![]() |
analoge techniek vraagjes
heej wie wil mij alstublief helpen met dit vak:
hieronder staan 10 vragen wil iemand die perfect met formules en berekeningen en al voor mij oplossen. De maker (Zonder fouten aub :P) ben ik heeeel dankbaar want ik heb binnekort een toets. Ik heb alleen dit vel met vragen gehad en geen antwoorden of uitleg of stencil met info. alvast bedankt (Y) 1. Een weerstand van 100 Ohm en een vermogen van 0,5 Watt word aangesloten op een spanning van 5 Volt. Wat is het vermogen dat die opneemt ? 2. Een weerstand van 270 Ohm en een vermogen van 2 Watt. De maximale spanning waarop deze weerstand mag worden aangesloten is: 3. Op een spanningsbron van 12 Volt staan R1,R2,R3 parralel. R1 = 12 V / R2 = 24 V / R3 = 8 V Wat is de vervangingsweerstand ? 4. Op een spanningsbron van 96 Volt staan R1,R2,R3 parralel. R1 = 48 Ohm / R2 = 96 Ohm en R3 Vervangingsweerstand Rv = 16 Ohm Wat is R3? 5. Een printer heeft een vermogen van 35 Watt en is aangesloten op een netspanning van 115 Volt en een netfrequentie van 60 Hz. Wat is de weerstand van de printer? 6. Een LED heeft een maximale stroom van 40 mA. De spanning over de LED is 1,5 V. Hij is in serie geschakeld met een voorschakelweerstand. De aangesloten spanning is 12 Volt. Wat is de waarde van de voorschakelweerstand ? 7. Twee weerstanden staan in serie aangesloten op een spanning van 12 Volt. U1:U2 = 1:5 De stroom in de schakeling is 20 mA R1 en R2 zijn: 8. Twee weerstanden R1 = 20 Ohm en R2 = 60 Ohm staan parralel. In serie hiermee staat R3. De stroom door R2 is 3 Ampere. De totale spanning is 240 Volt. Wat is R3 ? 9. Twee weerstanden R1 = 2 Ampere, R2 = 10 Ohm, R3 = 5 Ohm & 5 Ampere. Wat is R1 en wat is de totale spanning ? 10. Twee weerstanden R1 en R2 staan in serie geschakeld. Parralel hieraan is R3. R1 = 25 Ohm, R3 = 100 Ohm De vervangingsweerstand van de gehele schakeling is 50 Ohm. Wat is R2? Ik ben uw dankbaar !! plz :( |
3. Op een spanningsbron van 12 Volt staan R1,R2,R3 parralel.
R1 = 12 V / R2 = 24 V / R3 = 8 V Wat is de vervangingsweerstand ? 1/12+1/24+1/8= 6/24=1/4, vervangingsweerstand is 4 ohm 4. Op een spanningsbron van 96 Volt staan R1,R2,R3 parralel. R1 = 48 Ohm / R2 = 96 Ohm en R3 Vervangingsweerstand Rv = 16 Ohm Wat is R3? 1/48+1/96+1/x=1/16= 6/96--> 1/x= 3/96 x=R3=32 ohm 5. Een printer heeft een vermogen van 35 Watt en is aangesloten op een netspanning van 115 Volt en een netfrequentie van 60 Hz. Wat is de weerstand van de printer? P=UxI --> I=P/U=35/115 R=U/I= 115/(35/115) 6. Een LED heeft een maximale stroom van 40 mA. De spanning over de LED is 1,5 V. Hij is in serie geschakeld met een voorschakelweerstand. De aangesloten spanning is 12 Volt. Wat is de waarde van de voorschakelweerstand ? Rled= 1,5/0,04= 37,5 ohm...de voorschakelweerstand moet 10,5/1,5= 7x zo groot--> 37,5 x 7. Maar dit is denk ik fout. 7. Twee weerstanden staan in serie aangesloten op een spanning van 12 Volt. U1:U2 = 1:5 De stroom in de schakeling is 20 mA R1 en R2 zijn: Over weerstand 1 staat 2 volt over weestand 2 10 V. R1=2/0,02= 100 ohm en R2=10/0,02=500 ohm. 8. Twee weerstanden R1 = 20 Ohm en R2 = 60 Ohm staan parralel. In serie hiermee staat R3. De stroom door R2 is 3 Ampere. De totale spanning is 240 Volt. Wat is R3 ? De stroom door R1 is 3x zo klein. dus 1A, hieruit blijkt dat de complete stroom 4A is. vervangings weerstand---> 1/20+1/60= 1/15 15 ohm. U=IR=4x15= 60V over R1,R2... dus nog 180 over R3-->R=U/I=180/4= 45 9. Twee weerstanden R1 = 2 Ampere, R2 = 10 Ohm, R3 = 5 Ohm & 5 Ampere. Wat is R1 en wat is de totale spanning ? wat is paralel? en wat is serie? 