ik heb als onderwerp voor mijn betoog gekozen voor het onderwerp bouwfraude. Achteraf vind ik dit een heel moeilijk onderwerp.
Mijn stelling is: In de bouwfraude zaak moet de onderste steen boven komen. Dit leek mij een geschikte stelling omdat je niet direct aan 1 kant staat.
nou moet ik hierbij argumenten verzinnen, dit kan bijvoorbeeld zijn dat er bij de recent gebouwde bustunnel onder de A4 225.000 euro aan extra facturen zijn uitgeschreven. Uiteindelijk betalen we hier allemaal aan mee.
nou moet ik ook een tegenargument bedenken met weerlegging.
dit snap ik niet helemaal, ik heb de volgende tegenargumenten gevonden:
-De overheid was al veel eerder op het spoor van de bouwfraude, ze had eerder moeten ingrijpen
- Er was bij de schipholtunnel van te voren een bedrag afgesproken, in de prijs zijn de risico van tegenvallers opgenomen die er niet kwamen, daardoor was de winst veel hoger.
- De bouw van de schipholtunnel duurt 10 jaar, er konden zo grote kortingen los worden gepeuterd bij de inkoop van beton en staal.
- De overheid wilde alles zo snel mogelijk geregeld hebben, daarom leidde dit tot hogere prijzen.
welke van deze tegenargumenten is het beste en waarvan is het ook makkelijk te zeggen dat dit argument niet klopt?
graag een reactie, ook wanneer je goede voor-argumenten weet.
Alvast bedankt
|