder rijden en liet me meevoeren met de harde pianoklanken afgewisseld door het zagende vioolgeluid. De tijd verstreek en het zag er voor mij naar uit, dat ik met een beetje geluk ’s avonds nog terug zou kunnen zijn.
Mijn blik in de achteruitkijkspiegel wees op iets vreemds, er reed een auto achter mij op de weg. Zou er dan toch nog leven zijn in deze verlaten stad?
Ik besteedde er voor de rest niet veel tijd meer aan en concentreerde me op de weg. De weg die er nu gevaarlijk bij lag, met de hagelstenen. Geen wonder dat het zo rustig op de weg was, welke idioot ging nu met dit weer de weg op!? Ik lachte in mezelf.. een lach die snel van mijn gezicht verdween na een blik in de spiegel. De auto… nog steeds werd ik gevolgd. Ik raakte in paniek en voelde mijn hart kloppen. Ik drukte het gaspedaal in, met de hoop de achtervolger van me af te kunnen schudden. De bestuurder van de auto achter me, volgde mijn voorbeeld. Ik zag hoe de koplampen van de auto uit en aan gingen. Probeerde de bestuurder mij iets duidelijk te maken. Ik ging nu toch echt niet stoppen op zo’n verlaten stuk met zo’n creep achter me. Ik zag de auto niet meer achter me… maar plots verscheen de auto wild toeterend langs me. Ik kon de bestuurder nu goed zien.. het was een jongeman van rond de 20 die wild met zijn armen gebaarde. Ik trok een vragend gezicht. De jongeman gebaarde mij te stoppen. Ik raakte in paniek, in kon nu echt niet stoppen op zo’n verlaten stuk. Ik gaf een harde ruk aan het stuur en reed een afrit af. Ik drukte het gaspedaal zo ver als het kon in, ik had moeite om de auto niet uit de bocht te laten vliegen. Ik voelde hoe de wielen de berm raakten en hoe ze weg slipten. Daarna kreeg ik de auto weer onder controle en gaf ik opnieuw gas. De auto reed een smalle onverharde weg op. Plotseling doemde er vlak voor de auto iets op. Ik kon niet goed zien wat het was, het leek op een hert. Ik trok met alle macht aan het stuur. De auto schoof van de weg af, de berm in. De auto hobbelde over de oneffen weg. Ik hoorde hoe takken tegen de ruiten en tegen het dak van de auto krasten. De auto kwam tot stilstand tegen een boom. Hoe kwam ik hier uit!? Ik was in ieder geval de achtervolger kwijt….
Opeens zag ik dat de jongeman die de auto bestuurde op mijn auto kwam afgerend. ‘Bent u wel goed bij uw hoofd’ vroeg de jongen buiten adem. Hij gooide de deur van mijn auto open.
‘Pardon!? Welke idioot achtervolgt mij op zo’n verlaten weg?’ ging ik tegen hem in.
‘Ik weet niet of u de weerberichten heeft gehoord, maar er is een flinke storm op komst. Iedereen word verzocht binnen te blijven. Ik was net op weg naar huis, toen ik u zag.’
‘Heel aardig van je dat je me komt waarschuwen, maar ik ben groot genoeg om voor mezelf te zorgen. Ik wil hier zo snel mogelijk weg.’ zei ik op een zelfverzekerde toon. Op dat moment voelde ik me helemaal niet zeker van mijn zaak, maar dat kon ik niet laten merken.
‘Je rijdt jezelf dus nog liever de afgrond in en blijft hier alleen achter, dan dat je met mij mee gaat!?’De jongen had een vreemde uitdrukking op zijn gezicht, een uitdrukking die ik moeilijk kon plaatsen…. Ik wilde het raam dichtdraaien en verder rijden.
‘Nee wacht! Mijn ouders hebben een hotel. Er is ruimte genoeg. Ik zou niet willen dat u iets zou overkomen.’ probeerde de jongen mij te overtuigen.
Ik twijfelde, waar zou ik nu weer terecht komen!? Ik hoorde een harde klap gevolgd door een felle bliksemschicht, donkere wolken stapelden zich op. Misschien was het inderdaad beter om niet verder te rijden.
‘Met die auto kun je nu toch geen kant meer op’ De jongeman wees naar de rokende klep van de auto. ‘ Je kunt met mij mee rijden. Die auto halen we morgen wel op.’ de jongen had mijn tassen al te pakken en laadde ze handig in zijn auto. Er zat voor mij niets anders op..
Ik stapte uit de auto en opende het portier van de auto van de jongeman.
