![]() |
[WI] Pythagoras
Hallo mensen,
Ik had een vraagje. Ik snap de stelling van Pythagoras maar half. Ik snap 't principe van zijdeČ + zijdeČ = √langste zijde Maar ik snap niet hoe je met de stelling van Pythagoras kunt nagaan of een driehoek wel rechthoekig is. Wel weet ik dat bij een rechthoekige driehoek alle hoeken bij elkaar 180 ° zijn. Maar voor de rest loop ik vast, iemand? |
Citaat:
Citaat:
|
Citaat:
Citaat:
Citaat:
|
Citaat:
Nou ik kan het niet verder toelichten omdat 't k*tboek ook zegt Citaat:
|
De stelling van Pythagoras is eigenlijk een speciaal geval van de cosinusregel. Deze zegt:
Met Als deze hoek nu 90° is zal de cosinus 0 worden en krijg je dus de stelling van Pythagoras. Je kunt deze formule ook omschrijven naar: Als de stelling van Pythagoras geldt is Als de stelling van Pythagoras geldt, is de driehoek een rechthoekige driehoek |
Om na te gaan of een driehoek met zijden a, b en c rechthoekig is; kijk je gewoon welke de langste is en dat is dan c; als dat geldt aČ + bČ = cČ dan heb je een rechthoekige driehoek; anders niet. Zoals hierboven: de cosinusregel is een veralgemeende vorm van de stelling van Pythagoras die in alle driehoeken geldt (en de som van alle hoeken is zoals reeds gezegd in alle driehoeken gelijk aan pi radialen of 180°; in een vierhoek (vierkant, rechthoek, ...) geldt er trouwens dat de som gelijk is aan 360° of 2 pi radialen). Zo hebben de klassieke veelhoeken elk een specifieke som van hun hoeken :)
|
Wat ILUsion zegt :)
De verhouding tussen de twee korte en de ene lange zijde ligt in een rechthoekige driehoek vast. Passen de lengtes van die zijden in de beschreven verhouding, dan is het een rechthoekige driehoek. Citaat:
|
Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 11:48. |
Powered by vBulletin® Version 3.8.8
Copyright ©2000 - 2025, Jelsoft Enterprises Ltd.