agendasetting theorie
 

Hallo Ik heb een vakantietaak voor cultuurwetenschappen en versta er niks van . Ik moet een toepassing geven op de agendasetting theorie.Kan iemand me uitleggen hoe dat in elkaar zit die agendasetting theorie en misschien een toepassing erop geven ?


Dank bij voorbaat,
Bart

Ik kan je wel een klein beetje helpen door een kleine samenvatting te maken uit het boek met de spannende titel: Overheidsbeleid. Een inleiding in de beleidswetenschappen.(2003) A. Hoogerwerf en M. Herweijer (red), Kluwer: Alphen aan den Rijn.

Agendavorming

Kloofmodel [De ernst van het probleem is bepalend voor de aandacht die het krijgt. Bepalend voor het ontstaan van beleid is het verschil tussen maatstaf en waargenomen situatie.]

Barrieremodel [Agendavorming bestaat uit het overwinnen van barrieres. Bepalend voor het ontstaan van beleid is met name de relatieve omvang van problemen, vergeleken met de omvang van andere problemen.]

Relatieve aandachtsmodel [De aandacht van probleem kent een cyclisch verloop en is cultureel bepaald. Bepalend is met name hoe lang het probleem tot nu toe is verwaarloosd en in welke mate het in de voorafgaande periode in de verdrukking is gekomen.]

Stromenmodel [Puur een kwestie van toeval. Onvoorspelbaar. Afhankelijk van de mate waarin problemen en beleidsvoorstellen op elkaar zijn afgestemd en passen binnen het dominante politieke klimaat.]

Ik stel voor dat een probleem poneert en één van deze modellen erop loslaat en dan fictief verteld wat er gebeurd.

Ik had een heel mooi boek over communicatiewetenschappen en daar werd dit uit den treuren behandeld, maar dat heb ik na het behalen van het vak ritueel verbrand.

Geen dank.