Schrijfregels wiskunde
 

Stel dat ik bezig ben met het uitwerken van de volgende formule:
f(a+h) = 2( a + h ) ² - 5( a + h ) + 1
Uitwerking van 2( a + h ) ², dus (a + h) * (a + h) zonder de andere 2 termen
= 2 ( a ² + 2ah + h ² ) - 5( a + h ) +1

Hoe schrijf ik dit netjes op? De uitwerking van de eerste term doe ik dan eigenlijk op een kladblaadje, maar ik schrijf het liever tussen de berekeningen door. Iemand een site voor de regels van dit soort dingen, als die uberhaupt bestaan.

Werk 2(a²+2ah+h²)-5(a+h) verder uit door de eigenschap p(q+r) = pq+pr te gebruiken.

Daar bestaan geen echte regels voor, voor zover ik weet toch niet. Iedereen is daar ook wat anders in en sommige problemen zijn zo moeilijk/simpel dat het bijna nodig (of juist relatief veel werk) is om dat mooi op te schrijven.

Bv. in een lange uitwerking waarin je verschillende termen hebt, kan je onder termen die je samenneemt een accolade ( dat is een { maar dan horizontaal) zetten en die term eronder een andere naam geven (bv. een hoofdletter o.i.d.) Dan elk van die termen uitwerken en dan weer samensmijten op het einde.

Wat ikzelf meestal doe is: mijn berekeningen staan over de breedte van mijn heel blad, mijn tussenberekeningen ofwel in kleur (voor substituties meestal bruin); maar in ieder geval met een serieuze inspringing (bv. enkel op de rechterhelft van mijn blad). Je werkt het daar dan uit, zet er een streep links van en onder en dan ga je gewoon verder met je grote berekening.

Als alternatief kan je bv. ook zoals je nu al doet, een los blad nemen; je zet een bepaalde markering (sterretje, hartje, whatever) en dan in je grote berekening ook weer dat symbooltje bij een accolade onder de term die je daar uitwerkt.

En soms is alles wat je nodig hebt om iets ordelijk te maken, gewoon een zin tussensmijten in de trend van: 'Ik werk hier eerst elke term uit' met dan een witregel tussen en dan term1 = ... witregel term2 = ... witregel 'Dat geeft samen:' term1 + term2.

En sommige mensen vinden het perfect geöoloofd om aanhalingstekentjes te zetten (zou ik enkel doen als je elke tussenstap op 1 regel krijgt), of met drie puntjes te werken (zelfde bemerking als hiervoor: doe dat enkel als je daardoor het overzicht niet verliest); je kan natuurlijk ook een variant met een accolade gebruiken o.i.d.

Kortom: kies zelf wat je handig vindt; wees echter niet bang om kleuren, scheidingslijnen, pijltjes, accolades, tekst, ... te gebruiken.

Bedankt!

En hoe zit het dan met de functies van de tekens die je gebruikt. Er zijn er een hoop, zoals het equivalentie teken <=>, =>, de accolades { } etc. Ik zoek naar informatie wanneer je die gebruikt en waar ze voor staan.