Registreer FAQ Berichten van vandaag


Ga terug   Scholieren.com forum / Oude troep / Eropuit!
 
 
Topictools Zoek in deze topic
Oud 06-08-2003, 18:53
Medea
Avatar van Medea
Medea is offline
Aan diegenen die de tijd hebben om het te lezen en om commentaar te geven .
Dit heb ik vorige maand geschreven. Ik heb me gebaseerd op het oorspronkelijke stuk van Euripides. Ik ben amateur toneelspeelster


MEDEA

Dramatis personae:
Medea
Jason
Pelias
Creon
Creusa
Apsyrtos
Aegeus
Hades
Persephone
Hecate
Hera
Aphrodite
Athena
Demeter
Zeus
Helios
2 kinderen van Jason en Medea
3 Dochters van Pelias
Koor

Eerste bedrijf
Scène 1: aankomst in Iolcos

Pelias
(zit op zijn troon)
Jason
Medea
kindjes
(als figuranten)

Pelias:
Vele jaren voorbijgegleden,
ja een lange tijd gelee
zaten Jason en ik
hier weer eens met zijn twee.
Hij kwam me een kleinigheidje vragen,
een onbenullig genoegen volgens hem.
Het was de troon maar, zei ie.
En prompt werd ik heel stil.
Ik was best trots op die kerel:
’Dat is mijn neefje, wat een knaap!’
En mijn toen nog brave hartje dacht
laat die jongen in de waan,
opdat hij met stijl en heldennaam
zonder me te belemmeren
dood kan gaan.
’Ga maar naar Colchis’,
zei ik hem,
’En haal me het Gulden Vlies.’
En hij vertrok dadelijk met zijn Argonauten
op een stevige, gunstige bries.
Nu staat hij daar, ja, hij leeft nog!
Een godje lijkt hij wel
Jammer genoeg wordt het nu tijd voor mij
om een eind te maken aan dit kinderlijke spel.
Jason jongen, die troon die krijg je niet,
maar ik wil wel iets voor je doen:
leef met Medea, jouw vrouw, in mijn paleis
en me helpen wordt je nieuwe tijdverdrijf.

Jason:
Maar oom, hoe kan je dat doen?
Je had me de troon beloofd!
Eerst heb je mijn vader vermoord
en nu wil je me de troon ontnemen!
Vele gevaren heb ik doorstaan voor dit Gulden Vlies.
Draken en legers heb ik verslagen
Alleen met de hulp van Medea is het me gelukt
om toch nog levend hier te raken.
En die kindjes, dat zijn jouw neefjes,
nakomelingen van mij en mijn prinses.
Ontneem ons ons geluk niet en gun me de troon.
Ik wil gerechtigheid hier in Iolcos.
Voor mij en mijn gezin.
Pelias:
Eruit joch, eruit!
Jouw Medea kan voor mijn dochters zorgen
en jij kan me helpen,
maar de troon is voor mijn zonen
en zal nooit bij jou belanden.
Pelias jaagt Jason en Medea weg.
Doek dicht en blijft dicht.

Scène 2: gesprek Jason en Medea

Jason
Medea
Beiden voor het doek.

Jason:
Ach Medea, het was allemaal tevergeefs.
Pelias zal nooit zijn belofte nakomen.
En jij, mijn prinses, bent slechts kindermeisje.
Het spijt me zo, Medea.
Medea:
Maar Jason toch, vergeet je niet,
met welke kunsten ik jou al geholpen heb?
Treur niet zo, die lafaard zal boeten.
En zonder twijfel kan ik je verzekeren
dat geen enkele wandaad tegen jouw familie
ongewroken zal blijven.
Hecate, godin van de maan, van duisternis, van onbegraven doden en grootse tovenares leerde me kunsten om met toverspreuken
de wereld naar mijn hand te zetten.
Ik leerde van mijn moeder
kruiden en magische planten kennen,
mengsels maken met eigenschappen
die een gewone mens nooit verkrijgen kan,
mengsels van liefde en echtelijk geluk.
Ook nog van mijn grootvader, Helios,
leerde ik de wereld van waarzeggerij,
hoe ik geluk moest lezen in de sterren,
in de hemel boven ons.
Laat ons echter, Jason, niet wanhopen,
want spoedig genoeg zullen doodsklokken
over Iolcos zingen van de dood van Pelias,
onrechtmatig bestuurder van zijn land.
Licht uit.

Scène 3: de moord op Pelias

Medea
dochters van Pelias
Pelias
Koor

Uit zwart piepschuim kan een plaat met de vorm van een ketel gesneden worden.

Dochter 1:
Wat zouden we vandaag toch kunnen spelen?
Verstoppertje lijkt me wel wat…
Dochter 2:
Oh nee, toch weer geen verstoppertje,
mijn kleren zitten dan altijd weer onder het stof.
Dochter 3:
En tikkertje dan?
Hah! Jij bent hem!
Dochter 2:
Laat ons vandaag prinsesje spelen.
Ik wil dansen met mijn kroontje op en trouwen met een prins.
Medea:
Maar meisjes, ik vrees ervoor, dat jullie ooit zullen trouwen.
Jullie vader is zo oud, dat ik vrees dat het niet lang meer zal duren voordat jullie wezen zullen zijn.
En dan, is er geen prins meer, die met jullie zal willen trouwen.
Dochters:
Oh nee…
Medea:
Ik ken echter wel een middeltje, een verjongingsdrankje meer bepaald,
maar ik weet niet echt zeker meer, of ik het wel nog helemaal weet.
Dochter 3:
Vertel het ons!
Medea:
Het is te ingewikkeld, sorry meisjes, alleen kan ik het niet.
Jullie vader zal echt moeten meewerken en jullie moeten me helpen.
Dochter 1:
Wat moeten we dan doen?
Medea:
Eerst moeten we jullie vader hebben.
Geblinddoekt, dat hij niet kan zien,
hoe zijn oude lijf weer jong wordt
- hij zou doodgaan van de schok –
En hij moet ook vastgebonden worden
zodat hij zich niet kan verzetten
wanneer we de magische spreuken toepassen
om hem zijn verjongingskuur te geven.
Vervolgens moet hij die ketel in
en beheks ik die met die spreuken
en als alles meezit,
na een paar uren koken,
komt hij eruit, zo jong als jullie broer.
Knapper en gezonder dan ooit tevoren.
Hij zal dol zijn op jullie!
Pelias komt tevoorschijn vanuit de coulissen. Medea houdt zich afzijdig
Pelias:
Dag mijn dochters!
Dochters:
Papa,papa,papa! Mogen we je blinddoeken, papa,
we gaan een heel leuk spelletje met je spelen. Mogen we je ook vastbinden? Toe, alsjeblieft, lieve papa, het gaat heel leuk worden en je gaat achteraf dol op ons wezen!
Pelias:
Die keer dat ik tijd heb voor mijn schatten, mogen ze me alles vragen wat ze maar willen.
Doe maar, meisjes! Laat het een leuk spelletje wezen! Hoe heet het trouwens?
Dochter 2:
Het verjongingsspelletje.
Pelias:
Oh, dat klinkt zeer aardig. Hopelijk werkt het wel.
Kijk, hier hebben jullie al wat om me te blinddoeken.
Haalt een doek uit zijn gewaad
Hebben jullie die touwen niet meer waarmee jullie je vorige kindermeisje 3 dagen hebben gevangengezet?
Die zagen me er heel stevig uit! Dan gaat jullie spelletje zeker lukken!
Dochter 1 haalt de touwen.
Pelias:
Zo, dan kunnen jullie me nu helemaal klaarmaken voor jullie verjongingsspelletje!
Kijk, hier zijn mijn handen al.
Dochter 2 bindt de handen vast.
Pelias:
Ja, zo is strak genoeg lieverd. Oh nee, auw, dat deed pijn! Ietsje losser, graag, ik denk niet dat jullie het leuk zullen vinden als na jullie verjongingsspelletje jullie vader met een afgestorven hand zit.
Dochter 3 maakt de blinddoek vast.
Pelias:
Ben ik dan nu klaar voor jullie spelletje?
De dochters leiden brengen hem naar de ketel. Iemand kan hem een duwtje geven wanneer Pelias moet doen alsof hij in de ketel stapt en op zijn knieën moet gaan zitten.
Licht verduistert (nachtlicht, schemering?), Pelias blijft zitten achter de ketel (die voor het doek is geplaatst)
Medea komt naar voren. Ondertussen wordt er een sprookjesachtig lied gespeeld. Bvb. Sanomi van Urban Trad/ Thriller – Michael Jackson/ Hijo de la luna – Belle Perez of iets klassieks.
Het koor komt uit de coulissen en danst met Medea en dochters gedurende het hele lied.
Na het lied gaat het doek dicht en gaan het koor en Medea weg. Spot op Pelias, die midden op het podium achter zijn ketel zit.
Pelias:
Hey, dat begint hier heet te worden hoor! Auw.
Dochters van me! Haal me hier weg! Help! Help!
Iemand, help me! Ze verbranden me! Help!
Dit is geen verjongingskuur, dit is moord!
Ze koken me!
Help!
Licht uit, Pelias gaat als het donker is met zijn ketel achter de coulissen.

