![]() |
reactie
kan iemand deze oplossen aub
NH4CL + H2O -> NaOH + H2O -> alvast bedankt |
Bedoel je de oplosreatie, want die schrijf je niet zo op.
Dat zou zijn: NaOH --oplossen--> Na+(aq) + OH-(aq) en NH4Cl --oplossen--> NH4+(aq) + Cl-(aq): |
Proef 1:
Los een schepje ammoniumchloride (NH4Cl(s) op in een reageerbuis die voor de helft is gevuld met demiwater. Meet met behulp van een thermometer de temperatuurverandering in de reageerbuis, nadat het temperatuur niveau niet meer veranderd. Begin temp. 23°C Temp. na reactie 20°C Tijdens het oplossen van ammoniumchloride hebben we een temperatuurdaling gemeten. Er is dus warmte afgestaan door het water. Deze warmte is tijdens het oplossen opgenomen door het ammoniumchloride. Proef 2: Los voorzichtig een schepje natriumhydroxide(NaOHs) op in 20 g water. Meet de temperatuurverandering, nadat het temperatuur niveau niet meer veranderd. Begin temp. 24°C Temp. na reactie 60°C Tijdens het oplossen van natriumhydroxide hebben we een temperatuurstijging gemeten. Het water heeft nu warmte opgenomen. Deze warmte is tijdens het oplossen afgestaan door het natriumhydroxide. a) Geef de oplosvergelijking voor het oplossen van de twee zouten (de onderdelen 1 en 2). dit is de vraag maar ik denk dat het dan zo moet maar ik weet niet wat er voor reactie komt NH4CL(s) + H2O(l) -> NaOH(s) + H2O(i) -> |
Bij een oplos vergelijking reageert het zout niet met het water, maar valt het uiteen in ionen met een 'watermantel'. Je hoeft dan H2O niet in de vergelijking te zetten.
Wordt er gevraag om een reactie vergelijking, dan reageert het zout wel. Je moet dan wel H20 vermelden. Aangezien een oplosvergelijking wordt gevraagd, lijkt het me dat Keith gelijk heeft. Wat ik alleen niet snap is waar die temperatuurverandering vandaan komt, dat heeft te maken met reageren, niet met alleen oplossen dacht ik.(maar dat weet ik niet 100% zeker) Maar goed, daar zal wel op ingegaan worden in de rest van de vraag, aangezien dit alleen nog maar de a-vraag is. |
Bij het oplossen wordt het kristalrooster van het zout verbroken, waar energie voor nodig is. Maar er worden ook bindingen aangegaan tussen watermoleculen en de ionen. Hier komt energie bij vrij. De roosterenergie is per zout verschillend, en de energie die vrijkomt bij een binding is van het ion afhankelijk. Dus soms komt er meer energie vrij dan er nodig is en soms andersom, dan heb je dus resp. een exo- of een endotherme reactie. Oplossen is ook een reactie, alleen wordt in de reactie er niet bij gezet hoeveel H2O er deelneemt, omdat dit volgens mij niet te zeggen is. Als bijvoorbeeld elk ion omringd is met 4 watermoleculen, wil dat niet zeggen dat MZ + 8H2O ----> M+(aq) + Z-(aq) Omdat oplossen alleen maar kan als er een groot overschot aan water is. Dus dan zou je voor de pijl kunnen zetten "veel water" ofzo, maar meestal wordt gewoon op de pijl (a la biologie) "opl." geschreven.
|
maar wat is nou precies het antwoord op de vraag.
Geef de oplosvergelijkigen voor het oplossen van de twee zouten |
Wat ik als eerste zei zijn de oplosvergelijkingen.
|
Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 09:28. |
Powered by vBulletin® Version 3.8.8
Copyright ©2000 - 2025, Jelsoft Enterprises Ltd.