Verhalenwedstrijd: De gekke oma.

[Ieke]

De gekke oma.

Er was eens een jongetje dat elke dinsdag naar zijn oma ging.
maar op een keer ging hij op woensdag.
Hij klopte op de deur maar zijn oma was er niet.
En toen ging hij terug naar huis.

Maar….zijn moeder was er niet.
Hij dacht dat zij boodschappen aan het doen was.
Hij ging naar binnen en hij zag een brief liggen.
Op die brief stond dit:ik heb je moeder ontvoerd.
Als je haar terug wilt moet je 3 opdrachten uitvoeren .
Als je de 3de opdracht hebt uitgevoert kom je bij je moeder terecht.
Je valse oma hihihihi
O nee! Zij het jongetje bedroeft me moeder is weg!
Maar waar is opdracht 1vroeg het jongetje zich af.
Hij dacht aan het huis van zijn oma.
Onder weg kwam hij zijn neef tegen.
Zijn neef daan zei:me moeder is ontvoerd door mijn oma.
Hé zij het jongetje die van mij ook.
Dat is gek? bij mijn op de piano lag een briefje van me oma.
Bij mij op de tafel zei het jongetje.
Mischien moeten we het samen werken zei daan.
Slim idee zei het jongetje.
Kom we gaan naar de 1ste opdracht!
Maar waar is die 1ste opdracht dan?
Dat moeten we uitzoeken!!
Het jongetje zei: ik zag iets vreemds bij mijn oma Het was een puzzel van een trein.
Misschien moeten we naar het station.
Ja!!!! Goed idee zei daan.
Kom we gaan naar het station.
Ondertussen keek de oma van de jongens naar hun op het scherm.
Zo kon ze zien wanneer ze de opdracht gingen uitvoeren.
Yes! Zei oma terwijl ze naar het scherm keek.
Ze lopen in de val!
Ondertussen bij de jongens.
De puzzel was blauw dus we moeten naar een blauwe trein in.
Ze zagen een groene en een rode en een blauwe trein.
Ze zeiden tegelijkie blauwe moeten we nemen.
Ze gingen de blauwe trein in.
Opeens ging die rijen.
Toen zagen ze een beeld verschijnen.
Het was hun oma.
De oma zei:hier komt jullie 1ste opdracht.
Jullie moeten de trein stoppen voor dat hij 150 kilometer per uur gaat.
Als die 150 gaat vliegen jullie van de rails.
Jullie rem doet het niet dus jullie moeten de handrem vinden

Succes.

Begin jij rechts dan begin ik links zij het jongetje.
Opeens zag hij de handrem.
Maar hij kon hem niet overhalen.
Help me !!!!riep daan.
Ik heb hem gevonden maar ik kan hem niet overhalen.
Ze trokken zo hard ze konden.
Nog maar 1 minuut.
Trekken zei daan.
En…. Het lukte
Yes!!! Zeiden ze .
En hij stopte langzaam.
Het beeld kwan weer.
Goed gedaan zei oma.
Op een van de stoelen ligt nog een aanwijzing.
Tot straks als jullie het overleven.

Kom naar de stoelen toe.
Kijk daar ligt die aanwijzing.
En daar stond op:

Rozen zijn rood

Gras is groen

Als je in de spiegel van de dood kijkt.

Verschijnt er een geest met een schoen.

mmm? Maar waar is ti spiegel?vroeg daan zich af.
Misschien bij de kerkhof van de dood.
Ja! In de graf van opa.
Kom we gaan er naar toe.
Even later hier is het.
Oma zei: die slimerrikken weten ook wel veel.
Kom we kijken in het graf van opa.
En daan zei: opa is zeker even maf als oma.
Ze keken in het graf.
Opeens kwam er een geest te voorschijn.
Die geest zei:wie verstoord er mijn tukje.
Ik zei daan.
Hier zal je voor boeten.
Hij pakten een schoen en sloeg er mee.
Opeens bedacht hij dat geesten niet tegen licht konden.
Misschien heb ik een zaklamp bij.
En ja hoor hij had een zaklamp bij.
En zo versloeg hij de geest.
Yes!! Zei daan.
Opeens kwam er een beeld ter voorschijn.
Het was die oma.
Ze zei:goed gedaan alleen nog maar een opdracht.
De aanwijzing is:ik maak jullie helemaal dood.
Dan sta je helemaal rood.
Dat komt door het bloed.
Jullie zjn dood voorgoed.

o nee we moeten naar oma`s huis.
Kom mee
Even later bij het huis.
Ik verwachten jullie al.
Kom op als je durft.
Ze pakten een mes.
Daan en het jongentje ook.
We hebben de trein gestopt.
We hebben opa vermoord.
Dus we gaan nu niet verliezen.
Ze begonnen.
Opeens sprong daan op de oma en vermoorde haar.
Yes!! Maar nu moesten ze hun moeders nog vinden.
Daan had een idee.oma stopten al haar geheimen in de kelder.
Kom op dan!
Mamma wat is er gebeurt .
Mamma ben je ongedeert.
Ja jongen kom op we gaan naar huis
En ze leefde nog lang en gelukkig

Einde