![]() |
Help, Natuurkunde!
Is er een enthousiasteling die op de volgende vragen de antwoorden weet?
Opgave 5 20 punten Een voorwerp (A) beweegt eenparig versneld en heeft de volgende plaatsfunctie: x(t) = 7.t + 3.t² a) Geef de snelheidsfunctie (dus v(t)). b) Geef de functie die de versnelling als functie van de tijd geeft. c) Geef de plaats en de snelheid op t = 3 s. d) Op welk tijdstip heeft dit voorwerp een snelheid van 12 m/s? Voorwerp B start op t = 0 ook vanuit x = 0, met een eenparig versnelde beweging met v0 = 2,00 m/s en a = 10,0 m/s². e) Geef van voorwerp B de snelheid als functie van de tijd (dus geef VB(t).) f) Geef van voorwerp B de plaats als functie van de tijd (geef dus XB(t)). g) Op welke tijdstippen hebben A en B dezelfde snelheid? h) Bereken die plaats en de snelheid die ze op dat tijdstip hebben. i) Op welke tijdstippen hebben A en B dezelfde plaats? j) Bereken die plaats en de snelheid die ze op dat moment hebben. k) Schets in een grafiek x(t) en xB(t) (in 1 grafiek). l) Schets in een grafiek v(t) en vB(t) (in 1 grafiek). Opgave 6 10 punten Voorwerp 1 heeft een massa m1 = 12,0 kg en een beginsnelheid v1 = 7,00 m/s. Voorwerp 2 heeft een massa m2 heeft een massa m2 = 6,00 kg en een beginsnelheid v2 = 4,00 m/s. De beide massa’s botsen inelastisch (en centraal). a) Bereken de snelheden na de botsing. b) Hoeveel kinetische energie is er in andere energie vormen (b.v. warmte) omgezet? Opgave 7 10 punten Voorwerp 1 heeft een beginsnelheid v1 = 77,00 m/s. Voorwerp 2 heeft een beginsnelheid v2 = 11,00 m/s. De beide massa’s botsen elastisch (en centraal). Na de botsing is de snelheid van voorwerp 1: u1 = -43,0 m/s. De massa van voorwerp 1 is m1 = 5,00 kg a) Bereken de snelheid na van voorwerp 2 (dus bereken u2). b) Bereken de massa van voorwerp 2. |
Wij gaan je huiswerk niet voor je maken. Stel eens een gerichte vraag/probleem.
|
he moraalridder, ik vraag antwoorden, maken heb ik het al, maar heb geen referentie op het goed is.
|
geef je berekeningen maar en er zijn wel mensen die het nakijken en je op eventuele foutjes wijzen. Het is niet zo dat wij hier die vragen zo voor je gaan zitten maken.
Het lijkt trouwens erg op een kopie van een toets :nono: |
Citaat:
|
Citaat:
Citaat:
Citaat:
Citaat:
Citaat:
Citaat:
Citaat:
Citaat:
Citaat:
Citaat:
Citaat:
Citaat:
Citaat:
=(m1+m2)u. Dit geeft de gemeenschappelijke snelheid u=u1=u2 na de botsing. Citaat:
Citaat:
=m1*u1+m2*u2. Omdat u1 bekend is kun je u2 berekenen. Citaat:
=1/2(m1*u1²+m2*u2²), dus m1*v1²+m2*v2² =m1*u1²+m2*u2². In a heb je een relatie tussen m2 en u2 gevonden, dus kun je aan de hand daarvan m2 berekenen. |
Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 17:46. |
Powered by vBulletin® Version 3.8.8
Copyright ©2000 - 2025, Jelsoft Enterprises Ltd.