'Nederlands rechtssysteem verrot', wat een drama weer. Dit is al veel vaker in de media geweest. Het gaat in principe om drie vervelende burgers die in hun eigen zaken ongelijk hebben gekregen tot in de hoogste instantie (nota bene zelfs bij het Europees hof voor de rechten van de mens, waar een klacht ex artikel 6 was ingediend, dat wil zeggen een klacht over schending van het fair trial-vereist). Daarom stapt men nu naar de VN, maar dat is eigenlijk geen instantie waar je daar een klacht over kunt indienen omdat het daar geen kennis, geen klachtbevoegdheid en geen jurisdictie over heeft. Maar vooruit.
Nevenfuncties van rechters staan overigens wel vaker ter discussie. Dingen als 'de Nederlandse rechtsstaat schudt op zijn grondvesten' zijn dus ook typische uitspraken van amateurs die de gezaghebbende rechtssociologische literatuur niet kennen. Daar heeft men het 'probleem' namelijk al uitgebreid onderzocht. Waar het in concreto om gaat is dat men vindt dat rechters geen nevenfuncties mogen hebben. Omdat veel mensen niet precies begrijpen hoe het zit met die nevensfuncties zal ik het hier even uitleggen.
In principe hebben we in Nederland twee soorten rechters, namelijk rechters en rechter-plaatsvervangers. De eersten zijn bij koninklijk besluit voor het leven benoemd en hebben het ambt van rechter als hun primaire functie. De tweeden zijn meestal werkzaam als advocaat, maar soms ook als hoogleraar, universitair docent/onderzoeker of als bedrijfsjurist. Ze springen vaak bij als rechter-plaatsvervanger vanwege de overbelastheid van de rechterlijke macht. Het zou immers zonde zijn om niet te putten uit de bron van kwalitatief ontzettend goede juristen (onder de advocaten bij grote wetenschappelijke kantoren in de randstad bevinden zich veel hoogleraren).
De onafhankelijkheid van die rechters-plaatsvervanger is gewaarborgd door een aantal dingen. Ten eerste de mogelijkheid van wraking. Dat is een verzoek dat de advocaat van een partij kan doen als hij vindt dat een rechter niet onpartijdig is. Het wrakingsverzoek wordt beoordeeld door een ander drietal rechters, de zgn. wrakingskamer. Die onderzoekt of de rechter inderdaad ontoelaatbare banden heeft met de zaak die hij moet beoordelen. De tegenhanger daarvan is verschoning, dan verzoekt de rechter zelf een zaak niet te hoeven doen omdat hij erbij betrokkenj is (want rechters krijgen zaken anoniem toegedeeld, dus het kan best dat iemand ineens ziet dat zijn familie erbij betrokken is. Dat zal hij dan weigeren).
Een - algemenere - mogelijkheid is natuurlijk de mogelijkheid van hoger beroep. Een rechter moet rechtspreken volgens de wet. Heeft een partij het gevoel dat de rechter het recht niet goed heeft toegepast, of dat hij een feit heeft overgeslagen of onjuist heeft beoordeeld, dan kan hij in hoger beroep gaan. Daar buigen vijf andere rechters zich over de zaak, die dan helemaal overnieuw wordt beoordeeld. Een rechter die niet onpartijdig was en een feit heeft verdoezeld of niet heeft meegewogen zal dan door de mand vallen. Valt hij niet in hoger beroep door de mand dan is er altijd nog de mogelijkheid van cassatie, zij het dat de toetsing daar beperkt is omdat de Hoge Raad in principe niet naar de feiten mag kijken. Stiekem doet hij dat vaak wel, en ontdekt hij dat een rechter een feitelijk oordeel heeft gegeven waar een luchtje aanzit dan vernietigt hij het vonnis wegens een motiveringsgebrek.
Is er dan nog ontevredenheid over de onpartijdigheid van de rechter, dan kan de partij altijd nog een klacht indienen bij het Europees hof voor de rechten van de mens. Dat Hof onderzoekt dan uitgebreid hoe de zaak is gegaan. Een eerlijk proces is een grondrecht en een onpartijdige rechter hoort daarbij. Stelt het EHRM vast dat er schending van het onpartijdigheidsvereiste is geweest, dan wordt vaak een schadevergoeding toegewezen.