Scène 4: de vlucht van Jason en Medea

Medea
Jason
Kindjes
Doek is dicht. Eerst staat slechts Jason op het podium.

Jason:
Medea! Medea! Waar ben je? We moeten vluchten!
Medea komt op het podium
Medea:
Jason, wat is er aan de hand? De koning is dood, wees blij.
Jason:
We moeten vluchten, ze zullen ons vermoorden als ze ons vinden.
Medea:
Maar met mijn toverkunsten doet niemand ons kwaad
Jason:
Jouw toverkunsten kunnen geen heel volk en leger overmeesteren. Weet je wel wat je gedaan hebt? Je hebt de koning vermoord, we hangen!
Medea:
Maar…
Jason:
Treuzel niet langer!
Medea:
De kindjes!
Medea vlucht achter het doek waar de kindjes staan.
Ze komt terug, Jason omhelst de kinderen vlug. Ze rennen naar de zijkant van het toneel. Licht gaat even uit.

Tweede bedrijf
Scène 1: aankomst in Corinthe

Medea
Jason
Creon
De kindjes

Doek dicht.

Jason:
Corinthe, Medea, daar, Corinthe! Nog even varen en we zijn er. Ziet het er niet mooi uit?
Daar zijn we veilig voor de wraak uit Iolcos. Daar kunnen we gelukkig worden. Familie van mijn moeder heerst er. Ze zullen ons goedgezind zijn. Een leven aan het hof wacht er op ons.
Medea:
Een leven aan het hof is voor mij niet belangrijk. Een leven zonder vernederingen, wij ons tweeën bij elkaar, dat vind ik pas belangrijk. Zoek geen rijkdommen op om je geluk in te ruilen tegen onheil, Jason. Ook zonder kroon kan een mens gelukkig zijn.
Jason:
Nee, mijn vader ben ik het verplicht om koning te worden van Iolcos. En met hulp van mijn familie hier in Corinthe zal ik erin slagen om de kroon van Iolcos te bemachtigen. En intussen kunnen we er een mooi leven leiden.
Medea:
Een liefdeloos leven.
Jason:
Nee, een goed leven. Ik zal je alles schenken wat je maar wenst. Voor mijn prinses doe ik alles.
Medea:
Behalve een troon opgeven.
Jason:
Neem me mijn jongensdroom niet af.
Medea:
Jongensdromen zijn naïef, Jason. Je hebt kinderen, je hebt mij. Wil je dan echt het risico lopen dat door een nutteloze oorlog voor een naïeve droom je kinderen wezen worden? Je bent een man met een gezin. Je moet voor je gezin zorgen.
Jason:
Onze jongen zou koning worden… Je wordt de vrouw van de koning en moeder van de toekomstige koning van Iolcos.
Medea:
Doe geen domme dingen.
Jason:
Kijk, we meren aan! Ik neem je mee naar het paleis van de koning, dan zal je vlug bijdraaien. Vertrouw me nu maar.

Doek gaat open. Medea en Jason verplaatsen zich naar het midden van het toneel. Koning Creon komt op hen af.

Creon:
Welkom, in Corinthe. Wel, wie zie ik daar? Die man, hij heeft de trekken van mijn zuster! Kom dichterbij, dat ik je bekijk! Zonder twijfel moet jij familie van me zijn, maar hoe komt het dat ik je niet ken? Wie ben je en vanwaar kom je?
Jason:
Ik ben Jason uit Iolcos. Mijn moeder, uw zuster, trouwde met de koning van dat prachtige land. Een kwaadwillige broer van mijn vader echter, Pelias, stootte mijn vader van de troon en verbande ons. Mijn moeder stierf uit verdriet en niet veel later stierf ook mijn vader. Ik beloofde mijn vader om de aan mij toekomende kroon te verwerven en zodra ik een man geworden was, begaf ik me naar mijn oom. Hij legde me een moeilijke taak op: het bemachtigen van het Gulden Vlies. Ik slaagde in deze opdracht en tijdens mijn lange reis ontmoette ik mijn vrouw, Medea. Ze is van koninklijk bloed en is van Colchis. Ik nam haar met me mee op terugreis naar Iolcos en samen met haar ging ik naar mijn oom, Pelias. Hij weigerde me echter de mij beloofde en toekomende troon. Niet veel later stierf hij echter, door schuld van zijn dochters en was het voor mij en mijn gezin genoodzaakt om te vluchten. Ik ben nederig en wens u te dienen en vraag u slechts onderdak.
Creon:
Niet zo nederig, jongen! Een gast en zeker een familielid moet goed behandeld worden! En een vernederd familielid moet gewroken worden! Een edel leven aan het hof zal jou geschonken worden en als je het wenst kunnen we een veldslag tegen Iolcos ondernemen, opdat je eindelijk je troon zou bezitten. Maar eerst feest!
Doek dicht.

Scène 2: onderwereld
Apsyrtos
Pelias

Pelias:
Hades! Hades! Hoor ons aan!
Apsyrtos:
Goden van de onderwereld, wees ons genadig!
Pelias:
Wij schimmen van de overledenen, vermoord door een vrouw.
Apsyrtos:
Ooit leefde ik een rijkelijk leven in Colchis, een heerlijke stad aan de Zwarte Zee. Doch, mijn zuster vermoordde me, toen ze wegvoer met Jason naar Iolcos. Ze sneed me in stukken, wierp mijn lichaam in zee, opdat mijn vader hen niet zou achtervolgen en zijn tijd zou besteden aan het bijeenzoeken van mijn lichaam.
Pelias:
Medea heet de vrouw van onze haat. Wreek ons, goden!
Stuur de wraakgodinnen op haar af!
Apsyrtos:
Gerechtigheid!
Pelias:
Wraak!
Apsyrtos:
Straf de vrouw die haar broer ombracht!
Pelias:
Straf de vrouw die de oom van haar man ombracht!
Apsyrtos:
Goden, verhoor ons! Wreek ons met uw goddelijke krachten!

Scène 3: de Hades

Hades
Persephone
Doek open

Persephone:
Die schimmen worden steeds lastiger. Hades, gemaal van mij, kun je daar niets aan doen? Laatst doken ze nog op tijdens het eten. Dat is echt niet gezellig, als je tussen nectar en ambrozijn een paar doden ziet vliegen. Ik wil dat je daar iets aan verandert! Kan je hen niet op vakantie sturen? Een uitje naar Elysese velden misschien? Of nee, laat hen een ritje maken op die hond van jou! Of misschien kun je ze nog wat straffen laten bedenken voor die misdadigers in de onderwereld… Ja, zou best leuk zijn. In elk geval, Hades, wordt het niet stilletjes aan tijd dat je die doden het zwijgen oplegt?
Hades:
Maar lieve toch, ze zijn al dood, zie je. Ik kan ze geen tweede keer laten sterven. Dat is nou gewoon heersen over de doden. Hen een beetje laten zweven, af en toe eens naar hun gezaag luisteren… Geen vermoeiende job hoor, maar je moet er tegen kunnen.
Persephone:
Maar ik kan niet eten als er tegenover mij een dode zit. Sorry Hades, je kunt je kiezen, ofwel doe je er iets aan ofwel ga ik terug bij mijn moeder wonen.
Hades:
Dat màg je niet.
Persephone:
Oh nee?
Papa, Hades behandelt mij slecht. Mag ik nu weer in de Olympos komen wonen? Dank je, papa.
Hades:
Waag het eens! We zitten hier met een groot probleem. Die laatste schimmen daar, ja, die schimmen die gisteravond in de badkamer opdoken toen je aan het douchen was. Nou, deze ochtend waren die weer aan het heibel maken en volgens mij wordt het tijd om hen eens echt serieus te nemen. Een vrouw heeft hen vermoord.
De ene is haar broer en de andere haar schoonfamilie. Het lijkt me een ernstige zaak. Ik heb het een en ander nagetrokken. Dat meisje is Medea, de tovenares, familie van Helios. Misschien wordt het tijd voor mij om mijn schimmen die wraak te geven die ze wensen…
Haar doden durf ik niet, Helios zou eeuwig kwaad op me blijven, maar waarmee zou ik haar kunnen kwetsen…
Persephone:
Met de liefde, Hades! Medea is dolverliefd op Jason. We moeten een rivale vinden voor haar. Jason moet een ander kiezen. Ze heeft voor hem haar familie opgegeven. Ze zal lijden als geen ander!
Hades:
Een uitstekend idee, mijn lief. Koning Creon van Corinthe heeft een dochter, Creusa. Een uitzonderlijk knappe jonge vrouw. Een meisje dat weet hoe ze een man moet versieren. Ik stuur Hecate, die heeft toch niet veel anders te doen.
Persephone:
Laten we wat nectar en ambrozijn eten, gemaal, door jouw ingenieuze plan, welt mijn eetlust weer op.

