Kansverdeling
 

Ik heb een vraag die ik niet snap, ik hoop dat jullie me kunnen helpen.

Een fabrikant maakt moeren waarvan de diameter normaal verdeeld is met een gemiddelde van 35 mm en een standaardafwijking van 3 mm. De klusmarkt bestelt 20000 moeren. De diameters moeten liggen tussen 31 en 37 mm.
a. Hoeveel moeren zal de fabrikant moeten maken om aan de order van de Klusmarkt te kunnen voldoen?

Ik weet zelfs niet waar ik moet beginnen. Ik werk met een ti83 dus ik hoop dat het ook in die context kan worden uitgelegd.

opgave 75 van H4 zie ik ;)
voor het gemiddelde schrijf ik U en voor de standaardafwijking s.

teken eerst altijd een plaatje met gegevens en geef aan waar de waardes zitten die je zoekt
U=35 mm en s=3 mm
diameter tussen 31 en 37 mm

met normalcdf bereken je
P(X<37)=0,748
P(X<31)=0,091
P(31<x<37)=0,657

65,7% van de moeren die je maakt heeft een diameter tussen de 31 en 37 mm.
20000 moeren moet dus 65,7% zijn, dan kun je berekenen dat 100% dan ongeveer 30500 moeren moet zijn.

Als eerste moet je berekenen wat de kans is op moeren met een diameter tussen 31 en 37mm. Op je Ti83 doe je dat zo:
Bij DISTR optie 2
Normalcdf(31,37,35,3) (ondergrens, bovengrens, mu, sigma)
Dat geeft 0.656.
Je moet 20.000 moeren hebben. Dus 20.000 delen over 0.656 =
30487,8 dus afgerond 30488. (Ter controle 0.656 * 30487,8 = 20.000)

Dank u *bow* :) .

Vreselijk onderwerp is dat toch.

Het is anders wel een van de makkelijkere onderwerpen van het wiskundeprogramma. ;)

kansberekening is wel vreselijk saai.
wiskunde B, wat vreselijk dat ze hebben besloten dat er tóch maar kansberekening in moet.

Vind je het vooral vreselijk of vind je het vooral saai? :D
Ikzelf had indertijd in 5 h.a.v.o. ook niet zoveel belangstelling voor kansrekening. Het sprak me niet echt aan, en ik vond het zelf een lastig onderdeel van de h.a.v.o.-wiskunde. Inmiddels ben ik me er in het kader van de bijlessen die ik geef en in het kader van zelfstudie wat meer in gaan verdiepen.

Tja, dat is nu eenmaal het probleem met leerplanherzieningen. Er zullen altijd onderwerpen bij zitten waarvan sommigen vinden dat dat geen goede keuze was. Wat dat betreft zijn er in de geschiedenis van het wiskunde-onderwijs al heel wat leerplanherzieningen geweest die voor sommigen als zeer ingrijpend zijn ervaren.