Scheikunde --> Dipoolmoleculen
 

Beste mensen,

ik was/ben aan het leren voor m'n scheikunde examen Havo, en ik was net bezig met de paragraaf over dipoolmoleculen. Daarin wordt vertelt, dat een dipoolmolecuul een molecuul is, dat uit twee verschillende niet-metaalatomen bestaat, wat me verder behoorlijk duidelijk leek.
Er stond ook een opdracht bij, waarin je o.a van waterstofbromide en stikstofmonooxide moest aangeven of ze wel of geen polaire atoombinding hebben. Aangezien deze stoffen uit twee niet-metaalatomen bestaat, hebben ze dus een polaire atoombinding, en zijn het dus dipoolmoleculen, dacht ik. Ook volgens het antwoordboekje was dit zo.

Echter, toen ik een paar regels verder las, stond er ook dat dipoolmoleculen moleculen zijn met N-H of O-H groepen er in. Maar; bij mijn weten zitten er geen N-H of O-H groepen in HBr en NO, terwijl het tóch dipoolmoleculen zijn. Hoe zit dit precies??


Laurens

Bij deze theorie moet je een aantal dingen goed uit elkaar houden.
Polaire atoombinding: bij niet-metaalatomen ligt het elektronenpaar dichter bij het ene atoom dan bij de andere.
Dit is dus bij HBr het geval. Aangezien Br een grotere elektronegativiteit heeft, is Br een beetje negatief en H een beetje positief geworden.
Dipool: Het molecuul isaan de ene kant een beetje negatief en aan de andere kant een beetje positief geworden.
Ook dit is bij HBr het geval, maar bijvoorbeeld CH₄ heeft wel een polaire atoombinding, maar vanwege de ruimtelijke structuur is hij geen dipool.

Het is dus niet zo dat stoffen met polaire atoombinding automatisch dipool zijn zoals jij beweert!!!

Met N-H, O-H en F-H groepen is iets bijzonders aan de hand.
Deze atoombindingen zijn erg sterk polair. er treden extra bindingen op tussen VERSCHILLENDE moleculen. Bijvoorbeeld H[sub]2[/subO heeft O en H. dus tussen 2 watermoleculen komen waterstofbruggen.
waarschijnlijk bedoelen ze deze vorm van dipoolbinding.

Hallo Duck,

1.
Een 2-atomig molecuul is een dipool als het uit atomen bestaat die een verschillende
EN = elektronegativiteit hebben.

Neem HBr. De EN v H = 2.1 en EN v Br = 2.7 (Binas 39)
Je weet nu dat de elektronen van de atoombinding iets naar Br verschoven zijn =>
Die kant van het molecuul is daardoor een beetje min en de andere kant een beetje plus. =>
Het molecuul HBr is een dipool. Klopt ook met Binas 54.

2.
Bij meer atomige moleculen is het uitkijken geblazen!
Neem CO2 Volgens Binas 54 geen dipool (0)
In het molecuul O=C=O (een staafje) is EN v O = 3.5 en de EN v C = 2.5 =>
De elektronen van de beide atoombindingen zijn in de richting van O verschoven =>
Zowel links als rechts is het molecuul een beetje neg. In het midden een beetje pos. =>
geen dipool

Dit geldt weer niet voor SO2 want dit molecuul is GEEN staafje volgens Binas 53B

Ik dacht inderdaad dat als er sprake is van een polaire atoombinding, het molecuul ook automatisch een dipoolmolecuul is, vandaar dat ik 't niet snapte.

In ieder geval beiden bedankt, 'k ben nu eindelijk klaar met het leren voor scheikunde :).

Laurens

dipoolmoleculen KUNNEN moleculen zijn met N-H of O-H groepen er in. het is dus niet zo dat als er geen N-H of O-H groepen aanwezigzijn, het ook geen dipoolmolecuul kan zijn