![]() |
evenwichtsconcentratie
In een gesloten recipiciënt van 1 liter brent men 0,5 mol N2 en 0,8 mol H2. Hierna stelt er zich een evenwicht in volgens de vergelijking
N2 (g) + 3 H2 (g) <-- --> 2 NH3 (g) De evenwichtsconcetratie aan ammoniak bedraagt 0,2 mol per liter. Wat is de evenwichtsconcentratie aan H2? a. 0,4 mol/liter b. 0,5 mol/liter c. 0,6 mol/liter Het anwoord is 0,5 en een evenwichtsconstante is niet nodig volgens mijn boek, Hoop dat jullie het weten?????! |
we hebben het volgende evenwicht:
N2(g) + 3 H2(g) <--> 2 NH3 (g) omdat gegeven is dat het volume van de ruimte 1 L is, is de concentratie of molariteit van de evenwichtscomponenten gelijk aan het aantal mol van de evenwichtscomponenten. we zien dat de molverhouding van H2 en NH3 waarin ze reageren 3:2 is. dat betekent dat als er 0,2 mol NH3 is gevormd (0,2x3)/2 = 0,3 mol H2 heeft gereageerd. --> we hadden in de ruimte 0,8 mol H2 dus de evenwichtsconcentratie van H2 in het evenwicht is 0,8-0,3 = 0,5 M --> b Sander |
Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 05:52. |
Powered by vBulletin® Version 3.8.8
Copyright ©2000 - 2025, Jelsoft Enterprises Ltd.