Hoofdstuk: lineaire vergelijkingen.
 

Hallo, ik ben op dit moment bezig met het hoofdstuk lineaire vergelijkingen
en ik snap een aantal sommen niet.
Ik zou het heel erg fijn vinden als iemand het mij uit kon leggen.

Sommen:
1 http://i47.tinypic.com/eap7xu.png

2 http://i45.tinypic.com/3446no2.png

3 http://i46.tinypic.com/35b6vzm.png

formule opstellen:
4 http://i49.tinypic.com/zx0hfa.png

5 http://i47.tinypic.com/23udes1.jpg

Als je er één van deze kan uitleggen is het ook goed!
Bij voorbaat dank.

Bij 1: werk eerst de breuken weg door links en rechts met 24 te vermenigvuldigen. Zorg er vervolgens voor dat links van het teken > alleen termen met x staan en rechts daarvan termen zonder x, en los daarna de ongelijkheid verder op.
Bij 2: werk eerst links de haakjes weg, zorg er vervolgens voor dat links van het teken < alleen termen met d staan en rechts daarvan termen zonder d, en los daarna de ongelijkheid verder op.
Bij 3: neem links eerst alle termen met x samen, zorg er vervolgens voor dat links van het teken = alleen termen met x staan en rechts daarvan termen zonder x, en los daarna de vergelijking verder op.
Bij 4: de algemene vergelijking van een lijn luidt: y = ax+b. Bepaal eerst a en vul dan een van de punten in de algemene vergelijking van de lijn in om b te vinden.
Wat er bij opgave 5 met het omslagpunt wordt bedoeld is me niet duidelijk, dus als je dat eerst uitlegt weet ik waarschijnlijk wel hoe je verder kunt..

Bij de laatste vraag met het omslagpunt staat er niets meer bij dan dat.
moet je niet gewoon a=2 en b= -9 gebruiken?
Dan krijg je toch: Y=5x+3 en Y=2x-9?

Verder dan dit kom ik niet hoe moet je met dit het omslagpunt bepalen?
Alvast bedankt!

PS: dit vond ik in mijn werkboek:
http://i49.tinypic.com/2r224jb.png

Zou iemand mij dit ook nog uit kunnen leggen?

http://i45.tinypic.com/dcx5dx.png

Het zijn (in jouw geval nog) altijd twee lijnen.

Wat je eigenlijk moet zeggen is: Vanaf welk punt is lijn 1 hoger dan lijn 2 (of andersom)
Het punt waar die twee lijnen snijden, is het punt waar ze even hoog zijn.
Dat is dus eigenlijk het "omslagpunt"

Ik heb volgens mij over een uurtje tijd om nog wat video te schieten, dan zal ik kijken of ik jouw probleem even mee kan nemen (stelsels oplossen + rekenen met parameters)

http://youtu.be/VoPO82jZgkw - Opgave 2

http://youtu.be/ZB7g1OU399Q - Antwoord op je laatste post

(let op: Dit zijn volledige uitwerkingen om te laten zien hoe je soortgelijke opgaven moet oplossen)

Heel erg bedankt, de videolessen zijn erg handig altijd!