Scène 4: zending van Hecate

Hecate
Creusa

Doek dicht

Creusa:
Nee maar, waar kom jij vandaan? Wat doe je in mij vertrekken, vreemdelinge?
Je lijkt wel een godin.
Hecate:
Vrees niet, dochter van Creon. Inderdaad, ik ben van goddelijke afkomst en mijn naam is Hecate. Ik ben gezonden door Hades, heerser over de doden, want hij had een klacht.
Maar vrees niet voor de dood, Creusa, want die had hij voor jou echt niet in gedachten!
Straks is er een feest, Creusa, ter ere van een vreemdeling, ongekende familie van je vader. Maak je mooi, want hij is jouw toekomst. Jason, zal de vreemdeling heten. Hij is een prins van Iolcos. Versier hem en trouw met hem. Schenk hem kinderen. Let niet op zijn vrouw en hun kinderen, want boeten moet zij voor een dubbele moord en vele moorden zal zij nog plegen.
Geef gehoor aan mijn bevel en verleid Iason! Jullie kinderen zullen de kinderen van een held zijn.
Creusa:
Ik zal doen wat ik kan, godin.
Hecate:
Dag Creusa. Het ga je goed.

Scène 5: Goddelijk bezoek

Creusa
Demeter
Hera
Athena
Aphrodite

Creusa:
Weer drie onbekenden in mijn vertrekken? Wie zijn jullie?
Athena:
Wij zijn godinnen van verrukkelijke gaven, die een mensendochter als jij moet kennen.
Ik ben Athena, behalve wijs en geletterd, vaardig in het handwerk.
Hera:
Ik ben de beschermster van het huwelijk, van zwangerschappen, geboortes en het moeder zijn.
Aphrodite:
Maar zonder mij kan je helemaal niet. Voor en tijdens je trouwen mag je me niet in de steek laten. Schoonheid komt van mij, verleiding spreekt mijn lichaam. Ik ben jouw lafste bondgenoot in de liefde. Jong kan je van me genieten, maar oud zal je om me smeken.
Demeter:
Ook zonder mij kan je niet. Demeter is mijn naam. Godin van de landbouw en van het graan. Wat doet een man nog in huis zonder een overvloedige tafel? Wat laat een kind overleven zodra het de moederborst ontgroeid is?
Athena:
En toch is het voor een vrouw het belangrijkste om intelligent te wezen. Wat stoot een man meer af dan een vrouw die zodra ze haar mond opendoet hem met afschuw vervult?
Je moet nu slim zijn, Creusa. Een gouden kans ligt voor je. Hecate is hier reeds geweest. Laat die man niet ontsnappen! Je vader wordt oud en jij bent zijn enige dochter.
Aphrodite:
Ik blijf vanavond bij jou, schatje. Ik ga je mooi maken en jou straks op het feest wat helpen. De liefde is met je.
Athena:
De wijsheid en handvaardigheid.
Demeter:
Het graan en de landbouw.
Hera:
Het huwelijk.
Creusa:
Jullie gaan me dus allemaal helpen?
Athena:
Helpen inderdaad, maar de toekomst kunnen we niet voorspellen. Daarom, Creusa: wees steeds voorzichtig.

Scène 6: feest in Corinthe

Medea
Jason
Creusa
Aphrodite
Hecate
Creon
Koor

Doek open

Creon:
Vrienden! Een heugelijke dag is dit voor Corinthe!
Na een lange tijd van weggeweest zijn, is hier mijn dierbare neef Jason. Hij heeft verre reizen afgelegd, hij heeft een status van held! En hij heeft een vrouw, Medea en kinderen. Feest voor dit gezinnetje dat van Corinthes eeuwige gastvrijheid mag genieten.
Muziek! Feest! En dans!
Muziek. Er wordt wat gedanst. Daarna wijkt iedereen uit naar de zijkanten en komt Aphrodite in het midden te staan. Ze danst zelf wat en trekt vervolgens Jason en Creusa bij elkaar. Na de dans blijven ze beiden staan. De muziek vervaagt. De anderen treden op de achtergrond.
Jason:
Hoe heet je?
Creusa:
Creusa, heer.
Jason:
Je bent mooi.
Creon schaamt zich in wat er gebeurt en komt bij hen.
Creon:
Creusa, dit feest is geen plek voor jou. Ga naar je vertrekken. Jason, ik wil later nog eens met je praten.
Creon en Hecate voor het doek.
Creon:
Een knappe jongeman, die Jason. Hij zou een uitstekende schoonzoon wezen. Zou het niet heerlijk zijn: een held als toekomstige koning van Corinthe…
En Creusa en hij zijn ongetwijfeld verliefd. Dat merkt een blinde. Creusa is nu eenmaal knap en weet een man te verleiden.
Het zal niet moeilijk worden om hem die Medea te laten vergeten en verstoten. Wat verbeeldt ze zicht wel! Ze is een barbaarse, helemaal geen echte Griekse en een tovenares op de koop toe!
De meest benijdde onder alle vaders zal ik zijn, als Jason mijn Creusa huwt.
Hecate:
Hades! Hoe heb je me dit kunnen laten doen!
Kon je me niet zeggen wat de bedoeling was van mijn zending! ‘Zorg ervoor dat Creusa een zekere Jason verleidt, want die heeft een slechte vrouw, een moordenares.’ Wist ik veel dat je het over Medea had!
Met mijn eigen handen heb ik haar de toverkunst geleerd.
Ik heb haar leren mengsels brouwen! Van liefde vooral,
van jeugd en van deugd.
Ik ben tegen je, Hades! Hecate is tegen je!
Mijn daden kan ik niet meer ongedaan maken, maar mijn beschermelinge zal ik helpen. Al was het tegen alle wetten van goden en mensen wat ze zal doen, maar wreken zal ze zich en ik zal haar helpen!
Creon:
Vader Zeus, geef mijn dochter uw zegen!
Hecate:
Hades, laat dit niet waar wezen!
Creon:
Alle goden van de Olympos, zie deze gelukkige vader!
Hecate:
Laat ook Medea haar menselijk geluk!
Creon:
Maak dat die barbaarse het land uit is!
Hecate:
Waarom moet zij boeten?
Creon:
Een moordenares is ze, geen held waard!
Hecate:
Ze heeft Jason tot een held gemaakt!
Creon:
Een broedermoordenaar is ze.
Hecate:
Medea is de heldin van het verhaal!
Creon:
Ze zeggen dat ze kan toveren, dat ze Pelias gedood heeft.
Hecate:
Een vrouw door liefde gedreven, moordt voor een man.
Creon:
Naar Hades zou ik haar willen zenden.
Hecate:
Zonder Medea zou Jason al dood zijn.
Creon:
Zonder Medea zou mijn dochter nu al met Jason getrouwd zijn.
Hecate:
Goden op de Olympos, veroordeel mij voor Medea. Ik heb haar haar kunsten geleerd.
Creon:
Geef me een teken hoe ik die vrouw kwijt kan raken.
Hecate:
Laat me haar wreken!
Creon:
Ze zullen trouwen!

