![]() |
Egidiuslied - NL letterkunde
Hoi allen..
EGIDIUSLIED refrein: Egidius, waer bestu bleven Mi lanct na di, gheselle mijn. Du coors die doot, du liets mi tleven. Dat was gheselcap, goet ende fijn: Het sceen teen moeste ghestorven sijn. (dat we samen zouden sterven) Nu bestu in den troon verheven Claerre dan der zonnen scijn; Alle vruecht es di ghegheven (refrein) Nu bid vor mi, ic moet noch sneven (voortstrompelen) Ende in de weerelt liden pijn. Verware mijn stede di beneven (mijn plaats naast jou) Ik moet noch zinghen een liedekijn Nochtan moet emmer ghestorven sijn (toch moeten allen sterven) (refrein) --- De VRAAG is... drie tegenstellingen tussen de beide strofes.. Ik heb bedacht: strofe 1: Gaat over (het leven en de dood van) Egidius strofe 2: Gaat over (het leven van) de geliefde ná de dood van Egidius strofe 1: Heeft een positieve inhoud (“gheselscap, goet ende fijn (…) Claerre dan der zonnen scijn; Alle vruecht es di ghegheven.”) strofe 2: Heeft een negatieve inhoud (voort moeten strompelen; pijn lijden in de wereld) kan iemand mij op weg helpen richting het zien van een derde tegenstelling???????? :) Bedankt alvast! Groeten Noor |
Ik zou nog door willen gaan op het positieve en negatieve element:
de eerste strofe spreekt over de dood als iets moois en de tweede over het leven waarin je lijdt. Egidius heeft zelfmoord gepleegd (toch?) en gekozen voor de dood. Nu jammert de geliefde over het feit dat ze niet samen naar de andere kant van het leven zijn gegaan, maar Egidius als eerste is gegaan naar dit "prachtige na-leven". Dit, terwijl de geliefde nog steeds vast zit in het lijdende leven. |
Als je nou even zoekt op Aegidius heb je meer hits.
|
Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 07:48. |
Powered by vBulletin® Version 3.8.8
Copyright ©2000 - 2025, Jelsoft Enterprises Ltd.