hey lieve mensen, ik kan maar niet op de juiste oplossing komen bij de volgende opdracht. Zouden jullie mij misschien kunnen helpen?
Marina eet twee soorten groenten: erwten en wortelen. Ze beschikt hiervoor over een budget van 25 euro. De prijs van 1 kg erwten is 1,25 euro en verandert niet. Zij koopt steeds 8 kg erwten. De prijs van 1 kg wortelen is eerst 0,75 euro , later 0,5 euro en ten slotte 0,25 euro.
Gevraagd: bereken de prijselasticiteit van de gevraagde hoeveelheid voor de situatie waarin de prijs van 0,75 euro/kg naar 0,5 euro / kg daalt en voor de situatie waarin de prijs van 0,5 euro/kg naar 0,25 euro / kg daalt.
Verklaar het verschil in de uitkomsten
|