Scène 7 : aankondiging van de bruiloft

Medea
Koor
Creon
Creusa
Jason

Doek open. Medea en koor spelen ‘voor’ het doek.
Koor:
Toveren, Medea, toveren!
Medea:
Toveren zeggen jullie?
Koor:
Toon ons wat van je kunsten.
Medea:
Mijn kunsten zijn nogal bescheiden.
Koor:
Kun je zieken genezen?
Medea:
Met magische zalven en de gunst van Hecate.
Koor:
Kan je de toekomst voorspellen?
Medea:
Ja, ik zie de toekomst. De toekomst van vlakbij en verder weg. Ik zie ze helderder dan ooit tevoren. De hemel geeft zijn geheimen prijs. En ik zie, dat de donkerte van de hemel ook mijn toekomst is. Ik zie, dat slechts ongeluk mijn lot wordt. Ik zie, dat ik vele goden tegen me heb en dat de mensen smeken aan de goden om mijn ongeluk.
Ik zie, dat ik nooit mijn vaderland had mogen verlaten, dat mijn ongeluk er is omdat ik mijn vaderland verraden heb, dat mijn huwelijk mijn ondergang is. Ik zie dat ik wreed zal handelen, ik zie dat ik wreed zal behandeld worden. Ik zie de dood, maar van wie?
Creon:
Zie je daar jouw Medea, Jason. Ongeluk voorspelt zij door haar huwelijk. Ik kan jou echter geluk beloven, Jason. Laat die gekke meid, die barbaarse tovenares, links liggen. Ik bied je een betere partij aan, Jason, van oom tot neef. Je moeder zou het niet anders gewenst hebben. Trouw mijn dochter Creusa. Ik bied je mijn troon aan, Jason. Corinthe is aan jou. Je hoeft slechts mijn dochter te huwen. Het lot heeft je naar hier gebracht.
Zie hier mijn dochter. Is ze niet bevallig? Met haar schoonheid en jouw heldendom samen, maak je mij tot de gelukkigste aller vaders.
Jason:
Ja…
Medea:
Jason, nee!
Jason:
Met jou heb ik geen uitstaans meer, Medea. Zie je niet wat dit voor mij betekent! Ik ben verliefd op Creusa. Ik wil haar huwen. Ik wil met haar kinderen. De mooiste en dapperste van heel Griekenland zullen mijn naam dragen.
Ik zal koning van Corinthe worden, Medea. En als het lot me gunstig is, zal ik ook Iolcos onder mijn rijk hebben.
Koor:
Eerst verraadt ze haar vaderland en nu wordt ze zelf verraden.
Medea:
Maar mijn wraak zal je voelen!
Koor:
Het einde van de profetie is hem blijkbaar ontgaan. De dood, maar voor wie?
Creon:
Waag het niet mijn schoonzoon te bedreigen!
Jason:
Medea, ga naar huis. Laat me genieten van mijn pas gevonden geluk.
Medea:
Noem jij dat geluk?
Zowaar mijn grootvader Helios is, zowaar mijn beschermvrouw Hecate heet, maar het geluk is evenzeer tegen jou als tegen mij. Hoe kan je gelukkig worden door je vrouw te verstoten. Door mij leef je nog! Zonder mij was je vermoord in Colchis. Zonder mij had je het Gulden Vlies nooit gevonden, was jouw tocht met je Argonauten een grote mislukking geweest.
Jason:
Mijn tocht met de Argo was een vergissing. Ik had meteen mijn moeders familie moeten opzoeken. Zelfs met het Gouden Vlies wou Pelias de troon niet afstaan.
Misschien was het wel door jouw aanwezigheid dat hij de troon niet afstond. Misschien heb jij het vlies betovert opdat het me ongeluk zou brengen. Jij bent de oorzaak van alles wat misgaat. Jouw barbaarse aanwezigheid en jouw tovenarij zijn de oorzaak van alle kwaad. En nu gun je me het zelfs niet om een leven zonder jou te beginnen.
Medea:
Denk je dat Creon je zo graag zou mogen en als schoonzoon zou willen moest je niet bekend staan als dé held van het Gulden Vlies?
Creon:
Ga weg Medea, en neem jouw barbaarse nageslacht met je mee.
Jason:
Creon, het zijn ook mijn kinderen!
Creon:
Geen enkele man weet met zekerheid wie zijn kinderen zijn, slechts de moeder weet wie de vader was.
Jason:
Laat onze kinderen hier dan buiten.
Creon:
Goed, mijn schoonzoon, mijn neef. Laat ons ons nu terugtrekken, opdat de bruid zich in gereedheid zou kunnen brengen en het volk het feest kan voorbereiden.
Creusa, naar je vertrekken! Medea, jou spreek ik nog wel.
Kom niet in de buurt van mijn dochter. Als je het waagt iemand wat te doen, laat ik je ombrengen. Wees blij dat je voorlopig nog op een beetje genade kan rekenen. Mijn hart is veel te goed voor een door en door slechte vrouw als jij.

Derde bedrijf
Scène 1: de Hades

Zeus
Hades
Persephone
Hecate
Helios
Doek open. Zeus, Hecate en Helios komen op Hades en Persephone af. Hades en Persephone zijn aan het ruziën.
Hades:
Nee schat, je krijgt geen nieuwe badkamer.
Persephone:
Maar die geesten zweven binnen en buiten alsof het niets is.
Hades:
Jouw schuld, je moet maar niet zolang in bad blijven zitten!
Persephone:
Maar doe er toch iets aan! Ik durf nauwelijks nieuwe kleren aan te trekken.
Zeus:
Als ik de tortelduifjes even mag storen…
Hades:
Oh ja, dag broer. Wat brengt de heerser van de Olympos naar de duisternis van de Hades?
Zeus:
Wij moeten een paar ernstige zaakjes bespreken, broer.
Helios, ons aller vriend en mijn dierbare Hecate zijn mij deze ochtend komen opzoeken. Het schijnt dat jij je te veel met mensenzaken zou bemoeien.
Hades (tot Persephone):
Het is allemaal haar schuld.
Persephone:
Dat is niet waar, ik had gewoon mooi genoeg van die geesten die ons constant komen lastigvallen. En dan had Hades het over een moordenares waar een paar geesten over klagen en bedacht hij een plannetje dat Hecate kon uitvoeren.
Hecate:
Hij vergat mij wel de hele waarheid te vertellen.
Hades:
Rustig schatje, er wordt jou niets gevraagd. Trouwens, het is voornamelijk Aphrodites schuld.
Helios:
Het gaat wel om een afstammeling van mij. Ik ben de stamvader van Medea. Ik heb haar waarzeggerij geleerd.
Hades:
Blijkbaar niet genoeg, anders was ze vast niet meegegaan met die Jason.
Helios:
Wat insinueer jij daar?
Zeus:
Goden, wij zijn goden, geen gebekvecht dus!
Helios:
Hij beledigt mij.
Zeus:
Stilte! Als jullie in het vervolg nog willen ingrijpen, raadplegen jullie mij eerst, oké! Hecate mag Medea nog raad geven. Helios, waag het niet om haar een inzicht in de toekomst te geven. Mensen moeten niet weten wat hun lot is, waarom zouden ze anders nog leven? Wat is een leven zonder toeval en onverwachte gebeurtenissen? Als iedereen alles al zou weten zou de Hades vlug vol zitten. Laat ons hopen dat voor Medea alles nog goed zal verlopen.
Helios:
Ik voorspel haar een groot nageslacht. Een groot volk dat…
Zeus:
Zwijg, Helios. Laat de toekomst toekomst wezen, dat is nu nog van geen belang voor ons.

Scène 2: ruzie Medea en Creon

Medea
Koor
Creon
Doek open

Medea:
Vrouwen van Corinthe, hoor mij aan, opdat u me niets verwijten zou. Ik weet van vele mensen, die eerbied weten af te dwingen door uiterlijk en blik, of door de wijze van zich voor te doen, maar die toch door stil hun weg te gaan onverschilligheid en miskenning vinden.
In het menselijk oog is er geen gerechtigheid voor een mens die, zonder iemand goed te kennen, op de eerste aanblik zonder reden haat. Bovendien wordt tot een vreemde in een vreemd land alleszins toenadering gezocht. Ik misprijs trouwens wie in eigen stad van zijn stad vervreemdt.
U weet, wat mij onvoorzien overviel; het maakte mijn ziel aan het twijfelen. Al mijn vreugde is weg nu en sterven zou voor mij een oplossing wezen. De man wiens vrouw ik werd, die me alles was, blijkt een harteloos mens te zijn.

Van al wat adem heeft en rede, wacht vrouwen wel het zwaarste leven. Eerst moeten wij ons met een bruidschat een man kopen, een heerser over ons lichaam die we moeten aanvaarden. Na dat eerste kwaad, wacht ons dan nog een grotere pijniging. Heeft het lot ons een brave of een slechte man geschonken? Scheiden brengt een vrouw in opspraak en verstoten is haar niet gegund.
In die vreemde omgeving, met onbekende zeden, behoeft zij een zienersgave: hoe zal ze de liefde van haar man winnen? Daarvan bracht zij immers van thuis geen kennis mee. Als het samenleven door onze zorgen voor hem geen juk is, zijn we allebei gelukkig, maar zo niet, dan is de dood de enige uitkomst. Als voor een man het leven thuis te zwaar wordt, dan gaat hij heen en zoekt hij elders vertroosting en verstrooiing bij een vriend of in een gezellige kring, terwijl zijn vrouw thuis blijft met haar ziel.
Maar ons thuiszittend leven, zegt men, is gevaarloos, waar de man kampt met de lans. Een dwaling: liever bevind ik me driemaal in het vijandelijke kamp, dan dat ik eenmaal een kind krijg.
Laat me hier echter van zwijgen, het behoort een vrouw niet daarover te praten.

