Duitse naamvallen.
 

Hallo allemaal,

ik heb morgen een duits toets over de toepassing van de naamvallen in allerlei soorten zinnen.
Nou weet ik dat als er in de zin staat:
an, auf, hinter, neben, vor, unter, über,in, zwisschen.. je wo, wann of wohin moet vragen of zoiets toch?
En als het dan een beweging is dan is het een 4e, klopt dit?
Maar wat als je wo, of wann of wohin kan vragen?
En wat zijn de meest gebruikte ww in het duits die een naamval regeren?

groetjes en bedankt

Als je een denkbeeldige pijl kan plaatsen (ik hang mijn schooltas op aan de hoogste boom), moet je de vierde naamval gebruiken. Bij stilstand (ik zit op een stoel) de derde naamval. Dan zijn de w-vragen toch overbodig?

Wat werkwoorden betreft:

3 - begegnen, folgen, danken, helfen, gefallen, kondolieren, gratulieren
4 - kosten, lehren, bitten, fragen, es gibt

Mijn leertip: verdeel en heers. Leer dus bij de derde naamval eerst begegnen en folgen, daarna danken, helfen en gefallen en als derde subgroep kondolieren en gratulieren.

dus als er an auf hinter enz erin staat en het is een beweging dan hoef je zoiezo geen wo wann of wohin te vragen?
En als het geen beweging is dat vraag je wo, wann of wohin en dan zijn wo en wann 3e en wohin 4e?

groetjes

Er zijn meerdere manieren om te bepalen of de derde of vierde naamval gebruikt moet worden. De wo-wohin-vraag is daar een van. De bewegingsvraag is een andere manier. Beide vragen hetzelfde en leveren als het goed is hetzelfde op, maar het is net de vraag wat jij zelf wilt. Mij lijkt de bewegingsvraag makkelijker.

Ohja want als je wohin kan vragen dan is het een beweging toch?

Inderdaad.