een ander eind op Het helse paradijs.
Thea Beckman
Killian draait zich nogmaals om. Hij ligt buiten op de grond met een dun dekentje over zich heen dat hij ooit ergens gevonden had in een tas van één van de slachtoffers bij de storm. Hij voelde het natte gras tussen zijn tenen. Het waren precies dezelfde sprietjes als gisternacht. Hij telt ze, het waren er zeven. Hoe vaak zou hij nog deze sprietjes na moeten tellen? Hoelang zou deze mars nog duren? Wanneer was de brug nou eindelijk klaar? Het duurde nu al weken. Steeds als ze een goed begin hadden gemaakt werd de brug weer opgeblazen. Maar dit keer waren ze verder gekomen dan anders, omdat hij weer een keer zijn mond niet dicht kon houden. Hij weet het nog precies, die dag dat hij met Thura aan het praten was. Het ging goed, ze was aardig, ze gaf hem zelfs wat te eten! Killian slikt, een trilling gaat door zijn lichaam heen. Het was ook allemaal zijn schuld. Sergeant Bratschel kwam langs en vroeg: ‘Maar Killian jongen, wat doe jij nou hier? Pas maar op hoor, de wolven zijn nog altijd in de buurt’. ‘Dat weet ik’, zei Killian, ‘maar dat is juist de bedoeling, daardoor word de rattenplaag juist minder.’ Bratschel glimlachte,’Nou nou, wat een wijze woorden. En hoe weet jij dat nou? Hou op met die fabeltjes, ze tasten je verstand aan.’ ‘ Maar het zijn geen fabeltjes Sergeant, Thulenen weten veel van de natuur en Thura hier…’ Killians ogen werden groot, snel sloeg hij zijn hand voor z’n mond. Maar het was al te laat. Bratschel duwde hem opzij en… Opeens zakte Bratschel in elkaar en vlak erna klonk er een schot. Killian voelde zich misselijk, hij duizelde alles tolde om hem heen. De mannen trokken het hangende meisje omhoog. Maar Killian keek niet meer. Hij liep terug, zijn gezicht wit, maar hij kon niet huilen. Hij was helemaal leeg. Alleen één ding herhaalde zich keer op keer in zijn hoofd. ‘mijn schuld, het is allemaal mijn schuld…’
De volgende dag klinken er harde bevelen net zoals de dagen ervoor. Maar dit keer klinkt het toch anders, er zit warmte in, moed. Killian gaat zitten, de zon schijnt fel in zijn gezicht. En dan ziet hij het, het kamp wordt opgebroken, de brug is af, de mars gaat verder. Killian rolt snel zijn dekentje op en stopt het in zijn rugzak. Op trillende benen loopt hij door het kamp. Eindelijk word er weer gelachen en gezongen. Die nacht was er blijkbaar veel gebeurd. De brug was afgemaakt, het dorp aan de overkant uitgemoord en leeggeplunderd en de voorbereidingen voor het vervolg van de grote mars gemaakt. Over een paar dagen zouden ze eindelijk Gothab bereiken. Zou er eindelijk genoeg eten zijn en zouden de Badener alles onder controle krijgen. De zon schijnt, en Killian loopt, loopt mee met de mars. De mars naar een nieuw leven.
Laatst gewijzigd op 07-04-2009 om 12:10.
|