U is hier in uw stad, bij uw vader. Welvaart en vrienden overal om u heen. Ik ben hier eenzaam in een vreemde stad, ik moet de spot verdragen van een man die mij uit verre streken hierheen ontvoerde, zijn liefde belovend, terwijl ik hier geen moeder, zuster of verwant heb die me een toevlucht kan verschaffen in deze tegenspoed.
Ik wil u een gunst vragen: als ik een uitweg vind, die me een kans geeft om me op mijn man te wreken, zwijg dan.
Een vrouw mag dan in vele zaken vreesachtig zijn, weerloos en wapenen versagend, maar als haar eer in het echtelijke leven gekrenkt is, dan dorst geen mensenkind als zij naar wraak.
Koor:
Als een man zullen we je gehoorzamen. Pas op voor Creon, Medea!
Creon komt op.
Creon:
Weg! Weg, jullie! Is dit wat je van plan bent, Medea? Het volk tegen me opzetten?
Ga uit mijn land, Medea, en neem je addergebroed met je mee. De grenzen wil ik je overjagen en ik zal geen dralen dulden!
Medea:
En wat is de reden dat ik uit het land verbannen word?
Creon:
Ik vrees u, Medea. Zo, het hoge woord is eruit. Ik vrees dat je mijn dochter iets aan gaat doen. Je zint op wraak en je bent schrander. Schrander genoeg om te weten dat je de grootste wond alleen maar kan veroorzaken door mijn Creusa iets aan te doen. Ik word liever nu door je gehaat, dan mijn verdere leven een ogenblik van zwakheid te berouwen.
Medea:
Ik vergrijp me niet aan een koningsgeslacht.
Creon:
Ik vertrouw je niet, Medea. Ga weg uit dit land!
Medea:
Gun me dan nog een dag.
Creon:
Ik ben geen harteloos mens, dus ik gun je die dag, maar als je dan het land niet uit bent, dan zal je dat met de dood bekopen.
Creon af.
Medea:
Je hebt gelijk dat je me niet vertrouwt, ouwe. Meer zelfs, je hebt me op een idee gebracht!
Medea af, doek dicht.

Scène 3: de Hades

Hades
Persephone
Zeus
Hecate
Helios
Hera
Athena
Demeter

Koor

Het koor loopt heen en weer, met klein gereedschap in de handen. Doek open.
Persephone:
Oh schat, toch lief van je om voor een nieuwe badkamer te zorgen.
Hades:
Ik vraag me af of dat wel veel zal uitdoen…
Persephone:
Anders vernieuw je hem volgend jaar weer eens.
Hades:
Grrrr
Persephone:
Toch lief van Zeus om me in tussentijd een badkamer in de Olympos te laten gebruiken.
Hades:
De vrouwengek.
Persephone:
Toe schat, dat is niet aardig van je.
Hades:
Ik ken mijn broer.
Persephone:
Ja hoor, hij is tenslotte m’n schoonbroer
Hades:
En je vader. En je oom.
Persephone:
Moet jij niet veel van zeggen, hoor. Jij bent zijn broer, zwager en schoonzoon.
Hades:
Wat alleen maar aan zijn avontuurtjes met onze zus te wijten is.
Persephone:
En aan ons huwelijk, schat.
Zeus, Helios en Hecate komen op.
Zeus:
Avontuurtjes? Hoor ik daar iemand spreken van avontuurtjes?
Helios:
Toe nou Zeus, hou het netjes, je hebt een dochter bij je.
Hecate:
Kom liever ter zake.
Zeus:
Goed. Hades, Persephone, zonet werd me gemeld dat Medea…
Persephone:
… op serieuze wraak zint en verbannen is.
Zeus:
Hoe weet jij dat?
Persephone:
De poetsvrouw.
Zeus:
Nou, Helios, onze toekomstspecialist, beweert dat het nog lang niet nodig is, maar ik wil toch even iets vragen, op aandringen van Hecate.
Stel, ons Medea’tje gaat overal koppig tegenin , pleegt een paar moorden en wordt ter dood veroordeeld, zou ze dan een plaatsje in de Elysese velden kunnen krijgen, dat hemeltje van jullie?
Hades:
’t Is onze schuld dat ze in de problemen zit.
Zeus:
Goed, dat is dan afgesproken.
Hades:
Niet zo vlug, jij! Ik voel me de laatste tijd enorm tekortgedaan. Ik begrijp jou niet meer, broer Zeus.
Even kort geschetst: Jij krijgt met onze zus Demeter een kind, Persephone. Met jouw halve toestemming trouwt ze met mij, jouw broer en dus Persephones oom. En nu, heb je na al jouw avontuurtjes nog iets leuks bedacht. Je laat Persephone tijdens de verbouwingen gebruik maken van
Jouw badkamer. Dacht jij soms dat ik jouw plannetje niet doorheb? Je bent ziek!
Zeus:
Nu eh… Hades, straks wordt het weer lente, zie je, nog een paar weken en de winter zit er op en dan kan Persephone weer een poosje bij haar moeder logeren.
Hades:
Jij zet geen stap meer in de Hades zonder het aan te kondigen, zodat ik Persephone ergens anders naar toe kan sturen, begrepen. En ik licht jouw vrouw in over dat badkamergebruik.
Hera, Demeter, Athena, Aphrodite komen op:
Hera:
Niet meer nodig. Ik ben woest. Je kan niet alles hebben, god! Je flirt je dood bij je dochters en intussen wil je nog Medea redden. Wel, ik zit er ook voor iets tussen. Ik pik dit niet meer Zeus. Ik wil een huwelijk zonder slippertjes.
Demeter:
En ik wil dat jij onze dochter met rust laat. Dit is incest!
Athena:
En ik vind het onbehoorlijk van je dat jij een flirtbeest bent, maar ik de eeuwige maagd.
Aphrodite:
En ik, papa, vind het verschrikkelijk om met de lelijkste man van de Olympos getrouwd te zijn.
Hera:
Wij protesteren.
Zeus:
Hemeltjelief, de eerste feministen van de Olympos.
Hades:
Medea komt ook aardig in de buurt.
Zeus:
Dank je, broer.
Hades:
Je krijgt je zin wat haar betreft, hoor.
Doek dicht.
Zeus, Hecate en Helios voor het doek.
Helios:
Er is een man die Medea gunstig gezind zal zijn. Hij zal haar willen helpen, haar een nieuwe thuis willen geven.
Zeus:
Wie is hij?
Helios:
Aegeus is zijn naam. Hij is koning van Athene. Theseus is zijn stiefzoon en zal na de dood van zijn vader koning worden. Aegeus is nu in Corinthe. Ga met hem praten, Hecate, met hem en met Medea. Hij zal haar helpen en dan zal zij zich kunnen wreken zonder zelf gevaar te lopen.

Scène 4: koning Aegeus van Athene

Aegeus
Hecate
Medea

Doek open.
Hecate:
Aegeus, koning van de Atheners, wat doet u in dit land?
Aegeus:
Mijn schip is hier aangemeerd om voedsel in te slaan, vreemdelinge. Een aangename tussenstop voor vermoeide reizigers. Overmorgen vertrek ik weer. Maar wie is u, vreemdelinge? Uw gelaat is edel en knap. U lijkt wel een godin.
Hecate:
Hecate is mijn naam, edele heer en ik kom u om een gunst vragen.
Aegeus:
Een godin als u kan ik niets weigeren.
Hecate:
In deze stad woont een vrouw, Medea, prinses van Colchis uit het geslacht van Helios. Het lot was tegen haar en spoedig zal ze deze stad moeten ontvluchten.
Neem haar mee naar Athene en omring haar met uw beste zorgen.
Aegeus:
Uw goddelijk bevel zal ik met al mijn krachten ten uitvoer brengen.
Hecate:
Dat de goden u bij staan op uw reis.
Doek dicht. Hecate en Medea voor het doek.
Hecate:
Medea, ik heb een plan om wraak te hebben. Neem dit kleed, Medea, het is het mooiste dat je kunt bedenken. Een kleed met de heerlijkste kleuren en patronen, van de duurste stoffen en met de verrukkelijke aanblik van een koninginnegewaad. Neem ook deze kroon, met goud en diamanten. Zorg ervoor dat Creusa dit kroontje en gewaad krijgt op haar huwelijk. En zorg er ook voor dat niemand, maar dan ook niemand ze draagt voor haar.
Slechts de buitenkant mag je vastnemen.
Moesten ze je komen zoeken, vlucht dan naar de haven. De koning van Athene wacht daar op je en zal je meenemen naar zijn stad.
Medea:
Meesteres, dankbaar ben ik u. Sta me echter toe om mijn wraak ruimer te nemen dan dit plan.
Alleen met Creusa is mijn gebroken hart nog niet volledig gewroken.
Beiden gaan af.
PAUZE
__________________
... een beetje liefde alstublieft...
Advertentie
Oud 06-08-2003, 18:53
Medea
Avatar van Medea
Medea is offline
Vierde bedrijf
Scène 1: de vergetelheid van Jason

