![]() |
Help met mij bloemlezing voor school
Hier Staan een Paar gedichten zouden jullie mij met stijlvlakkeringen etc etc metrum rijm etc en de gedicht natuurlijk uitleggen helpen zodat ik weet of ik het goed gedaan heb.
1. BELOOF HET ME Zoek mijn sporen waar ik liep, waar op het zand gelopen is, verdwaald maar niet verloren. Tel mijn stappen achterwaarts terug, word water in regressie. Trek me uit mezelf en leg het vasteland weer in m'n handen. Herken me als ik morgen gisteren vergeet en een vreemdeling in de spiegel ben. Beloof het me vandaag nu ik het nog weet, nu ik het nog steeds versta. Schrijver: Rudi J.P. Lejaeghere, 07-06-2002 2. LOVELY RITA De uitgeprocedeerde vreemdelingen Moeten hun huis uit volgens onze wet En als een burgervader zich verzet Wil de minister hem tot actie dwingen. Er is geen herberg meer in zo'n geval En zelfs geen plaats meer in een boerenstal. ... Ondanks verzet van veel gemeenten wil minister Rita Verdonk dat uitgeprocedeerde asielzoekers uit hun huis worden gezet ... 3. Driek van wissen Werd hij niet, toen liefde hem tot ons voerde Met geweld en hatelijkheid verwelkomd? Vreemdeling te midden van een volk dat niet vroeg Naar wat hij zelf dacht Oude wonden eerde hij prinsgewijs, door Sinds die dag het volk tegemoet te treden Met discretie, intelligentie, humor - Vreemde talenten. Nu hij dood is lijkt ook zijn aard begraven: Wrok en kleinheid maken opnieuw de dienst uit. Tranen zie ik? Valt van dit volk de rouwklacht Nog te vertrouwen? Guido van Spellen 4.Tranen Dwalend langs de wangen Van een verloren vreemdeling Druipende littekens Schaduw op de grond Waar de vreemdeling eens stond Spatjes levenssap Rood druipt op het tapijt Van een verloren vreemdeling Steen en metaal Gevuld met veel leegte Voor de man zonder berouw Een flater Misgelopen praat Prikt de ziel in stukjes lood Tranen Lopend langs de wangen Van een verloren vreemdeling... Katlyn de Ghellinck 5.hij werpt zijn blik uit, te hengelen haakt zich vast aan een ontlipte glimlach -wollen handen knopen wind in mijn haar en ik schik me nauwer in mijn huid- hij tast zijn zak af en naar een vuurtje om te vragen -een sjaal trapt mijn mond dicht snoert een woord tussen volle tanden- het blijft pluizen in mijn keel ik slik: 'nee, ik rook niet' 6. VREEMDELING Als de schemering begint staat aan 't einde van mijn pad een vreemdeling In de schaduw van zijn hoed heeft zijn smal gezicht de kleur van notenhout Achter zijn verschoten hoed stormen donderwolken aan Het late licht vlucht nu alle kanten uit Klein en mager als hij is de vreemdeling blijft hij staan zoals hij stond Vechten bliksem en regen en wind en dondert het Ook ik vrees het onweer niet maar de aanblik van zijn oog De vreemdeling is hij me van ouds vertrouwd? Ik keer hem de rug niet toe vijand of vriend Katja Bruning |
Zet hier eventjes de dingen neer die je al hebt, dan kunnen we vergelijken.
|
Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 12:05. |
Powered by vBulletin® Version 3.8.8
Copyright ©2000 - 2025, Jelsoft Enterprises Ltd.