10. Twee weerstanden R1 en R2 staan in serie geschakeld. Parralel hieraan is R3. R1 = 25 Ohm, R3 = 100 Ohm De vervangingsweerstand van de gehele schakeling is 50 Ohm. Wat is R2? we nemen even R1 en R2 als 1 weerstand. Deze moet samen met R3 gelijk zijn aan 50 ohm. Dus 1/100+1/x=1/50 1/x=1/100 Dus R1 + R2= 100 ohm R2=100-25= 75 ohm |
hartelijk dank (K)
nog iemand met vraag 1,2,9,10 ?? |
ik heb ff nagekeken (het is normaal meerkeuze dus die heb ik er expres niet bijgezet)
Deze vragen/antwoorden moet ik nog want de andere zijn nog niet gemaakt of waren fout. 1,2,5,6,8,9 3,4,7 en 10 waren wel goed :) thanks HELP ME PLZ MET DE REST plz oeps caps ;) |
bij vraag 9 is alles parralel :)
|
wie kan me alstublieft helpen :( !!
|
Waagt enkele pogingen :o
1. Een weerstand van 100 Ohm en een vermogen van 0,5 Watt word aangesloten op een spanning van 5 Volt. Wat is het vermogen dat die opneemt ? R = 100 Ohm P = 0,5 W U = 5V P(r) = ? P = IČR --> I = sqrt(P/R) = 0,071 A P(r) = UI(r) =5*0,071 = 0,35 W 2. Een weerstand van 270 Ohm en een vermogen van 2 Watt. De maximale spanning waarop deze weerstand mag worden aangesloten is: P = UI I = U/R dus P = UČ/R vul P en R in en je hebt U 5. Een printer heeft een vermogen van 35 Watt en is aangesloten op een netspanning van 115 Volt en een netfrequentie van 60 Hz. Wat is de weerstand van de printer? ehm, wat moet ik met die frequentie?? 6. Een LED heeft een maximale stroom van 40 mA. De spanning over de LED is 1,5 V. Hij is in serie geschakeld met een voorschakelweerstand. De aangesloten spanning is 12 Volt. Wat is de waarde van de voorschakelweerstand ? weerstand van led is 1,5/0,040=37,5 Ohm de vervangingsweerstand is (37,5+ Rv) dus voor de schakeling geldt : 1,5 = 0,040*(37,5+Rv) en is Rv te berekenen. 8. Twee weerstanden R1 = 20 Ohm en R2 = 60 Ohm staan parralel. In serie hiermee staat R3. De stroom door R2 is 3 Ampere. De totale spanning is 240 Volt. Wat is R3 ? Rv(1,2) = 1/((1/20) + (1/60)) = 15 Ohm I(R2) = 3A verhouding R1:R2 = 1:3 dus I(R1) = 3x zo groot (weerstand 3x zo klein) dus I(R1) = 9A In parallelle schakeling U overal gelijk. U(R2) = 3*60 = 180 V nu weet je dat U(R3) = 240 - 180 = 60V de I over vervangingsweerstand R(1,2) = 12 A en in een serieschakeling blijft I gelijk. R3 is dus 60/12 = 5 Ohm Controle over hele schakeling: U = I(t)*R(v) = 12*20 = 240 V 9. Twee weerstanden R1 = 2 Ampere, R2 = 10 Ohm, R3 = 5 Ohm & 5 Ampere. Wat is R1 en wat is de totale spanning ? U(R3) = 5*5 = 25V aangezien de schakeling parallel is, geldt deze waarde voor de hele schakeling dus R1 = 25/2 = 12,5 Ohm controle: R(v) = 1/((1/12.5)+(1/10)+(1/5)) = 2,6315... Ohm I(t) = 2+5+(25/10) = 9,5 U = 9,5*2,6315... = 25 V |
Citaat:
Gewoon R = (V^2)/P toepassen volgens mij. |
Citaat:
over het algemeen is het zo dat je alle gegevens moet gebruiken, dus daarom vroeg ik me af wat ik met die '60'van de frequentie moet... |
Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 23:55. |
Powered by vBulletin® Version 3.8.8
Copyright ©2000 - 2025, Jelsoft Enterprises Ltd.