‘Doe je dat wel vaker, dames in nood helpen?’ verbrak ik de stilte na een tijdje zwijgend langs de jongen in de auto te hebben gezeten. De jongen keek mij vreemd aan. ‘Ik ben Bas.’
‘Okee…’ zei ik voorzichtig, mezelf afvragend wat er toch zo vreemd was aan deze jongen en waarom hij niet normaal antwoord kon geven op mijn vraag.
‘en jij?’
‘Wat is er met mij’ vroeg ik angstig.
Bas lachte en keek me vragend aan. ‘Je bent er niet helemaal bij met je hoofd, hè? Ik vroeg hoe je heette. ‘Eva, ik heet Eva,’ antwoordde ik voorzichtig.
Het was weer een tijdje stil. We reden dezelfde weg, die ik eerder had gereden. Ik hoorde hoe de regen tegen de ruiten tikte..We sloegen kleine zijstraatjes in. Er gleed een rilling over mijn rug.. Hoe wist ik zo zeker dat deze Bas niets met mij van plan was. Ik besloot de angst van me af te zetten en er maar het beste van te maken. ‘Dus je ouders hebben een hotel’ vroeg ik, met de bedoeling een gesprek aan te knopen. ‘Ja. Als we deze straat uitgereden zijn, dan zie je het vanzelf wel.’ Weer volgde er een akelige stilte….
‘Hier is het…’ Bas wees naar een vervallen huis, verscholen achter grote bomen en hoge struiken. ‘Is dit het…. Hotel!?’ Bas moest mijn afkeer hebben gehoord in mijn stem. Hij sloeg kwaad de deur open. ‘Nou, uitstappen!’ snauwde hij naar mij.
‘Een dame als jij uit de stad, zal wel alleen het beste van het beste gewend zijn. Maar dit is het enige dat ik je kan bieden.’ Hij haalde mijn koffers uit de auto tevoorschijn en ging me voor naar een grote koperen deur, of beter gezegd een deur die ooit koperkleurig geweest moest zijn. Boven de deur kon ik vaag een bord zien, waarop met afgebladderde letters een naam van een hotel stond. Het was moeilijk te lezen. Ik keek een tijdje angstig naar het donkere hotel, met de grote donkere ramen. Het zag er erg dreigend uit. Bas stond inmiddels al binnen in de gang en keek geïrriteerd naar mij. ‘Kom je nou nog binnen of ben je te druk met het taxeren van het hotel. Het ziet er misschien een beetje verlaten uit, maar binnen is het een stuk beter.’ Ik liep de gang binnen en nam een koffer van hem over. ‘Nou laat maar eens zien dan!’ zei ik.
‘In de zomer komen hier wel eens toeristen die hier dan een paar dagen verblijven om vervolgens weer verder te trekken. Rond deze tijd van het jaar is het vrijwel verlaten.’ beantwoordde Bas mijn verbaasde blik tijdens de rondleiding in het hotel. Ik moest toegeven dat het erbinnen een stuk aangenamer uit zag. Maar toch voelde er iets niet goed. Deze vage stad, dit verlaten hotel, waar ik ook nog eens de nacht zou moeten doorbrengen en dan was er nog de aanwezigheid van de onvoorspelbare Bas.
Alsof hij mijn gedachten kon lezen vertelde hij mij dat ik me geen zorgen hoefde te maken en dat ik morgen weer lekker naar huis kon.
Ik sloeg mijn armen om me heen, het was akelig koud in de kale gang van het hotel, ik rilde. Bas merkte het op. ‘De verwarming hier heeft af en toe z’n mankementen. Het is denk ik beter om vanavond in de grote zitkamer te verblijven. Daar kan ik de haard aan maken.’ Hij ging mij voor naar een grote kamer. Het leek wel een kamer uit een sprookjesboek. Er lag donkerrode vloerbedekking op de grond, de kamer stond vol met houten antieke meubels en aan de muur hingen prachtige schilderijen. Bas wees naar een grote tweezitsbank waar ik plaats kon nemen. Hij ging weg om wat spullen te halen. Ik ging zitten in de grote bank en liet de indrukken op me af komen. Op de bank lag een kleed dat ik om me heen sloeg. Het was hier echt ijzig koud. Ik verschool me dieper onder het kleed en voelde hoe mijn oogleden zwaar werden. Ik moest in slaap gevallen zijn, want toen ik mijn ogen opendeed, was het buiten al donker geworden. Verward keek ik om me heen. Waar was Bas, zou hij nog niet terug zijn?? Ik besloot hem te gaan zoeken. Ik liep de donkerhouten trap op, die me naar een spookachtige gang leidde. Het was