Regels

[mr.jones]

Voor het schrijven van een verhaal bestaan een soort regels over hoe je dat moet doen. Opbouw, gebruik van dialogen, schrijfstijl, spelling enzo. Daar weet ik echter heel weinig van af. Weet iemand waar ik dat soort dingen kan vinden die handig zijn voor het schrijven van je eerste verhaal?

In een Nederlandsboek?

[sublime]

er zijn wel boeken te krijgen met tips over hoe je moet schrijven, waar je op moet leeten enz. renate Dorrestein heeft onder andere zo'n boek geschreven. Je zou eens bij een boekhandel kunnen kijken (staat bij de woordenboeken, bij ons iig wel...) en dan in de bieb gaan zoeken of je wat kunt vinden...

Stephen King heeft ook zo'n boek, gekoppeld aan een biografie. 'Over leven en schrijven' heet hij in het Nederlands.

Verder ben ik zelf niet al te happig op het uitdelen van algemene regels, omdat niets vast zou moeten staan in literatuur. Overal wordt je gewaarschuwd voor herhalingen, onleesbaar lange zinnen en overbodige onzin en Beckett doet in zijn boek Watt niet anders dan dat. Maar hij wint er wel een nobelprijs voor de literatuur mee.

Een paar algemene zaken kan ik wel kwijt.

Over de vorm:
-Probeer je tekst goed te verzorgen. Dat houdt in dat je zo min mogelijk kromme zinnen of spelfouten erin moet laten zitten. Ook al is je verhaal geweldig, zestien dt fouten in drie zinnen staan er lastig en kunnen de lust tot lezen snel wegnemen. De beste manier om dit te doen is door tussen het schrijven en herlezen minimaal één nacht te laten zitten en het werk daarna pas te plaatsen. Bovendien moet je goed om leren gaan met alineaindeling en witregels. Een enorme lap tekst is niet fijn, maar een gefragmenteerde tyfeszooi is ook bagger.
Let er hierbij ook op dat je dezelfde tijd blijft hanteren en niet wisselt. Ook rommelig.

-Probeer niet teveel te herhalen. Als je een verhaal schrijft over iemand aan de ontbijttafel, herhaal dan niet te vaak een opmerkelijk woord als 'melkpak', 'botervloot' of 'ontbijttafel'. Probeer af te wisselen, synoniemen te zoeken of de zinnen om te gooien, zodat je het woord niet hoeft te noemen.
Ditzelfde geld voor de zinconstructies. Begin niet elke zin met een onderwerp, gevolgd door een werkwoord. Maar ga ook niet krampachtig overal een bijzin of woord voor zetten (krampachtig liep hij,... gespannen luisterde hij,... vol verbazing keek hij,... enz.), want dat gaat ook irriteren.

-Probeer passieve zinnen te vermijden tenzij het echt noodzakelijk is. Die maken het verhaal zelf ook passief en minder levendig. Tenzij je er een bepaald effect mee wilt bereiken. Maar dat geld voor alle tips... je kan altijd een zinvolle uitzondering maken.

-Probeer tangconstructies in zinnen te vermijden. Een tangconstructie is: 'Op de stoep lag, door dit hete en warme weer dat de laatste dagen onze streek teisterde, een uitgedroogde slak'. Beter is dan: 'Op de stoep lag een slak, uitgedroogd door het hete en warme weer dat de laatste dagen onze streek teisterde'. Het leest veel gemakkelijker.

Inhoud:
Over de inhoud kan ik weinig zeggen, omdat iedereen van iets anders houdt. Wat wel erg belangrijk is, is dat je je lezers niet als achterlijk moet zien en ze alles voor moet kauwen. Je hoeft niet te zeggen dat Mientje erg verdrietig was omdat haar hond voor haar ogen aan baklappen gereden werd. Als je zegt dat een auto over het krakende lichaam van de hond scheurde en Mientjes lege ogen zich met tranen vulden, is dat genoeg. Vertel niet alles, maar laat dingen zien, zodat de lezer het daar zelf uit af kan leiden.

Hm... zie maar of je er wat aan hebt. Ik probeer deze dingen vaak in het achterhoofd te houden, maar breek er soms ook opzettelijk mee. Dat is belangrijk om te onthouden: het zijn geen wetten van meden en perzen.

LUH-3417