![]() |
Redoxreactie
e. Na2S-oplossing + Br2-oplossing
In het uitwerkingen boek wordt uitgegaan van de oxidator Br2 + 2e-. Dat kan toch niet? In een oplossing van Br2 zitten de ionen van Br en niet Br zelf. Dus dat moet het 2 BR^- zijn en dus een reductor. Of heeft een oplossing alleen ionen als het om een zout gaat? |
Het gaat om broom in oplossing. Vergelijk het met een oplossing van chloor in water. Dit bevat ook chloor rn geen chloride-ionen. Br2 is dus de oxidator. Wat is dan de reductor?
|
Heel eerlijk gezegd weet ik dat van chloor en water niet. Heb jij daar het geduld voor om dat mij uit te leggen?
Ik zit nu te werken met een vuistregel: geen zout = geen ionen = juiste oxidator vinden. Dan is S^2- de reductor. |
Chloor is een gas dat in zekere mate oplosbaar is in water. Een dergelijke oplossing wordt chloorwater genoemd, wat je weer kunt geven als Cl2(aq). Je veronderstelling met betrekking tot de reductor is overigens correct.
|
Na2S-oplossing + Br2-oplossing
S2- moet dan reageren met Br2. hierbij kan S2- 2 elektronen afstaan, en br2 moet er 2 opnemen. hieruit volgt dat er ontstaat Na+ , S en 2Br- S2- is dus een reductor, en Br2 een oxidator. Duidelijk zo? anders leg ik t nog een keer misschien duidelijker uit? |
ik zal nog even aanvullen. alleen zouten bestaan uit ionen. maar aan het einde van de reactie, als je de oplossing weghaalt, ontstaat er een natriumbromide zout... (dus S2- ion is veranderd in een atoom, en Br2 atoom is veranderd in een ion)
|
Ik snap waar je heen wilt gaan, maar ionen hebben in een oplossing altijd een lading, want anders zijn het geen ionen. Dat S-2, 2 elektronen kan afstaan is ook duidelijk. Volgens jou is dan Br neutraal aantal protonen = elektronen. Betekent dat, dat oplossing waarin alleen moleculen voorkomen atomatisch neutraal zijn geladen en elektrisch geladen kunnen worden dmv zouten?
Aan het einde van de reactie? Dan laten ze niet zien wat de lading is van de individuele atomen van het zout. Maar wat nou als je 2 zouten hebt en er neerslag ontstaat? Wat gebeurt er dan met de elektronen van die ionen? Het begint duidelijk te worden en ik snap het nu ook meer, bedankt Konijntje95! Verder aanvulling is uiteraard welkom. |
Ik had hiervoor nog niet gereageerd, omdat ik de uitleg van Mathfreak al erg goed en compleet vond.
Maar om toch maar te reageren op de vervolgvraag (zover ik denk te snappen wat je vraag is...): Als je twee opgeloste zouten mengt, dan heb je de mogelijkheid dat er een redoxreactie zal plaatsvinden (vrij zeldzaam in middelbare school situaties), of dat er een neerslag ontstaat. Als er een redoxreactie plaats kan vinden met de aanwezige ionen, dan heeft dat voorrang boven de neerslagreactie. Met de eindproducten van die redoxreactie kun je nog wel kijken of er nog een neerslagreactie mogelijk is. En ionladingen worden in verhoudingsformules bij neergeslagen/vaste zouten meestal niet genoteerd. Dit mag wel als je dit fijn vindt (wordt niet foutgerekend op het eindexamen), maar is niet gebruikelijk. Het aantal elektronen blijft bij een chemische reactie wel altijd gelijk. Bij vrijwel elke chemische reactie zijn het juist de elektronen die zich verplaatsen (bindingen vormen of van atoom verspringen en ionen vormen). Dat een stof dus van lading veranderd is erg goed mogelijk. Maar als de ene stof per atoom 3 elektronen kwijt raakt, dan zal een andere stof (of meerdere stoffen) die 3 elektronen bij die reactie wel moeten opnemen. |
Citaat:
1. Enkel een molecuul of metaal in een oplossing van water heeft geen lading. 2. Een zout is een molecuul en een metaal, waarbij de metaal zijn 2 elektronen weggeeft waarmee het niet meer neutraal is (N.protonen is niet gelijk aan N.elektronen) en de molecuul dat elektronen opvangt waarbij het negatief wordt. Klopt dat? Bedankt voor je uitleg 4beta. |
Bijna goed.
