Basische oplossingen en pH-waarde
 

hallo iedereen;
bij chemie zijn we met proeven bezig ivm basische oplossingen en hun pH-waarde. Nu moeten we ook proeven doen met NH4OH. De vraag is: Bereken hoeveel ml. van deze vloeistof moet worden afgemeten om 100ml NH4OH 0,1mol/liter te bereiden.

Deze gegevens staan op de fles:
M.M. = 35,05g/mol
dichtheid = 0,91kg/liter
25% van NH3

Ons groepke heeft géén flauw benul hoe we dat moeten doen.
Om het volume te berekenen is het toch aantal mol : concentratie
Of niet?

We probeerden het wat uit te werken, maar om het wat schematisch voor te stellen
x ml NH4OH + H2O (tot je 100ml hebt) -> 0,1molair

Kent iemand hier iets van ?
Alvast bedankt

Maak gebruik van het feit dat ammoniak een zwakke base is die met water reageert volgens de reactie NH₃ + H₂O <-> NH₄⁺ + OH^-. Je weet wat het massapercentage ammoniak is, dus je kunt daaruit afleiden wat de molariteit van de ammoniakoplossing is. Met behulp van de formule voor de baseconstante van ammoniak en de waarde van deze baseconstante moet je hier verder wel uit kunnen komen.

hallo T...h

Merkwaardig gegeven op jullie fles: MM = 35.05 g/mol!!!!
Jullie oplossing kan niet 0.1 M NH4OH zijn, wel 0.1 M NH3

De fles bevat een beetje NH4^+ en OH^-
De hoofdstof is NH3 met M = 17!

Neem van die oplossing 1 L = 1000 mL <=> 910 g

Bereken nu hoeveel gr NH3 => hoeveel mol NH3 in die liter.
Bekijk hoeweinig mL van de oplossing nodig zal zijn en vul aan tot...

NB Bovenstaande Babilonische notatieverwarring wordt in de handgewerkt door de nieuwste vereenvoudigingen in ons chemie onderwijs:
een ammoniak-opl = een ammoniumhydroxide opl.

ik vind het ook zo raar want je wilt een proef doen met een basische oplossing (waarschijnlijk titreren met zoutzuur). ammonia is een basische oplossing hoor.

--> oke je wilt dus een 100 mL 0,1 M NH3-oplossing maken uit een 25%-oplossing.

--> een 25%-oplossing heeft een molariteit van 13,3 M (0,25 x 904)/17,03 = 13,3 (zie ook binas tabel 42 A)

--> nu kun je met het aantal mol gaan rekenen maar er is ook een handig formuletje voor wat precies hetzelfde zegt:

V x M = V x M --> 100 mL x 0,1 M = x mL x 13,3 M

--> x = 0,75 mL

--> doe dus 0,75 mL 25%-oplossing NH3 in een maatkolf van 100 mL en vul deze tot de streep.

als je daarna gaat titreren met zoutzuur pipetteer je 10 mL 0,1 M NH3-oplossing uit de maatkolf en dat ga je titreren met de HCl en daar heb je dan ook 10 mL van nodig (theoretisch natuurlijk)

zo kun je het gehalte NH3 bepalen en kijken of het wel echt een 25%-oplossing was. Ik heb dezelfde proef gedaan alleen dan met huishoudammonia. Een aanrader: doe het pipetteren enz in een zuurkast of houd het van je af (het ruikt niet zo lekker en het is ook bepaald niet gezond)

veel succes met het experiment ;)

Tinekeuh is volgens haar profiel een Vlaamse, en in Vlaanderen kennen ze het Binas tabellenboek niet. Overigens kun je aan het woord "groepke" dat ze gebruikte ook zien dat ze uit Vlaanderen komt, aangezien verkleinwoorden in het Vlaams de uitgang -ke hebben in plaats van het Nederlandse -tje.

heb ook de berekening erbij gezet ;)

Dat zag ik, en ik denk dat ze er aan de hand daarvan inderdaad wel uit zal komen. :)