mathfreak |
17-09-2003 18:55 |
Citaat:
Upior schreef op 17-09-2003 @ 18:59:
Haha, dat verhaal ken ik. Staat in ons boek bij het hoofdstuk over getallenrijen (leuk verhaal trouwens).
|
Dat hij in het hoofdtuk over getallenrijen staat vermeld is geen toeval, aangezien het in deze anekdote over de som van een rekenkundige rij gaat.
Citaat:
Upior schreef op 17-09-2003 @ 18:59:
Kennen jullie nog meer wiskundige/scheikundige/natuurkundige anekdotes?
|
Ik heb er nog een over de Franse wiskundige Paul Painlevé. Hij was indertijd examinator aan de Ecole Normale Superieure in Parijs. Dit is een instituut voor hoger onderwijs waarvoor een modeling toelatingsexamen moet worden afgelegd.
De anekdote gaat als volgt: op een dag raakt een van de studenten van de Ecole Normale Superieure met een van de kandidaten voor het toelatingsexamen aan de praat en vertelt hem dat er nogal wat grappen op de Ecole Normale Superieure worden uitgehaald omdat dat traditie is. Hij vertelt dat bij een van die grappen een van de studenten zich voordoet als examinator en de kandidaat voor gek zet.
Wanneer de kandidaat het lokaal binnengaat voor het toelatingsexamen staat hij oog in oog met Painlevé, die er echter jong genoeg uit ziet om voor een student te worden aangezien, waarop de kandidaat zegt: "Hier trap ik niet in." Painlevé reageert verbaasd: "Hoe bedoelt u? Waar heeft u het over?" De kandidaat antwoordt: "Ik heb de grap al lang door. Jij bent een oplichter." Painlevé probeert de kandidaat er tevergeefs van te overtuigen dat hij wel degelijk de examinator is, en als dat niet lukt haalt hij er ten einde raad de directeur van de Ecole Normale Superieure bij, zodat die voor hem garant kan staan... :D
Een andere anekdote gaat over de Franse wiskundige Laplace die een 5-delig boekwerk over hemelmechanica schreef. Toen Napoleon plagerig opmerkte dat hij God nergens vermeld had zien staan antwoordde Laplace met de sindsdien beroemde opmerking: "Sire, ik had deze hypothese niet nodig."
Nog een anekdote over Laplace: hij maakte nogal veel gebruik van de zinsnede "zoals men gemakkelijk kan zien", waarop Nathaniel Bowditch, een vertaler van Laplaces werken, opmerkte: "Ik ben nooit op een van Laplaces 'zoals men gemakkelijk kan zien' gestoten zonder er zeker van te zijn dat het mij uren hard werk zou kosten om de gapende afgrond te dempen en te ontdekken waarom het gemakkelijk te zien was." :D
|