1. Een molecuul in een oplossing van water heeft inderdaad geen lading. Maar; een metaal in een oplossing? Metalen lossen niet op in water. Je kunt natuurlijk wel een koperen staaf of een loden plaat in het water zetten. Maar het metaal zal een vaste stof blijven, en nooit gaan oplossen. Pas als er een redox-reactie is, en het vaste metaal is omgezet naar geladen ionen, dan kan het metaalion oplossen. 2. Klopt, maar kunnen ook andere aantallen zijn dan 2 elektronen. (Natrium geeft maar 1 elektron af, Chroom wil nog wel eens tot 6 elektronen gaan) |
ik zal het verhaaltje nog even terug brengen naar je eerste vraag: Na2S-oplossing + Br2-oplossing
hierin is dus Na2S een zout, dus Na+ en S2- zijn ionen, ook als je ze oplost in water. Br2 is een niet metaal, en lost dus gewoon op in water. Als je deze 2 oplossingen samen voegt, gaat er een redoxreactie plaats vinden tussen S2- en Br2. Br2 staat 2 elektronen af (1 er Br) en S2- neemt er 2 op. Dat wil dus zeggen dat S2- => S, dat is een niet-metaal (molecuul) en Br2=> 2Br-, dat is dus een ion geworden. als je nu gaat indampen, ontstaat dus het zout NaBr en het molecuul S |
Citaat:
|
Wat Konijntje zegt is ook precies omgekeerd... Br2 neemt 2 elektronen op, en S 2- staat twee elektronen af...
|
foutje! stond in mijn andere reactie wel goed:$. klein denkfoutje, kan gebeuren!
|
Ik snap het in ieder geval wel een stuk beter nu. :)
|
Weer een:
Je dompelt een staafje kobalt in een oplossing tin(2+)nitraat. Waarom wordt hier tin als oxidator gebruikt en niet nitraat? Nitraat staat bij mijn Binas op +0.96 volt en tin op -0.14 volt. Waarom gebruikt men bij een stukje koperfolie in contact met verdund salpeterzuur wel nitraat als oxidator? Omdat het om een zure omgeving gaat? Moet het een zure omgeving zijn wil je +0.96 volt gebruiken? Binas tabel 48 btw. |
Bump! :)
|
Ik heb geen binas bij de hand, maar als je in de redoxtabel kijkt moet je niet alleen letten op de stof die je zoekt (in dit geval tin en nitraat), maar ook op wat erbij staat. Als er bijvoorbeeld H+'en bij staan, dan kan die stof alleen reductor of oxidator zijn in een zuur milieu (want alleen dan zijn er H+'en beschikbaar). Het is een beetje onhandig dat ik geen binas heb, dus ik kan je ook niet zo goed helpen, maar misschien heb je er iets aan.
|
Citaat:
|
Hij staat er wel in met H2O. In dit filmpje gaat het ook over NO3-
http://www.youtube.com/watch?v=DXTDm5KkeMg |
Citaat:
|
Citaat:
Ja Meneer Kooi legt het heel goed uit, alleen is zijn stof gebaseerd op havo scheikunde. Ik volg daarom niet al zijn videos. Nu dus weer wel om wat meer erover te snappen. |
Citaat:
Merci Uomi, Sie sind mir Hero. |
Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 02:26. |
Powered by vBulletin® Version 3.8.8
Copyright ©2000 - 2025, Jelsoft Enterprises Ltd.