|  | 
| 
 Titelloos Ik hoop dat deze trein ontspoort	 in dit godvergeten polderland en dat de blauwe tafelrand (uit de stoel voor mij) mijn middel genadeloos doorboort. Dan treft men mij aan in slechts twee stukken mijn torso vooraan, zo in het gangpad met daaraan mijn dode hoofd. (Het liefst blauw en van de klap plat met droge bloedspatten in de haarplukken.) Een andere reddingswerker vindt mijn benen, vermorzeld onder stoelen en zal zich waarlijk mis’lijk voelen door mijn darmen, die de tweede klas versieren als een vrolijk roze lint. Boven het geel en blauwe schroot, beschenen door een fletse middagzon batelt een heli van het NOS-journaal. De verslaggever vertelt: dertig gewond en gelukkig slechts één reiziger dood. Ja mijn dood is dan voor niets geweest anders stierf ik wel op achtentachtig. Nu, door een klap kort maar krachtig stierf ik als een onbeduidende reiziger; het gemoed verveeld doch onbevreesd. Nogmaals vervloek ik dit eindeloze polderland waar sloten benepenheid en conformisme dampen waar dorpsbewoners noch de verveling noch de zinledigheid hunner levens bekampen als verzoend met hun aangeboren achterstand. De trein vervolgt haar lot op haar traject. Mijn lichaam en mijn geest zij blijven beide leven Mijn gemoed verveeld doch onbevreesd. Mijn wereld verre van perfect. Dit is duidelijk niet af, maar ik ben bang dat verder schaven alles enkel erger maakt. De eerste drie strofes heb ik daadwerkelijk in de trein geschreven, de zesde schoot er gisteren plots uit en de zevende, tsja, is afsluitend maar niet mooi. Kritiek en suggesties zijn welkom. | 
| 
 Eerste vijf strofes houden fascinerend mijn aandacht. Daarna volg ik het niet meer. Het wordt te lang, of de kracht haal je eruit. Je gaat te lang door op de clue. Die je eigenlijk in de vijfde strofe al in één klap weet te raken. Ik zou hem tot strofe vijf laten. Heel misschien met een kleine afrondende aanpassing. Maar misschien ook niet, daar ben ik nog niet over uit. Mooi vind ik het wel, het is net als een goede thriller. Je vraagt je in godsnaam af wat iemand tot zo'n gedicht heeft gebracht. Maar in strofe vijf is alles duidelijk, en kan ik je amper ongelijk geven. grtjs | 
| 
 Citaat: 
 | 
| Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 03:23. | 
	Powered by vBulletin® Version 3.8.8
Copyright ©2000 - 2025, Jelsoft Enterprises Ltd.