Als de afmetingen 2 maal zo klein zijn, is de oppervlakte 4 maal zo klein en de inhoud 8 maal zo klein. Hiermee kun je a en b beantwoorden.
Als de afmetingen k maal zo groot zijn, is de inhoud k³ maal zo groot. Gebruik dit om c te beantwoorden, en ga uit van de gegeven afmetingen voor een blik van 1 liter.
Als de afmetingen k maal zo groot zijn, is de oppervlakte k² maal zo groot en de inhoud k³ maal zo groot. Gebruik dit om dte beantwoorden, en ga uit van het aantal cm² blik voor een blik van 1 liter.
__________________
"Mathematics is a gigantic intellectual construction, very difficult, if not impossible, to view in its entirety." Armand Borel
|