Jason
Medea
Koor
Doek open

Jason:
Ik maak me zorgen om je, Medea. Je bent redeloos door je verlangen naar wraak. Kijk wat je bereikt hebt door je domme praat: je wordt verbannen. En dan mag je blij zijn dat je door je laster aan het koningshuis niet terechtgesteld wordt. Ik kom hier bij je omdat je moeder bent van mijn kinderen en men oude vrienden niet in de steek laat. In een ballingschap kan zo veel gebeuren.
Je haat me, maar ik ben niet boos op je.
Medea:
Ellendeling, hoe durf je nog onder mijn ogen komen, hoe dodelijk gehaat heb je je gemaakt! Dit is geen moed, geen onverschrokkenheid, maar pure schaamteloosheid. Ik zal je de waarheid zeggen, wat mijn hart verlichten zal en het jouwe pijnigen zal!
Ik redde je van de dood – dat weten alle Grieken die met jou op de Argo voeren – toen je die vuurspuwende stieren moest temmen en je ze ingespannen over het veld moest sturen om ook nog te zaaien zodat dodelijke krachten uit het veld opstegen. Herinner je de draak die het Gulden Vlies bewaakte, slapeloos. Ik doodde hem voor je. En dan vluchtte ik het paleis uit, weg van mijn vader, die ons achtervolgde op zee en ons zeker zou ingehaald hebben, moest ik mijn eigen broer niet op wrede wijze vermoord hebben. Toen kwam ik met jou in Iolcos, het land van jouw vader Aeson, onrechtmatig bestuurd door Pelias. Ik volgde meer mijn hart dan mijn gezond verstand. Ik liet Pelias sterven door de hand van zijn dochters – de wreedste dood die een man sterven kan.
Dat alles dank je aan mij. En jij verraadt mij, bovendien nog moeder van jouw kinderen, puur om nieuw genot te smaken! Jij zwoer mij trouw, waar is je eed gebleven?
Misschien geloof je, dat de goden en zeden van weleer niet meer bestaan, ben je je van jouw ontrouw niet bewust?
Ben je vergeten hoe vaak je mijn hand vasthield, hoe vaak je smekend mijn knieën omvatte? Vals gevlei was het! Spelen met mijn hart, deed jij!
Ik vraag je, waar stuur je me naartoe? Het lijkt wel alsof je me weer wilt sturen naar de mensen die me haten, door mijn daden voor jou.
Jason:
Waarom hemel je daar zo uitbundig je verdiensten op?
Mijn liefde voor Creusa is door de goden bewerkstelligd. Ik beroep mij op de pijlen van de liefde, die onze harten verbonden heeft. Een goddelijk bevel wijs je niet af, Medea. Het is ver gekomen met vrouwen als ze echtelijke trouw als hoogste goed zien. Als men voor zijn voortplanting niet van vrouwen afhing, was er weinig kwaad meer in de wereld.
Medea:
Onze opvattingen over kwaad verschillen duidelijk.
Waarom moest ik zo nodig in ballingschap?
Jason:
Jouw eigen schuld, wijt dat anderen niet!
Medea:
Wat deed ik dan? Was ik trouwlustig? Was ik ontrouw?
Jason:
De koning en de zijnen bedreigen was al erg genoeg.
Medea:
Inderdaad, dat deed ik. En jouw hele nageslacht vervloek ik ook.
Jason:
Hier ga ik niet op in! Genoeg, goddeloze!
Het enige wat ik jou nog aan kan bieden is geld voor op uw vlucht om mijn kinderen te ondersteunen.
Medea:
Hou je geld. Een gift van een gehate kan geen zegen brengen!
Jason:
Goed, ik roep de goden tot getuigen hoe ik je heb willen helpen. Doch het goede stel je niet op prijs en mijn vrijgevigheid wijs je af. Dat je spijt des te groter moge zijn!
Medea:
Ga, het verlangen naar jouw vrouw wordt je te machtig.
Vier uw bruiloft. De goden weten, mogelijk zal je ze zo vieren, dat ze geen bruiloft zal zijn.

Scène 2: monoloog van Zeus

Zeus
Doek dicht.
Zeus:
Nu wordt het welletjes daar op aarde! Ze roepen bij hoog en bij laag de goden aan naar hoe het hen uitkomt!
Dwazen, die mensen! Ze zien slechts hun eigen standpunt, geen greintje empathie. Zou het niet veel beter zijn, moesten ze meer respect voor elkaar hebben, in plaats van naar eigen goeddunken door misbruik van de goden zichzelf in te volgen in egoïstische redeneringen.
Moet er nog zand zijn?
Blij ben ik een god te zijn en slechts te leven van nectar en ambrozijn.
Ja, ik besef mijn minpunten, maar kan me iemand onredelijkheid verwijten? Zeker, vrouwelijk schoon is voor mij een prooi, doch heb ik ooit mijn vrouw verstoten? Nee, ik heb haar straffen en wraakpogingen lijdzaam ondergaan. Hier en daar heb ik getracht te voorkomen, des te groter was haar voldoening wanneer ze me dan toch kon straffen.
De Grieken beroepen er zich op wijze mensen te zijn, cultureel hoogstaand. En zeker, ze onderscheiden zich van vele andere volkeren. Doch, het is slechts een glansje beschaving bovenop hun mensenaard. Ware beschaving bestaat niet op aarde. En perfectie is zelfs de goden vreemd.
Zowaar, ik zou mezelf willen aanroepen, is er geen macht hoger dan mij, die ik kan vragen: stop de stommiteiten daar in Griekenland!

Scène 3: de Hades
Persephone
Hades
Hera
Athena

Doek open
Persephone:
Zeus vader trekt zich die zaak te veel aan, Hades.
Hades:
Die ouwe moet zich een tijdje van de zaken minder bewust zijn, anders gaat hij eraan kapot.
Persephone:
We kennen zijn wensen wat Medea betreft.
Hades:
Ja, maar met Medea bemoeien wij ons niet meer. Daar zorgen Helios en Hecate wel voor. Slechts mijn broer baart me zorgen. In de staat dat hij nu is zou hij de oude goden wel eens weer aan de macht kunnen brengen. Dat mag niet gebeuren.
Persephone:
Misschien dat een vrouw hem wat afleiding zou kunnen bezorgen…
Athena:
Zeus vader sprak zojuist zeer wijze taal, Persephone. Mijn vader is helder van geest. Het leven draait niet slechts rond pleziertjes. Hij is verstandig, dat begrijp jij blijkbaar niet.
Hera:
En tegelijkertijd is dit zeer gezond voor zijn hormonen. Nu krijgen die eindelijk afkoeling.
Hades:
Ik hoor je al afkomen. Ja, meneer Zeus was zonet bezig over beschaving. Hij moet er veel van zeggen want hij valt zijn zussen lastig, zijn dochters, zijn schoonzussen, nichtjes…
Persephone:
Zo erg is dat toch niet. Over een paar duizend jaar zullen ze dat misschien erg vinden, maar wat is er nu verkeerd aan?
Hades:
Die vervloekte zeden van onze tijd…
Athena:
Het spreekt niet van goed gedrag en veel wijsheid, Persephone. Het zegt ook niets over de tijd, Hades. Zeus vader is niet perfect, geen god is perfect, maar ik heb de indruk dat je een belangrijke nuance daarstraks vergeten bent: Zeus vader heeft een goed hart, hij doet een mensen kwaad. En hij houdt van Hera. Ondanks zijn slippertjes.
En hij houdt van al zijn kinderen.
Hades:
Draag hem niet op handen, Athena. Straks bekeren de mensen zich nog tot het monotheïsme. De leer van de grote Zeus.
Persephone:
Monogamie uit liefde, dat zou mensen pas gelukkig maken.
Hades:
En die toewijding aan vaders, zelfs op seksueel gebied, die zouden ze moeten afschaffen. Als jij, Persephone, jezelf zou aan jouw vader wijden, dan zou het pas een zootje worden. Zeker als andere vaders dat als goedspraak van verwerpelijke daden zouden beschouwen.

Scène 4: opdracht van de kinderen

Medea
De kinderen van Jason en Medea

Doek dicht.
Medea:
Lieve kinderen, jullie vader huwt vandaag. Ik kan het niet aan om op zijn feest te verschijnen, maar het zou slechts van slechte zeden getuigen jullie niet te sturen.
Neem deze geschenken mee, het is voor de bruid en het zal haar geluk brengen als ze ze draagt tijdens haar huwelijk. Oude krachten zitten erin verborgen die haar huwelijk nog meer zullen bezegelen. Maar doe een plezier, kinderen: wees respectvol en geef de schenken, doch kom dan meteen weer naar mij toe. Te dierbaar zijn jullie me om jullie langer dan de nodige tijd te missen.
Kinderen:
Moeder, waarom zo bedroefd?
Medea:
Vandaag zullen jullie getuigen zijn van de zwaarste krachten die er in een moederhart schuilen.
Voorzichtig met de geschenken. Raak ze slechts aan waar ik ze aanraakte. Ze mogen niet bezoedeld worden.
Kinderen:
Geen vrees, moeder. Luisteren doe wij steeds naar u.
Medea:
Ga nu. En wees voorzichtig.

Scène 5: de bruiloft

Creon
Creusa
Jason
Koor
Kinderen.

