![]() |
Duits: welke naamval in dit zinsdeel?
Ik kwam bij mijn huiswerk een 'aparte' zin tegen:
Der Vater mußte den Schaden, den sein... Sohn verursacht hatte, bezahlen. OND:der vater PV:mußte WWG:mußte bezahlen LV:den Schaden [den sein.... Sohn verursacht hatte.] moet ik dan "sein... Sohn" ook tot het lijdend voorwerp rekenen? Ik ben een beetje in verwarring gebracht door die komma's die er staan:S Alvast bedankt:) |
Citaat:
De vader moest de schade, die zijn zoon veroorzaakt had, betalen. die.....had = een bijvoeglijke bijzin bij 'schade' Bijzinnen worden apart ontleed: In deze bijzin is het onderwerp ''zijn zoon''. Dus het antwoord op je vraag is : 'nee'. |
Citaat:
|
Sein....Sohn is dan een meewerkend voorwerp, omdat hij de veroorzaker is van de schade.
Laatst bij nederlands geleerd. XD |
Citaat:
In de zin: ''Hij heeft schade veroorzaakt' zijn we het toch met elkaar eens dat 'hij' onderwerp is? In de zin: ''die zijn zoon veroorzaakt had'' Is het onderwerp van het ww 'veroorzaken' zijn zoon. Een meewVoorwerp zie ik niet hoor?:confused: |
Citaat:
Meewerkend voorwerp is te herkennen aan het feit dat je het voorzetsel 'aan' of 'voor' er voor kan zetten. Bijvoorbeeld: 'Piet geeft Mien een appel.' Je kan het woordje 'aan' voor 'Mien' zetten: 'Piet geeft aan Mien een appel.' dus is 'Mien' een meewerkend voorwerp. (En 'Piet' is het onderwerp, want hij is degene die 'geeft', en 'een appel' is dan lijdend voorwerp, want dat is hetgeen dat gegeven wordt.) |
Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 20:36. |
Powered by vBulletin® Version 3.8.8
Copyright ©2000 - 2025, Jelsoft Enterprises Ltd.