![]() |
Het moeilijkste van Nederlands?
Hej,
Ik vraag me af wat jullie nou het moeilijkste van de schrijfwijze van Nederlandse woorden vinden :D Ik vind de -trema- het moeilijkst..ik weet echt niet waar zo'n ding moet staan :rolleyes: ! |
euh.. dingen als c / k.. is het produktie of productie. maar ook dat 'langer dan mij' en 'langer dan ik' of 'langer als mij' en 'langer als ik'.. k weet nog steeds niet hoe het nu zit :p
|
Het is soms anders dan bijv. Grieks en/of Latijn, en soms ook weer niet.. :/
Bijvoorbeeld met ritme, in het Engels is dat rhythm, bijna direct afgeleid van het Grieks, en in het Nederlands is het doodleuk in de schrijftaal verbasterd tot ritme :/ Een ander voorbeeld: vader. In het Latijn is het pater, in het Grieks ook. Dat is wel weer bijna hetzelfde... irritant! Net als die idioot die ooit alle namen van de redekundige ontleding heeft vertaald, zoals subject naar onderwerp, object naar Lijdend voorwerp, enz. En andere termen in het Nederlands, zoals iteratieven... |
Citaat:
|
Citaat:
|
Citaat:
Dan duidt op een vergelijking tussen 2 personen. En als...tsja :o is bij een voorwaarde :D :p |
vooral wat PV zegt: de c of de k.
Ik heb het altijd op een bepaalde manier geleerd, totdat ze toen ik in groep 7 zat bedachten dat ze een nieuwe spelling in gingen voeren. Wij waren de eerste jaarlage die de nieuwe spelling voor de CITO moest leren en vervolgens gingen ze weer heel veel woorden terug veranderen..... Tja, dan weet ik het niet meer hoor! |
Citaat:
ik dacht juist.. "even, als, ik" en "langer/groter/kleiner, dan, mij" das dus fout? |
Citaat:
en 'jij ben groter dan ik' het is dus áltijd ik, makkelijk te onthouden omdat je moet kunnen zeggen: 'jij bent even groot als ik BEN' 'jij bent groter dan ik BEN' Als daar 'mij' zou staan, klopt dat ben er gewoon niet bij :) |
Mja, ik vind 'de' en 'het' echt moeilijk, wanneer je gewoon van kleins af aan Nederlands leert, gaat dat wel vanzelf neem ik aan, dan wéét je gewoon wat het is.. Maar mijn vader spreekt echt ongelofelijk slecht Nederlands ('t is een spanjaard, dus ja) en nu zei hij vroeger vaak dingen als:'Ga jij de eten klaarmaken?' en tja, dat neem je dan gewoon over he... Gelukkig had ik ook mijn moeder, die wel nederlandse is, en zei verbeterde me vaak.. Maar toch, dat blijf ik een raar aspect vinden...
Waarom 'het eten' en 'de bal'? |
Citaat:
|
Citaat:
Maar hoe weet je nu wanneer een woord m/v of o is? in het duits zijn daar mooie duidelijke regels voor, in het Nederlands werkt dat in sommige gevallen heel anders... |
Citaat:
|
Citaat:
Net zoiets als: 'hun zitten daar' :rolleyes: |
ik haat het als mensen het verschil tussen "noemen" en "heten" niet kennen,
of als mensen denken dat ze het kennen, maar dan toch compleet berkeerd gebruiken :D |
Citaat:
In het duits hebben ze daar soms regels voor maar ik zit me wel vaak af te vragen wat het moet zijn: helaas naats een boel regels ook een boel uitzonderingen Maar het is eigenlijk net als in het Duits, in het duits weet je ook niet wanneer het der, das of die is zoals je bij ons niet kan zien of het de of het moet zijn In het duits hebben je dan regels om te zien welk geslacht het is en dat kan bij ons niet |
Trema en het geslacht van een woord. Maar dat zou ik eigenlijk niet moeilijk mogen vinden met mijn studie :D
|
Wanneer je nou een t of een d if een dt op het einde moet vind ik het moelijkste van het nederlands.
|
Citaat:
Voorbeeld: het werkwoord lopen. De p komt voor in het kofschip. Daarom krijgt lopen een t in de uitgang en wordt het hij loopt. Ander voorbeeld: worden. De d van worden komt niet voor in het kofschip. Worden krijgt dus in ieder geval een d in de uitgang. Ik word. En dan is er ook nog dt. Dit krijg je altijd in de 3e persoon enkelvoud (hij/zij/het) en in de 2e persoon enkelvoud (jij), als er tenminste een d in de stam van het werkwoord zit. Dus bij worden is de 1e pers.ev. ik word, de 2e pers.ev. is jij wordt en de 3e pers.ev hij wordt. Maar er zijn ook uitzonderingen. Wanneer je de volgende zin hebt: Waar loop jij? zie je dat er geen t achter loop komt, terwijl het wel een 2e pers.ev. is. Je zou kunnen denken dat dit aan het vraagwoord waar ligt, maar het is weer niet het geval bij de zin: Wanneer komt je zus? terwijl dat toch echt een vraagwoord is. Deze zelfde verschijnselen dienen zich aan bij werkwoorden als worden. Hoe je dit het makkelijkst kunt doen, is om in een zin waar je twijfelt, eerst het werkwoord lopen er voor in de plaats te zetten. Krijgt het werkwoord geen t, dan krijgt worden ook geen t. Krijgt het werkwoord wel een t, dan wordt de uitgang van worden dus dt. Duidelijker kon ik het niet uitleggen. :D |
En dan neemt het voltooid deeldwoord een kijkje.. :eek:
Had de nl'se taal maar alleen een 't' aan het eind van een volt.dw. |
Ja, net als in het engels de (e)d!