boven een stuk onaangenamer dan beneden in de luxe zitkamer. Ik kon me moeilijk voorstellen dat er hier ooit nog gasten kwamen. Ik probeerde het lichtknopje..maar het bleef donker. Ik zag echt geen hand voor ogen. Langzaam liep ik verder op de tast de gang in, mezelf afvragend waar Bas kon uithangen. Ik riep hem enkele keren… maar ik kreeg geen antwoord. Mijn ogen begonnen langzaam aan het duister te wennen, ik zag de lange gang met verschillende deuren, waarop stoffige kamernummers hingen. Ik probeerde een deur…op slot. Ik wist echt niet meer wat ik moest doen. Het leek wel of die hele Bas van de aardbodem was verdwenen en het allemaal een grote nachtmerrie was geweest. Plotseling schrok ik op uit mijn gedachten… ik hoorde een schrapend geluid, het leek van onderen te komen. Angstig daalde ik de trap af. Zou Bas beneden in de gang zijn??
Geruisloos liep ik richting de gang, waardoor ik ook binnen was gekomen…
Meteen voelde ik dat er iets was veranderd…. Het voelde gewoon niet goed hier.
Weer hoorde ik een geluid, het leek van buiten te komen. Ik hoorde hoe iemand probeerde de deur van buiten te openen. Ik dook weg in een hoek. Zo te horen stormde het nog steeds buiten. Er kwam een oudere man binnen, al vloekend en bracht een koude windvlaag mee. Ik hoorde hem iets mompelen over het slechte weer. Ik probeerde me te verschuilen voor de man, maar hij had mij al opgemerkt. ‘Zo,zo jongedame en wat denken wij hier te doen!’ vroeg de man. ‘Ik ehh, voor de storm. Ik verblijf hier nu en…’ haperde ik.
‘Er verblijft hier helemaal niemand…’ bulderde de man op kwade toon.
‘Het hotel is al jaren niet meer geopend voor bezoekers. Hoe kom jij hier trouwens binnen!?’
‘Bas heeft me binnen gelaten. Hij dacht dat ik wel een plek kon gebruiken om te schuilen. Maar ik had van hem begrepen dat er nog regelmatig bezoekers kwamen hier. Ehm dat is dus niet zo??’
‘Bas, ik ken helemaal geen Bas,’ zei de man nu enigszins geïrriteerd.
‘Maar er was hier echt iemand, hoe zou ik hier anders binnen moeten zijn gekomen?’ zei ik nu kwaad.
Buiten ging het er steeds wilder aan toe. ‘Er is echt een flinke storm op komst… Het is beter als je hier vanavond blijft. Morgen praten we wel verder.’ De man ging me voor naar de zitkamer. Ik nam weer plaats in dezelfde bank als voorheen. De man maakte de open haard aan en nam plaats in de stoel tegenover mij.
‘Je zit hier vanavond met mij opgescheept…’ de man maakte het zich gemakkelijk in de stoel.
‘Mijn vrouw had me er op uitgestuurd om te kijken of alles in orde was met het hotel. Het hotel betekent heel veel voor ons, het wordt weliswaar niet meer gebruikt, maar toch.’ Ik zag dat de man slikte. ‘Mijn zoon is 3 jaar geleden omgekomen tijdens een storm in dit hotel. Sindsdien is dit hotel niet meer in gebruik.’
‘Dat spijt me voor u…’ Ik voelde me hier steeds minder op mijn gemak en dan die man die mij deze dingen allemaal vertelde.
‘Hij was nog zo jong, ik schat een paar jaar jonger dat jij.. Bastiaan heette hij…’
Ik slikte… was die jongen dan… Ik moest het vragen.
‘Heeft u misschien een foto van hem’ vroeg ik beverig.
De man keek bedroefd en haalde zijn portemonnee tevoorschijn, waar hij een foto uithaalde en aan mij gaf. Ik voelde hoe mijn hoofd bonkte en mijn handen trilden… Ik keek recht in de ogen van een stralende jongeman…. Bas.
Met citaat reageren
Advertentie
Oud 07-05-2004, 19:52
Een Tweeling
Avatar van Een Tweeling
Een Tweeling is offline
Fet hoor, ik vond het op een gegeven moment echt spannend, je kan dat goed beschrijven! Ook de sfeer en zo, van de verlaten stad, het hotel, enz.
Gaat hier nog een vervolg op komen? Ben wel benieuwd wat de zoektocht naar haar 'duistere familieleden' inhoud!
__________________
De dokter zei: 'volgens mij ben je schizofreen.' Maar wij denken van niet.
Met citaat reageren
Oud 08-05-2004, 12:57
duivelaartje
Avatar van duivelaartje
duivelaartje is offline
Oef.

