![]() |
[WI] wiskundig bewijzen
Ik moet voor een opdracht een cirkel tekenen met een driehoek er in. Zij het dat ik de omtrek hoek zo moet tekenen dat hij 30 graden is. Ik weet dan wel dat de middelpuntshoek 2 keer de omtrekshoek is. Maar hoe maak ik bijvoorbeeld van de middelpuntshoek 60 graden ?
|
Citaat:
Er geldt nu: AB=2*AC=2*AM. Omdat AB de schuine zijde van de rechthoekige driehoek ABC is geldt nu: AB²=AC²+BC². Uit AC=AM en AB=2*AC volgt dan: 4*AC²=AC²+BC², dus BC²=3*AC², dus BC=sqrt(3*AC²)=AC*sqrt(3). Dit betekent dat driehoek ABC op te vatten is als de helft van een gelijkzijdige driehoek met zijde AB=2*AC en hoogtelijn BC=AC*sqrt(3), dus hoek BAC=60° en hoek ABC=30°, dus hoek ABC is de gezochte omtrekshoek. |
Als de middenpuntshoek 60 graden is, en de andere 2 hoeken aan elkaar gelijk zijn (is zo in jouw constructie), dan weet je dat je te maken hebt met een gelijkzijdige driehoek! Alle hoeken zijn namelijk zestig graden. Je kunt die driehoek tekenen door eerst van af het middenpunt van de cirkel (M) een lijn te trekken naar de cirkel, en vervolgens een passer gebruiken om vannaf dit gevonden snijpunt (S) een derde punt op de cirkel te vinden met gelijke afstand van S en M te vinden. Dat is dan je gelijkzijdige driehoek. Succes!
|
Citaat:
Maar waarom volgt uit de stelling van thales dat een rechthoek een vierhoek is waarvan alle hoekpunten op een cirkel liggen? |
Citaat:
|
Citaat:
|
Citaat:
dus hoek BCD=hoek BAD=90°. Omdat AB evenwijdig is met CD staat AB ook loodrecht op BC, dus hoek ABC=90°. Omdat alle hoeken van vierhoek ABCD 90° zijn, is ABCD dus een rechthoek met de hoekpunten op een cirkel met middellijn AC. |
Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 11:24. |
Powered by vBulletin® Version 3.8.8
Copyright ©2000 - 2025, Jelsoft Enterprises Ltd.