Maar terug naar de rechters-plaatsvervanger. Het zou natuurlijk het allerbeste zijn als er alleen maar beroepsrechters waren die er helemaal geen functies naast hebben. Dat is echter niet mogelijk. De opleiding tot rechter (RAIO) biedt jaarlijks maar plaats aan hooguit enkele tientallen personen. Dat komt doordat de eisen zeer hoog zijn, natuurlijk om de kwaliteit van de rechtspraak te waarborgen. Om die reden is de rechterlijke macht overbelast en onderbezet. Het is dan begrijpelijk dat men advocaten inzet om af en toe bij te springen. Ook ziet men vaak dat emeritus hoogleraren of rechters gevraagd worden.
Zoals ik al zei zijn er dus twee manieren om de onpartijdigheid te waarborgen, namelijk de wraking (materieel) en het appel (procedureel). Waar het om gaat is niet dat de rechter in abstracto onafhankelijk is, want hij heeft altijd wel ergens een kennis zitten die een connectie heeft met een partij als je maar lang genoeg doorzoekt. Het feit dat de rechter moet oordelen over een partij die de achterneef is van een jongen waarmee vroeger de broer van de rechter op voetbal heeft gezeten is natuurlijk geen grond voor wraking.
Voor rechters-plaatsvervanger die advocaat zijn geldt dat die in de regel bij grote kantoren wegkomen. Een rechter-plaatsvervanger die advocaat is gaat echt niet zijn eigen kantoor in diskrediet brengen door in een individueel geval niet onpartijdig te zijn. Bovendien is het voor een advocaat bij een groot kantoor volslagen onbekend welke zaken zijn collega's doen. Mocht hij al een zaak krijgen waar een kantoorgenoot over oordeelt, dan zal hij daar echt niet de naam van het kantoor voor op het spel zetten (dat leidt meteen tot ontslag), meestal wéét hij het niet eens, en als hij er al op gewezen wordt dan zal hij zich hebben verschoond nog voor er überhaupt een wrakingsverzoek is ingediend.
Het gaat er dus om dat er in concreto gekeken wordt naar de positie van de rechter ten opzichte van de zaak. Niet een krampachtig systeem in abstracto om chinese walls op te werpen, maar een systeem van checks and balances die er feitelijk voor zorgen dat de rechter gecontroleerd wordt. Net als je in het staatsrecht niet moet streven naar een krampachtige scheiding tussen de machten, maar je gewoon moet erkennen dat er 'lekken' in de scheidingsmuren zitten en dat je je beter kunt richten op de checks and balances die die onderlinge stromen door de lekken controleren en corrigeren.
Natuurlijk kan het altijd fout gaan. Een wrakingsverzoek kan soms niet worden ingediend omdat een partij pas later op de hoogte komt van een connectie tussen de rechter en de wederpartij, terwijl de rechter in kwestie op zijn beurt pas ná de mogelijkheid tot verschoning ontdekt dat hij in die zaak niet onpartijdig zou kunnen zijn geweest. Daarvoor kan dan altijd nog in hoger beroep worden gegaan en als dat niet mogelijk is kan men altijd nog een klacht bij het EHRM indienen. Dat is ook de normale, juridische weg (de VN heeft hier, zoals ik zei, eigenlijk niets mee van doen). Maar we hebben het dan dus over concrete gevallen, uitglijders die natuurlijk niet zouden moeten voorkomen, maar die onvermijdelijk zijn op een gebied waar mensen werken en dat midden in de samenleving staat.
Het is dus volslagen achterlijk om te roepen dat 'de Nederlandse rechtspraak' niet onpartijdig is, dat 'het Nederlandse rechtssysteem' verrot is of dat alle rechters-plaatsvervangers er maar wat op los rechtspreken en allemaal alleen hun eigen belangen dienen. Degenen die dat zeggen kwalificeren zichzelf automatisch als blaatapen. Prima dat je een mening wilt hebben over een onderwerp waar je niet gigantisch veel van weet, maar als je je daarbij baseert op een uitzending van een niet-juridisch actualiteitenprogramma over drie figuren die in de hele juridische wereld - terecht - beschouwd worden als hysterische dwazen, dan ben je niet slim bezig.
Laatst gewijzigd op 31-07-2005 om 11:03.
|