Voor een tweede maal in mijn leven, sloot ik een bijzondere deur achter mij. Ooit was deze mijn toevluchtsoord geweest, ooit had ik deze met plezier geopend. Nu was die tijd voorbij, ik kon het niet meer opbrengen.
Tranen liepen over mijn wangen, terwijl ik mij een weg baande door het kleine voortuintje. De plantjes stonden er verlaten bij in het donker van de nacht. Er scheen zelfs geen licht meer vanuit de keuken. Het zag er allemaal hopeloos uit, net als mijn leven.
Het verleden, verschrompelt als het velletje van een verrotte banaan, achter me, het heden, wazig en onduidelijk, voor me. Ik kon er niets meer mee, ik wilde er niets meer mee kunnen.
Mijn leven had al veel eerder moeten eindigen. Dan had het al deze pijn niet te hoeven weerstaan, dan was er nog een kans geweest dat ik naar de hemel zou gaan. Nu was die kans verspeeld,wat ik aan mezelf te danken had.
Ik was een vrouw en dus vervloekt. Ik was mooi en dus verdoemd. Het vredige leven was mij simpelweg niet gegund. Waarom moest het dan op deze manier eindigen? Waarom moest ik alles zelf doen?
Terwijl ik diep in gedachte over de donkere straten liep, begon het te regen. Zachtjes, maar met de minuut harder. Mijn haar werd nat en de druppels gleden één voor één mijn nek in. Ook mijn trui en broek werden nat en even later begonnen mijn schoenen te soppen van het water.
Droevig en diep geraakt staarde ik voor me uit. De tranen hadden zich vermengd met de regendruppels en liepen, gepaard met mijn mascara, als dunne zijtakjes van een rivier, over mijn wangen heen. Bij mijn geboorte werd de speer geworpen. Nu, op mijn éénentwintigste, zou de speer aankomen, recht door het hart.
Ik sloeg rechtsaf, een smal zandweggetje in, en liep tot ik bij de houten brug aankwam. Ook die zag er verlaten uit. Het donkere water stroomde er wild onderdoor en de regen spatte haatdragend kapot op de bruine balken.
Ik plantte mijn voeten vlak voor de reling, leunde voorover, met mijn handen op het hout. Nu stroomde het donkere water ook onder mij door, iets wat me nog triester maakte. Ik zag mezelf in de golfjes, huilend en klaar om afscheid te nemen.
Voor enkele seconden schoot er een twijfel door me heen. Ik wist dat ik alle ellende achter me zou laten, maar ik wist ook dat ik heel veel moois pijn zou doen. Ik hield van ze, ziels veel, en ik zou ze nooit kwijt willen. Maar ik moest dit doen, voor mezelf én voor mijn dierbaren.
Langzaam haalde ik het gouden kettinkje uit het voorzakje van mijn trui. Tussen mijn wijsvinger en duim liet ik het boven het water bungelen.
Hij was het mooiste wat ik in mijn bezit had, maar ik verdiende zijn liefde niet. Ik wilde zijn armen om me heen, maar ook dat was me niet gegund. Eén enkele kus, streling of glimlach van hem deed mijn nacht in dag veranderen en mijn winter in zomer. Maar ik mocht het niet, nooit zou ik het mogen.
Ik wilde het kettinkje laten vallen, maar het lukte me niet. Mijn hand was geopend, maar het kettinkje bleef liggen. Ik wilde er vanaf, ik kon het niet meer bij me dragen. De gedachte aan hem, maakte me zwak. Met dit kettinkje in mijn handen zou het me nooit lukken voorgoed afscheid te nemen.
Toch sloot ik mijn hand en bracht hem naar mijn mond toe. Zachtjes en teder kuste ik het hartje, met het diamanten traantje.
“Ik hou van je,” fluisterde ik.
In een snelle beweging smeet ik het kettinkje weg. Met een zachte plons kwam het terecht in het zwarte water, zonk naar de bodem en verdween uit mijn zicht.
Ik slikte een opkomende zee van tranen weg en pakte voor een tweede maal iets uit mijn voorzakje. Dit keer was het groter, gevaarlijker en minder mooi. Dit keer zou ik er afscheid mee nemen, alles achter me laten. Mijn liefde, mijn vriendschap, mijzelf.
Ik sloot mijn rechterhand er omheen en liet mijn wijsvinger het werk doen. Nu twijfelde ik niet meer, geen seconde. Alle ellende had ik gehad, nu was het tijd om daar een einde aan te maken. Ik sloot mijn ogen, ademde voor de laatste keer in en fluisterde nogmaals:
“Ik hou van je,”
Een harde knal volgde en de speer had zijn doel bereikt…
-x-
__________________
Schrijven is georganiseerde spontaniteit!
|