Waarom nooit gegooit?
 

Toen ik in word gegooit typte kreeg die zo'n mooi rond randje eronder ( ben nooit goed geweest in Nederlands )
Het moet altijd gegooid zijn, komt dit omdat de I in 't kofschip zit en het verder niet als ww gebruikt kan worden?

Turps

Oja, het kofschip was veranderd, in een of ander schaap, weet iemand die?

De i zit niet in 't kofschip, dus daardoor krijg je een d, volgens mij. Het is toch ook - hij gooide de bal. En niet - hij gooite de bal. Daar zie je al dat het niet klopt en dat het dus met een d moet.

Je kan 't kofschip gebruiken en 't kofschaap/fokschaap. Zo is er nog 1. Ik gebruik altijd 't kofschip, die kan je prima gebruiken. Het is maar net wat je zelf makkelijker vindt.

Dat schaap waar je het over hebt: 't fokschaap. Maar daarbij gaat het alleen om de medeklinkers en geldt alleen voor zwakke werkwoorden.

Wat bij gooien ook helpt is gewoon aan de verleden tijd denken: je zegt "gooide", en niet "gooite", dus het voltooid deelwoord is dan ook met een -d.

Nou, je kan niet zeggen:

hij gegooit

dus op die manier kan er geen -t achter.

Andere optie? Het voltooid deelwoord dus. Zowel 't (ex) kofschip als fokschaap kun je gebruiken, maar die gaan inderdaad niet over de klinkers. De i die wel in kofschip zit, zit bijvoorbeeld niet in fokschaap, het is een ezelsbruggetje om de medeklinkers te onthouden waarbij de t in het voltooid deelwoord komt, niet voor de klinkers. (En gegooi - de i is een klinker.)

Langer maken werkt in dit geval wel. Zoals P. al zei: in de verleden tijd hoor je het ook: hij gooide, zij gooide, wij gooiden. Een d en geen t. Of een bijvoegelijk naamwoord: het gegooide schaap, het gegooide glaswerk, opnieuw hoor je een d dus schrijf je het voltooid deelwoord ook met een d.

Een andere manier om er een legaal een t achter te mogen zetten ken ik niet. :P

Het hele werkwoord is gooien, niet gegooien.

Bij andere werkwoorden kan het wel, die beginnen met ge- en een -d krijgen, bijvoorbeeld gebeuren.
Het gebeurt.
Het gebeurde.
Het is gebeurd.

Bij sommige werkwoorden is de derde persoon enkelvoud gelijk aan het voltooid deelwoord, namelijk die die beginnen met ge- en een -t krijgen, bijvoorbeeld afgelasten.
Hij gelast (het) af.
Hij gelastte (het) af.
Hij heeft (het) afgelast.

NB 't kofschip / 't (sexy) fokschaap gaat alleen op voor medeklinkers.

Bij stammen van zwakke werkwoorden die eindigen op klinkers, is de uitgang van de VT altijd -de(n): kauwen, kauwde(n), gekauwd, rouwen, rouwde(n), gerouwd, dooien, dooide(n), gedooid, bloeien, bloeide(n), gebloeid.

Je moet denken aan:

't K.fsch.p met anker=x

Dus de klinkers uit 't Kofschip halen + X.
Die x heb je nodig bij bijv. faxen= gefaxt.

Met vriendelijke groet,

ik zet t altijd in de verleden tijd idd, dus gegooid--->gegooide
dan heb je t bijna altijd goed

De makkelijke manier is om het langer te maken, wat al eerder hier gezegd is.

Verder kun je ook bedenken wat de theorie achter 't kofschip is. Deze medeklinkers zijn allemaal stemloos, de t is de stemloze variant van de d, de f van de v, de s van de z. Als je ze apart uitspreekt, hoor je het verschil wel. Als het werkwoord op een stemloze medeklinker eindigt, krijg je ook een stemloze -t bij het voltooid deelwoord. Maar klinkers zijn natuurlijk niet stemloos, dus als het eindigt op een klinker, krijg je altijd een -d.

dat komt omdat het met een klinker eindigt
en het is dan het fokschaap

lol op mezelf

Vreemd eigenlijk, een fokschaap. Normaliter zijn de mannelijke dieren de fokdieren. Er zijn fokstieren, maar geen fokkoeien ...

Bij honden is het volgens mij juust een fokteef en een dekreu, dus daar krijgt het vrouwtje het voorvoegsel fok-. En het is ook dekhengst en fokmerrie. Fokkoe bestaat trouwens ook ;) En dekkaters en fokpoezen... Dus zo raar is 'fokschaap' helemaal niet...

gegooid want het is 'gooide' en niet 'gooite'

Erg nuttige toevoeging, zo bijna een jaar later herhalen wat er o.a. al meerdere malen is uitgelegd.