Het water
Een golf breekt zich tegen de rotsen,
Het water valt in 1000 kleine deeltjes uiteen.
Een meeuw zweeft in cirkels,
Om dit natuurgeweld heen.
De rots blijft staan,
Het water voelt zich verloren.
En poogt nogmaals,
De rots te doorboren.
Gedreven door de wind,
Waarop de meeuw zijn vleugels rust,
Breekt het water zich nogmaals,
En koerst het richting de kust.
Als daar het gebroken water aankomt,
Ziet niemand de pijn van de zee.
De worsteling met de grote steen,
Neemt het water niet met zich mee.
Het gehuil en de tranen,
Zullen in het water zelf vergaan.
het water vult zich met water,
Dit zal zo eeuwig blijven bestaan.
Totdat de meeuw die het ziet breken,
Zijn vleugels spreidt,
En het aankomende water,
Om de rots heenleidt.
De meeuw die daar vliegt,
Vliegt daar nog steeds alleen,
Elke dag nog,
springen de waterdeeltjes om hem heen.
Het water wil de meeuw niet horen,
Het gekrijs is te zacht.
De meeuw wil naar de dag toe,
Het water verkiest de nacht..
De meeuw probeert te vliegen,
Het water te leiden,
De rots zo krachtig groot,
Wil beiden!..
De meeuw strekt zijn vleugels,
Gedreven door de wind vliegt hij heen,
Ten einde raad..
Vliegt hij zich kapot door de gehaate steen!
__________________
It's gonna be one of those days (24)
|