![]() |
[anw] de ionbinding
-kan iemand mij in het kort de ionbinding uitleggen?
en wanneer treedt een ionverbinding op? en wat bedoelen ze hier mee? Wanneer men zouten als keukenzout in water brengt lossen ze op, de natrium- en chloride-ionen verlaten de kristalrooster en worden door een "watermantel" omhuld. Omdat vrijwel alle biologische processen zich in water afspelen, spelen deze ionen een veel grotere rol dan ionen in kristallen. alvast bedankt. Stencil is zo vaag..........heeft volgens mij 1 van de docenten zelf in elkaar geprutst. |
Een ionbinding is een binding waarbij sprake is van twee (of meer) atomen, waavan een deel positief en het andere negatief geladen is. Doordat de ladingen tegengesteld zijn trekken de atomen elkaar aan. Deze binding is veel sterker dan de "gewone" van-der-Waalsbinding tussen moleculen.
|
Citaat:
Maar ik snap het blad niet, de stencil de vragen.En wanneer treedt het op in het stencel staat van rechts met links perodiek systeem, bedoelen ze daar mee dat de ionenbinding optreedt tussen niet-metalen en metalen. Aangezien keukenzout een zout is. |
Citaat:
Ionen van metalen zijn positief geladen, ionen van niet-metalen meestal negatief. |
maar de atomen proberen toch hun buitenste schil vol te maken door elkaar elektronen te geven? Door het verschil in elektronen bestaat de positieve en negatieve lading. Zoiets was het toch?
En de valentie is het aantal elektronen die de atoom geeft? puff...... Ik lees het scheikunde boek desnoods wel door over dit stuk minder vaag (hoop ik). |
Citaat:
Het heeft te maken met hoe "gunstig" een bepaalde energietoestand is. |
Citaat:
|
bij een ionbinding is het ook gewoon zo dat de elektronen worden gedeeld, maar doordat de ene zo hard aan de elektronen trekt van de ander, verschuiven de elektronen in zijn geheel naar de andere kant. Hierdoor ontstaan positieve en negatieve ionen.
|
De valentie-elektronen zijn de elektronen in de buitenste schil, dus idd die het atoom "af kan staan."
Je moet het gewoon supersimpel bekijken voor iedere opgave: :) Als je bijv. Na hebt heeft deze 1 elektron in de buitenste schil (want: 2,8,1), deze wil hij graag kwijt, want dan heeft ie er weer 8. Cl heeft er 7 in de buitenste schil (want: 2,8,7), voor hem is het dus een stuk makkelijker om er 1 bij te nemen, dan heeft ie er ook 8. Maar Na heeft 11 protonen(+), gemaakt voor 11 elektronen(-). Als ie dat ene elektron nou afstaat aan Cl, dan hou je een netto positieve lading van 1+ over. Cl heeft 17 protonen, gemaakt voor 17 elektronen. Daar komt juist een elektron bij, dus dan krijg je 17 +, 18 -, wordt een negatieve lading van 1-. Ik hoop dat ik het zo duidelijk heb uitgelegd. :) En dat stukje over water wil gewoon zeggen dat NaCl een vaste stof is, maar als je het in water gooit dan lost het op. Het zit dus niet als NaCl in het water, maar gaat uit elkaar als Na+ en Cl-. |
Citaat:
|
Maar ik heb de vraag nu al. Teneerste duurde het een tijdje vorodat ik erachter kwam dat er geen Calciu-mion maar Calcium-ion stond en wat hij bedoelde na een uur puzelen ben ik erachteren gekomen wat ie met de vraag bedoelde. Hij bedoelde hoe onstaat de verbinding calciumchloride als calcium een valentie van 2 heeft en chloor van -1 , maar het stond er erg stom.
|
Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 10:59. |
Powered by vBulletin® Version 3.8.8
Copyright ©2000 - 2025, Jelsoft Enterprises Ltd.