Eng.

Mooi geschreven! In het begin moest ik nog even wennen aan je schrijfstijl, maar het is echt een goed verhaal! Die Bas was dus een geest?

*rilling*

Met citaat reageren
Oud 08-05-2004, 15:18
Rareman2
Rareman2 is offline
Spannend verhaal! Goed geschreven!

Ik vind het alleen wel jammer dat je verder niks verteld over die duistere familiegeheimen. Daar had je van mij nog wel iets meer over mogen vertellen. Vind ik een beetje te vaag zo (hoewel dat ook wel wat heeft in zo'n verhaal).

Sorry, maar ik moet toch ook nog ff mierenneuken :
Citaat:
verbrak ik de stilte na een tijdje zwijgend langs de jongen in de auto te hebben gezeten.
langs --> naast

Een vervolg (of een proloog?) zou wel leuk zijn denk ik!
__________________
Maar dat is heel persoonlijk natuurlijk!
Met citaat reageren
Oud 09-05-2004, 12:38
MOI-MILO
Avatar van MOI-MILO
MOI-MILO is offline
Jeej! Mooi verhaal hoor
Met citaat reageren
Oud 09-05-2004, 16:48
ballonnetje
ballonnetje is offline
ik vind het niet zo'n goed verhaal.
wel goed geschreven.
maar heel cliche, ik dacht vanaf het begin al dat er iets was met die bas, en op deze manier zijn er veel spookverhalen te vinden.
je omschrijft wel heel goed.
en ik heb het met plezier gelezen hoor.
__________________
ik ben leeg.
Met citaat reageren
Oud 09-05-2004, 19:07
DiaNNe>!!!
DiaNNe>!!! is offline
best goed! maar in principe blijkt het toch aan het einde helemaal niet eng te zijn...k bedoel, die bas wou haar blijkbaar gewoon helpen omdat het keihard ging stormen. of zie ik dat nou verkeerd
__________________
I Woke Up This MorniNg And NobOdy Is GoNna BriNg Me DoWn ToDaY!
Met citaat reageren
Oud 09-05-2004, 19:13
Mux
Mux is offline
ik wou dat ik zo kon schrijven
Met citaat reageren
Advertentie
Reageren


Regels voor berichten
Je mag geen nieuwe topics starten
Je mag niet reageren op berichten
Je mag geen bijlagen versturen
Je mag niet je berichten bewerken

BB code is Aan
Smileys zijn Aan
[IMG]-code is Aan
HTML-code is Uit

Spring naar

Soortgelijke topics
Forum Topic Reacties Laatste bericht
De Kantine Wat ben jij aan het downloaden?
Melkfles
54 14-01-2009 16:50
Huiswerkvragen: Klassieke & Moderne talen Revue (Engels) nakijken?
Saarah
11 15-10-2006 15:46
De Kantine Alice.
de communiceerbeer
298 16-09-2005 22:46
Films, TV & Radio Je DVD-collectie
Freshh~
234 08-03-2005 15:33
Films, TV & Radio Welke films heb jij thuis op DVD?
Talon
97 18-11-2003 20:21


Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 20:01.