Doek open.
Koor:
Eindelijk gaan ze trouwen!
Hoera voor de bruid!
Hoera voor de bruidegom!
Zoveel vreugde in dit land!
Feest in Corinthe! Feest in Griekenland!
Gezegend de vader!
Hoera voor Creusa en Jason!
Creon:
En de goden op de Olympos strekken hun handen uit. Mooi weer voor dit huwelijksfeest. Een teken van de goden. Vele kinderen voor mijn kinderen en grote voorspoed voor dit land!
Koor:
Maar de kinderen van Jason, ze komen aan. Ze hebben hun geschenken bij zich. Vrees Creon! Smeek de goden dat het nog niet te laat is!
Jason:
Lieve kinderen, geschenken van mijn vrouw, jullie aanwezigheid hier, zo veel voorspoed op een dag.
Koor:
Twijfel aan de bedoelingen nu het nog kan. Medea’s kinderen, door Medea gezonden. Zonder reden zal ze het niet doen, zij die morgen banneling is.
Jason:
Creusa mijn lieve, bekijk dat gewaad en die kroon. Nog schitterender zullen ze je maken op deze dag. Kom dichterbij!
Koor:
En de bruid snelt nabij, door vertedering en ijdelheid gedreven. Hoe goedgelovig is Corinthes vorstendom!
Kinderen:
Ze brengen geluk. Oude krachten schuilen erin, die een huwelijk nog meer bezegelen.
Koor:
En de bruid neemt ze aan en bewondert ze. Haar dienaressen wenkt ze en ze trekt zich terug. Wee het koningsgeslacht! Waar zijn Medea’s kinderen nu? Reeds vertrokken zijn ze, de uitvoerders van hun moeders kwaad.
Creusa:
Vader, vader help me! Duivelse pijn komt uit dat kleed! Verscheurend is die kroon!
Koor:
Het onheil is al geschied. Vaarwel prinses! De vader stort zich op zijn kind. Ook hij gaat ten onder aan de pijn. Medea voltrekt haar wraak. Geen genade kent ze, zij uit Helios’ geslacht.
Jason:
Medea! Wat heb je gedaan, Medea? Mijn Creusa dood en Creon dood. Kon je nog een ergere wraak bedenken, jij, die echtelijke trouw boven alles stelt! Hier boet je voor!
Koor:
En Aesons zoon denkt dat Medea zal kunnen boeten. Weet hij dan nog niet van zijn verdere straf? Weet hij dan niet van Medea’s verdere wraak? Geen vrouwenhart zo gepijnigd als Medea het hare, geen mannenhart zal ze zo pijnigen als Jason het zijne.
Jason:
Medeaaaa!
Doek dicht

Scène 6: na de moord

Creusa
Creon
Jason
Koor
Medea

Doek open.
Medea op de voorgrond, achter haar liggen de lichamen van Creusa en Creon (zonder vergiftigde kleren) met er rond het koor en Jason naast Creusa.
Medea:
Goden op de Olympos, hebt u gezien? Is ze gestorven, mijn rivale? Heeft haar vader ook zijn laatste adem uitgeblazen? U ziet het, goden, Medea houdt woord. En toch zal mijn wraak uitgebreider zijn dan Aprodites plan.
Ze gaan hen ten grave dragen, dat volk van Corinthe. Zie hun wake. Een laatste eer voor hun doden. Vol woede zijn ze voor mij. En toch begrijpen ze het. In ieders hart zie ik begrip. Er is geen eer voor een vrouw die huwt met een reeds getrouwde man.
Medea af.
Alle leden van het koor lopen nog eenmaal rond de lijken en gaan dan af.
Doek dicht.

Vijfde bedrijf
Scène 1: de Olympos - Hades

Persephone
Zeus
Hecate
Hades
Helios
Hera

Doek dicht.
Zeus:
Ik wist niet dat je zo heerlijk kon koken, Hera.
Hera:
Ik heb je slechts nectar en ambrozijn gegeven.
Zeus:
Oh, ja, natuurlijk. Wat dom van me.
Hera:
Koken is iets voor de mensen op aarde, niet voor goden.
Zeus:
Ja euh, gelijk heb je.
Hera:
Je lijkt me volledig ontspannen.
Zeus:
De nectar begint een beetje naar mijn hoofd te stijgen.
Hera:
Die eigenschap is nieuw voor me…
Hecate (vanachter het doek)
Spoedbericht voor de Olympos! Spoedbericht voor de Olympos! Alle goden naar de Hades! Dringend!
Nieuwe feiten in de zaak Medea.
Zeus:
Tilt…
Hera:
Ik vrees dat het zonder Zeus vader zal zijn…
Zeus achter het doek, de anderen komen naar voor.
Hecate:
Creusa en Creon zijn dood en Medea is nog niet echt haar koffers aan het pakken.
Helios:
Ik voorspel haar…
Hades:
Jij kan echt niet ophouden met voorspellen, zeker?
Helios:
Het is mijn gave.
Hades:
Fluister de toekomst in mijn oor. Dan oordeel ik wel.
(…)
Hades:
Ah, als het zo is, ontbind ik deze samenkomst. Goden, drink op de toekomst van Medea. En op de volgende zieltjes die de Hades binnen komen!
Persephone:
Maar wat doen we met Zeus vader?
Helios:
Die brengt morgen bezoek aan een heel knappe juffrouw. Dat komt wel goed dus. Ik kan zelfs zeggen dat er binnen negen maanden een zekere Helena geboren zal worden.
Hera:
Oh, maar dat zal hij zich nog beklagen!
Persephone:
En nu?
Hera:
Ik zal hem wel eens verwennen. Goden, het ga jullie goed.

Scène 2: de schimmen

Medea
Apsyrtos
Pelias
Creon
Creusa

Doek open.
Creusa:
Medea, wat doe je daar, Medea? Vrees je ons niet, Medea?
Creon:
Waarom moest ik sterven, Medea? Waarom moest ik dood?
Apsyrtos:
Was dit het nut van mijn dood, Medea? Dat je nadien nog op de vlucht moest slaan?
Pelias:
Kan je geen koningshuis voltallig laten, Medea? Het koningsgeslacht van Colchis is een zoon kwijt, Iolcos is zijn koning kwijt en Corinthe zijn koning en prinses.
Medea:
Kennen jullie dan de liefde niet?
Pelias:
Een mooie liefde, Medea. Hij liet je meteen weer in de steek.
Medea:
Dat kon ik toch niet weten?
Pelias:
Je bent zieneres, Medea.
Creusa:
Waarom moest ik voorwerp van jouw wraak worden? Waarom vermoordde je Jason dan niet?
Medea:
Ik wou hem laten lijden!
Creon:
Ik denk niet dat je hem met mijn dood veel hebt laten lijden.
Apsyrtos:
Vervloekt ben je, Medea. En nog vaak zal je aan ons terugdenken bij je volgende stommiteiten. Het pad van de rechtvaardigheid loopt niet altijd samen met dat van de wraak en van de liefde. Die twee lopen bij jou samen met de labiliteit.
Creon:
En zeker geloven wij in liefde, Medea, zeker weten wij van zijn bestaan, maar jouw zotheid heeft niets met liefde te maken. Dat is obsessioneel.
Creusa:
Een fantaste is ze.
Creon:
Het recht neemt ze in eigen handen.
Medea:
De goden staan achter mij!
Pelias:
Merk hoe manipulatief ze is.
Medea:
Ze zagen mijn gaven en verscherpten ze! Ze leerden me van alles! Ze stonden achter mij!
Apsyrtos:
Dan heb je jouw talenten toch verkeerd gebruikt, Medea. Je dacht dat je je alles kon veroorloven. Je hebt ze tegen jouw familie gebruikt, je bent ontspoord.
Pelias:
Je brengt iedereen ten onder, Medea. De mensen en de goden. Zeus is een zenuwinzinking nabij. De enige goden die echt achter jou staan zijn zij die Colchis nauw aan het hart lagen: Helios en Hecate. Uit trouw aan Colchis en uit schuldgevoel omdat ze jou jouw kunsten hebben geleerd.
Apsyrtos:
Stop ermee, Medea! Ik ben je broertje, weet je nog! Ik was boos op je omdat je me vermoord hebt. Op dit moment wil ik echter dat het met mijn zus beter gaat! Genees van je waanzin, Medea. Laat mijn dood niet vergeefs geweest zijn. We zien je graag, Medea. Jij was onze trots, maar nu is het genoeg geweest, Medea. Je moet beter worden! Laat al die zotheid achter je. Stop met het ruïneren van jouw wereld. Dit zal de derde keer zijn dat je op de vlucht moet slagen.
Creon:
Waarom dacht je dat ik je wou verbannen, Medea? Omdat ik jouw moorden voorzag! Omdat ik in de eerste plaats mijn kind en mezelf wou sparen. Omdat ik je geen kans wou geven om te kunnen moorden.
Niet iedereen waarvan je denkt dat ze je haten, haat je ook werkelijk, Medea. Leven is meer dan wraak nemen en moorden. Leven is ontgoocheling en daarna weer verder gaan, Medea.
Creusa:
Neem je zoontjes en verlaat dit land, Medea. Geef hen nog een mooie toekomst. Aan een labiele moeder hebben ze niets.
Medea:
Mijn zoontjes…Mijn laatste aandenken aan Jason. Voor hen. Wat hebben ze nog aan mij?
Laat me alleen. Laat me denken.
Doek dicht.

