wiskunde
 

ik heb eergisteren een van de moeilijkste sommen van mijn hele leven voorgeschoteld gekregen. de hoek van een driehoek met de zijden 80, 64 en 36. die moet je vermenigdvuldigen met vierkant qwer en daar moet je de oppervlakte van berekenen.:confused:
alvast hartelijk dank!

Wat is de letterlijke tekst van de opgave?

Zo snappen wij er ook niks van. Maar als je de zijden 80.64 en 36 hebt, is de gehele driehoek bekend. Je kunt dan met sinus/cosinus de hoeken berekenen,
Vervolgens kun je een loodlijntje laten zakken uit punt C. loodrecht op tegenoverliggende zijde
De hoogte van deze zijde is de hoogte van de driehoek. En dan 1/2 x basis x hoogte.

The Economist.. Dat klopt niet. Er is geen enkele hoek gegeven, en je kunt dus geen sinus(regel) toepassen. De sinus waar jij het over hebt geldt alleen voor rechthoekige driehoeken.
De vraag die kaketoe heeft gesteld lijkt mij onmogelijk op te lossen, zoals hij hem gesteld heeft.

@gezond verstand : sinus van een hoek is overstaande zijde gedeeld door de schuine zijde dan kun je dus met je rekenmachine de hoek uitrekenen. of cosinus gebruiken of tanges, cotanges is maar wat je liever doet en dit is ook wat the economist zei.

oops foutje srry gezond verstand idd alleen als het een rechthoekige driehoek is waar ik vanuit ging. maar dan kun je met : a=(B²+C²-A²)/(2BC) de hoek uitreken (a is de hoek en alle hoofdletters zijn de afstanden van de zijdes en zijdeA ligt tegenover hoek a, zijde B tegenover hoek b enzo...)

****: oke wat je dan uitkomt is de cosinus van a had het mis. srry mensen

Hartelijk dank voor alle reacties!
Maar kan iemand dan nog even het antwoord berekenen?

De vraag is niet duidelijk.

Als dit de letterlijke tekst uit het boek is zal er vast nog wel een plaatje bij zitten en anders zou het handig zijn als je de letterlijke tekst even zou posten ;)

Sowieso is het nogal vaag zoals het er staat want ik word er eerlijk gezegd niet wijzer van als je een driehoek met een vierkant wilt vermenigvuldigen.

c^2 = a^2 + b^2 -2abcosgamma. aka. de cosinusregel.
Omdat a, b en c gegeven zijn, kun je de hoek uitrekenen.
Ook van mensen die hier nog niet zijn bij wiskunde (en wel commentaar he), moet dat toch duidelijk zijn:
Als je drie latjes hebt, van resp 80, 64 en 36 lang, kun je er maar één driehoek van maken. De hoeken staan dan dus ook vast. Hoe groot die hoeken dan zijn, kun je uiterekenen met (bijv) de cosinusregel.
http://nl.wikipedia.org/wiki/Cosinusregel

Vervolgens kun je een paar vragen verzinnen.
De term 'vierkant qwer' leverde niks op via goolge, buiten dan de link naar bovenstaande vraag.
Het lijkt mij mogelijk de vraag dat je de opp van de driehoek te berekenen.
Zie daarvoor eerdere post

jaa heel erg bedankt, maar ik heb er nog een.
een vierkant met 4,5 zijden van 56 cm lang. hier de oppervlakte van. dan moet je berekenen hoeveel knikkers in deze kubus passen. de knikkers varieren van bonken(doorsnede 2,65cm) tot kijzers(doorsnede 4,12cm). maar het aantal moet percies uitkomen, en dan moet de kubus 2,7 kg wegen, en de lege kubus is 0,65kg, wat is de dichtheid nu? het was iets geloof ik met volume : massa = ro