|
d's en t's
|
Citaat:
|
Citaat:
|
de meeste van die ken ik al. Die heb ik gewoon aangeleert toen ik klein was. Dus dat is niet zo'n probleem. Maar de d, t of dt op het eind(e) wel!
|
: of ;
dat gaat er bij mij niet in geloov ik :mad: |
Citaat:
|
Citaat:
'de x moet je als een ks rekenen, want je spreekt hem op die manier uit. En daarom wordt het dan ook een t, want de s zit in het kofschip.' |
Citaat:
de ; wordt vaak gebruikt bij twee zinnen die wel veel met elkaar te maken hebben, maar tóch twee afzonderlijke zinnen zijn. Ze zijn meestal ook niet echt bij elkaar te houden dmv een verbindingswoord. zoiets... :D |
Citaat:
en wat ik que nederlands echt niet vat is a ldat gedoe met bijzinnen: bijvoeglijk, verkeerd verkorte, enz enz... |
Nog zoiets vaags: de ene keer met dt dan alleen d (hij wordt lid, word lid). En de ene keer moet je in de verleden tijd dubbel t doen en dan weer niet idem voor t.
|
Citaat:
Hij loopt lid (de stam is loop (lopen -en = lop, en dan komt er voor de uitspraak een 'o' bij, en dan krijg je loop), en daar staat hier dan een 't' achter. Of als het met een d zou zijn (zoals bij bijv. 'word lid') loop lid! of loopt lid! Bijna iedereen die toen hij/zij klein was Nederlands heeft geleerd, weet dat de eerste goed is, omdat dat gewoon goed klinkt (vaag idd). als de stam al op een 'd' eindigt, zoals bij bijv. antwoorden (de stam is antwoord (antwoorden - en = antwoord)), dan krijg je bij de hij-vorm: Hij antwoordt de d stond er al, dat is nog van de stam. De t is de uitgang, die plak je er aan vast. Vervang dus de pv door een vorm van lopen, kijk wat er achter de stam staat, en vul dat in achter de stam van de oorspronkelijke pv die je wilde neerzetten. Bij sommige voltooide deelwoorden (present perfect, of perfectum) krijg je of een 't'. of een 'd' op het eind. Zoals bij: Gemaakt Genoemd Het klinkt op deze manier precies hetzelfde. Om te horen of het 'd' of 't' moet zijn, moet je het langer maken; Dan maak je er een bijvoeglijk voltooid deelwoord van. Dat kunnen de volgende zijn: Gemaakte (goed) Gemaakde (harstikke fout, dat klinkt gewoon niet.) Genoemde (goed) Genoemte (harstikke fout, wederom geldt: Dat klinkt niet) Je hebt hier dus taalgevoel voor nodig, je moet door dat te kunnen horen erachter komen dat het zo is (of je moet het gewoon weten, door ervaring, veel spreken, luisteren, lezen, enz.), anders zul je het gewoon moeten leren (net als de meeste Nederlanders alle voltooide deelwoorden in andere talen moeten leren). |
LoL wat bedoel je met 'lid'? :confused:
't Lijkt net alsof je het steeds over je lul hebt :p :D |
Citaat:
ontopic: ik heb niet echt iets wat ik nou heel moeilijk vind, t gaat mij redelijk goed af :) |
Loopt daarheen! is overigens wel goed als het een gebiedende wijs (imperativus) meervoud (pluralis, voor perseus).
Daarbij vind ik persoonlijk de vervoeging van vernederlandste Engelse werkwoorden lastig. Neem bijv. 'deleten'. De stam is: delete (met een e omdat anders de uitspraak veranderd). De verleden tijd wordt dan: Zij deletete dat bestand. De voltooide tijd wordt dan: Het gedeletete bestand. Dat zijn dus vrij bizarre schriftbeelden. Verder vind ik het altijd leuk, ook al is het een beetje mierenneukerij (vergeef me dit woord op -erij), om mensen te verbeteren als bij de/het gedacht wordt: iedereen zegt het zo, dus zal het wel zo zijn. Niet dus! Woorden op -erij zijn vrouwelijk! Dus het is niet 'het schilderij', maar 'de schilderij'. Ook is het bijv. 'de idee' en niet 'het idee'. |
Citaat:
|
Maar een filosofisch denkbeeld is in principe ook een mening of ingeving. Dus dan zou alles het idee moeten zijn. En dat is - volgens Van Dale - niet waar.
|
idee ideeën 1 het, de; o en v het beeld dat de geest zich van iets heeft gevormd: de marxistische ~ 2 het; o in de geest gevormde voorstelling; denkbeeld: hij houdt er rare ~ën op na; geen ~! ik weet het niet 3 het; o mening 4 het; o inval, plan
Dus in de betekenis van (1) is zowel 'de' als 'het' mogelijk, in de betekenissen (2), (3) en (4) alleen 'het'. En dit topic komt uit 2002, dus hij gaat op slot :) |
Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 13:54. |
Powered by vBulletin® Version 3.8.8
Copyright ©2000 - 2025, Jelsoft Enterprises Ltd.