Helder verlangen
Al de kleuren werden scherper, alle vormen kregen een dun randje en alle kleine dingen in haar leven kregen weer zin. Ze voelde met haar vinger langs de rand van het blad dat ze vasthad, volgde de nerven ervan. Ze luisterde naar de woorden die de bomen fluisterden. Enkel voor haar waren ze weer hoorbaar gemaakt, omdat ze inzag wat ze eerst zo gemist had. Daar waar haar leven wazig geworden was, omdat ze nu eenmaal niet toe wilde geven dat er iets mis zou kunnen zijn, was het nu weer helder. Ze hoorde wat ze ooit gehoord had, zag wat ze vergeten was te zien en ze leefde zoals ze nog nooit geleefd had.
Het pad voor haar was lang en beangstigend geweest. Ze kon immers niet zien wat zich er voor haar bevond. Kuilen merkte ze pas als ze haar enkels erin verzwikt had. Takken vond ze met haar handen toen ze met het hoofd tussen de bladeren op de grond belandde. Het blaadje dat ze nu vast had, was er één van. Het steeltje was dor geworden en de kleur was bruin. Niet de kleur bruin zoals ze eerst al de kleuren bruin zag, maar het bruin van een blaadje. De boomstammen waren ook bruin, maar anders. Ze hadden een groene waas op de plaatsen waar mos het bruin bedekte. Ook zag ze de kleine stukjes van elfenbankjes, zo minuscuul dat ze haar daarvoor nooit opgevallen zouden zijn. Hoewel ze voor ieder ander persoon dat dezelfde weg af zou leggen niet te missen zouden zijn. Ze stond hier echter alleen, niemand die bij haar was, niemand die haar uitlegde dat ze dit alles ooit eerder gezien had.
Ze was vergeten hoe het was toen haar ogen haar nog lieten zien wat ze wilde zien. Haar bril zorgde voor verandering en ze ontdekte de wereld opnieuw, als een klein kind. Blaadjes vielen, vulden de kuilen op om ervoor te zorgen dat ze alsnog haar enkels zou verzwikken. Ze bedolven takken, omdat ze ook het leven op de grond van dichtbij moest zien. Haar nieuwe obsessie, omdat deze zoveel deden en zij het al lange tijd niet meer door had gehad.
Tsja.
|