Scène 3: de kindermoord

Medea
Kindjes
Aegeus
Jason
Doek open

Medea:
Wees niet bang, kinderen. Jullie vader heeft ons in de steek gelaten en jullie moeder heeft een opdracht van de schimmen der overledenen. Doch, om dit hoofdstuk af te sluiten is er een offer gevraagd.
Kom bij me, omhels me even. Geef me een knuffel, kom, kom hier. Waarom deinzen jullie achteruit? Zijn jullie dan echt bang van me? Ik ben jullie moeder. Ik gebied het jullie om bij me te komen. Zo ja. En laat me jullie vast nemen. Daar zijn jullie kussens. Ga jullie neerleggen ja.
Ik ga jullie een verhaaltje vertellen, mij door Helios zelf overgeleverd:
Tijdens feesten omwille van onze moedergodin Hera, de vrouw van Zeus, was er een oude priesteres die in de tempel waar ze de godin lange tijd gediend had mee wenste te vieren. Ze riep haar zonen, Kleobis en Biton, en vroeg hen om haar wagen klaar te maken en de ossen in te spannen. De jongens konden de ossen echter nergens vinden, maar hun moeder was oud en wilde dolgraag het feest bijwonen. Om hun moeder niet teleur te stellen, lieten de jongens zichzelf inspannen en reden ze hun moeder door de stad tot vlak voor de poorten van de tempel. De jongens werden toegejuicht door de hele bevolking en de moeder was haar zonen zo dankbaar dat ze voor het altaar knielde en Hera vurig smeekte om haar zonen de grootste gunst te verlenen die ze in haar macht had. Toen de plechtigheid was afgelopen ging de moeder naar de plek waar haar zonen waren gaan uitrusten, maar ze vond ze niet slapend: ze vond haar jongens dood. Hera had hen in een zachte slaap naar de dood overgebracht waar ze in de Elysese velden, de Eilanden der Gelukzaligen waar ze eeuwig en gelukkig konden voorleven.
Zo luidt het verhaal van Kleobis en Biton en nu ga ik jullie sturen naar die eilanden. Drink deze drank, kinderen, ga me vooraf in die heerlijke eeuwige slaap.
Goden in de Olympos, van al wat dierbaar is, geef ik u het dierbaarste van mij: mijn jongens. Vang ze op en leid ze naar die Eilanden der Gelukzaligen. Nog jong zijn ze, zich nog van geen kwaad bewust.
Kinderen:
Nee, mama! We willen nog niet dood!
Medea:
Het moet!
Kinderen:
Wij zijn niet alleen de kinderen van Jason, we zijn ook die van jou!
Medea:
Jullie zijn de enigen die me als ik vlucht nog aan Jason zouden doen denken. Ik zou jullie zien opgroeien, zien hoe jullie op hem lijken. Ik zou elke dag geconfronteerd worden met hem door jullie. Ik zou jullie gaan haten. Willen jullie dat dan, door jullie moeder gehaat worden?
Dood moeten jullie, nu ik jullie nog een zachte dood gun. Het zal pijnloos gaan. Ik kan niet meer wachten: ik begin in jullie ogen zijn blik te ontwaren, in jullie lichaam zijn lenigheid en kracht. We zijn allen geboren om te sterven. Hier is jullie dood. Ja, ik zal een kindermoordenaar zijn. Ik zal een van de weinige vrouwen zijn die het aangekund heeft haar eigen kinderen te vermoorden. Laat me nu. Probeer niet te ontsnappen, anders word ik gewelddadig en kan ik jullie niet garanderen dat het pijnloos zal zijn en zullen jullie misschien ook met schande en blaam sterven.
Laat me jullie nu ombrengen, nu jullie enige blaam jullie afkomst is.
Medea houdt de kinderen onder dwang en giet hen de vloeistof binnen.
Kinderen:
Moeder
Ze zakken ineen op hun kussens. Medea ontwaakt uit haar extase.
Medea:
Goede goden, wat heb ik gedaan! Ik heb mijn kinderen, mijn jongens, mijn lievelingen gedood. Met dit vergif dat ik heb leren brouwen met jullie hulp. Straf me goden! Kan ik hen nog weerhalen? Kan ik onze levens nog ruilen? Wees hen genadig goden. De meest laakbare aller vrouwen ben ik. Ik heb mijn kroost vermoord. Alles wat me dierbaar was.
De kinderen staan op als geesten. Medea kijkt hen met grote ogen aan, strekt haar handen uit.
Kinderen:
Nee moeder, geesten zijn we geworden. Dood zijn we door uw hand. De goden zijn u nog steeds genadig. Ga naar Athene, moeder, naar koning Aegeus. Je zal nog vele kinderen krijgen na ons. Rouw niet om ons.
Medea stort in. De schimmen gaan weer liggen. Aegeus komt op.
Aegeus:
Medea van Colchis, Aegeus is mijn naam. Koning van Athene ben ik en door de goden gezonden om u mee te nemen naar mijn stad. Mijn wagen staat voor uw huis. Haast u en kom met me mee. Ik heb geen kwade bedoelingen tegen u. Ik wacht buiten op u.
Ik ken uw verhaal, prinses, en aan de lichamen te zien is ook uw laatste wraak voltrokken. Nu is het tijd voor een ander leven voor u. U moet wel van verdriet vervuld zijn nu de laatste spanning van uw wraak weggevloeid is, doch uw kinderen zouden niet gewild hebben dat uzelf ook nog voorwerp van wraak zou worden. Ik hoor wat buiten. Ik wacht op u, Medea!
Aegeus af. Jason op.
Jason:
Mijn kinderen, Medea!
Wordt stil – loopt om de lijkjes.
Moordenares! Kon je onze eigen kinderen niet laten?
Medea:
Ik heb je dan blijkbaar toch getroffen.
Jason:
Jezelf toch evenzeer?
Wordt razend, wilt haar aanvliegen. Medea rent weg achter de coulissen waar Aegeus ook afging. Jason blijft staan.
Doek dicht.

Scène 4: hoe het verder gaat

Hades
Helios
Hecate (achter doek)
Doek dicht.

Hades:
En zo vluchtte Medea naar Athene, samen met koning Aegeus.
Helios:
In Athene zelf kon ze echter het moorden ook niet laten en ze trachtte Aegeus zoon, Theseus, te vergiftigen. Het lukte haar echter niet.
Hades:
Arme Aegeus verbande Medea, niet wetend dat Theseus er nog voor zou zorgen dat hij zelfmoord zou plegen. Zo komt het dat men de zee bij Athene de Aegeïsche Zee noemt, want door zijn zoon door wanhoop gedreven stortte Aegeus zich daar van de rotsen.
Helios:
Intussen echter vluchtte Medea naar Azië. Ze hernam haar leven en huwde er – alhoewel ze in Athene Aegeus’ vrouw was geworden – opnieuw. Ze kreeg ook weer kinderen en van haar stamt een van de grootste volkeren van Azië af: de Meden.
Hades:
De schimmen in de onderwereld kwamen tot rust.
Helios
En na een ontspannend verblijf tussen wat mooie vrouwtjes keerde Zeus – bekomen van zijn zenuwinzinking – terug.
Hades:
Voor onze goddelijke tussenkomst had hij slechts lof.
Helios:
En wij loofden zijn bij Medea passende zotheid.
Hades:
Alles kent dus zijn einde.
Hecate:
Nieuwe ontwikkelingen in de zaak Medea! Nieuwe ontwikkelingen in de zaak Medea.
Helios:
Of toch niet.
EINDE
__________________
... een beetje liefde alstublieft...
Oud 08-08-2003, 10:36
Ieke
Avatar van Ieke
Ieke is offline
Dit wordt verplaatst naar toneel & cultuur. Past daar toch beter.
__________________
Al is de reiziger nog zo snel, de ns vertraagt hem wel.
Oud 08-08-2003, 11:31
alpha
Avatar van alpha
alpha is offline
Veel lange monologen!
Ik heb het nog niet echt gelezen, alleen een beetje doorgekeken. Ik zal het nog wel lezen hoor! Maar daar is het nu nog wat te warm voor.
__________________
I like to say what I want to say
Oud 10-08-2003, 18:20
Verwijderd
wooooooow wat een lap tekst.. sorry, dat ga ik nu niet lezen hoor... later misschien.
Advertentie
 


Regels voor berichten
Je mag geen nieuwe topics starten
Je mag niet reageren op berichten
Je mag geen bijlagen versturen
Je mag niet je berichten bewerken

BB code is Aan
Smileys zijn Aan
[IMG]-code is Aan
HTML-code is Uit

Spring naar


Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 16:05.