Ik zit in een bootje midden op zee
de golven strelen mijn handen en
voeren me mee.
De horizon dat is mijn enige doel,
ik dobber wat rond met
de wind als mijn stoel.
Mijn leven is simpel,
ik kom niets te kort;
de vissen zijn voedsel,
ze vullen mijn bord.
Maar dan op een dag maak ik iets mee;
geen vis in het water,
geen rustige zee.
Nu zul je wel denken hoe kan dat dan toch?
Je had het toch fijn daar of
was dat bedrog?
Na lange tijd stilte besef ik verschrikt;
het leven gaat door maar
voor mij wat ongeschikt.
Ik heb me verscholen, dat geef ik toe.
Verstopt onder de deken
ookal was ik niet moe.
Ik heb ervan geleerd
maar ik zal nooit begrijpen.
Mijn boot is teruggekeerd
maar zal nooit bezwijken.
-------------------------------------------------------------------------------------------
Ik heb geen idee of ik dit nu zeer slecht moet vinden of niet. Graag jullie meningen

Het was een vingervlug gedichtje, I love to write again!