Waan Zin
De zon schijnt. Ik fiets door de stad. Nog enkele minuten en ik kan de Jodenbreestraat inslaan. Het is rustig in de stad. Waarschijnlijk omdat het zo vroeg is.
Ik moet eigenlijk naar school. Maar ik ga niet. ‘k heb geen idee waarom niet. Als een zielloos lichaam fiets ik rond. Niemand kan wat aan me merken maar ik voel me vreemd. Als een roofdier dat tijdens de jacht vergeet wat hij moet doen, zich niet bewust is van de keuze die hij moet maken. Doden? Rusten?
Vreedzaam. Ik heb geen zin in iets, toch wil ik wat doen. Ik denk niet na, toch heb ik een doel. Door de ochtendnevel trap ik door. Flits. Auto, scooter. Auto, scooter.
Ik sta beduusd naast m’n fietskrot. De jongen van de scooter kijkt in m’n ogen. Ook hij weet zich geen houding te geven. Hij rijdt weg, ik loop door. M’n fiets lijkt kapot. Een mislukte trap tegen het frame reïncarneert m’n fiets tot een waardig vervoersmiddel.
Secondes lang. In een verwaarloosbare tijd leer ik het belangrijkste in m’n leven. Tot vlak voor de scooter bevond ik mij in de waan van total control. Ik zag niets, ik hoorde niets. Toch was daar de confrontatie.
De klap vn het leven trof mij hard. Fysiek mankeert me niks, mentaal waan ik me in het nirvana. Ik ben nietig. Weinig invloed. Iedereen, alles heeft invloed op m’n leven. Elke vogel die ik volg totdat hij aan de horizon is en van de wereld lijkt te verdwijnen heeft invloed. Ik leer.
De beste les in m’n leven. Geen docent die het geeft, geen persoon die dicteert, slechts een samenloop van omstandigheden geven mij de wijsheid waar ik al zo lang naar op zoek was.
Ik draai een willekeurige straat in. Voor mij ligt het oosterpark. Een vogel vliegt voorbij. Sierlijk verdwijnt hij aan de horizon.
__________________
Ik koop, dus ik besta
|