Citaat:
Reactorvat zit 10 mol stikstof, druk van het gas bedraagt 5.0 bar.
Vervolgens wordt er, in hetzelfde vat, 30 mol waterstof bij geperst.
|
Druk is dan 20 bar geworden.
Vraagstuk: Bereken de druk in het vat als 10% van de stikstofmoleculen is omgezet.
Formule om het op te lossen:
p1/n1=p2/n2
Invullen geeft:
20/40=p2/39
p2=19.5 bar
Uitwerkingen boekje zegt 19 bar, leerboek zegt 21 bar, wat is het nou? En ze vragen hier om de nieuwe situatie met 10% minder stikstof, dus geen waterstof, dus is het 30 mol + (0.9*10)=39 mol, nietwaar?