Dit verhaal heb ik lang geleden geschreven. Wat vinden jullie ervan?
Het is warm in de trein. Ik doe mijn sjaal en jas wat losser en probeer uit te vinden of er ergens een raam open kan, wat me geërgerde blikken van een vrouw tegenover me oplevert.
Ze zal het wel koud hebben. Ik probeer mijn behoefte aan frisse lucht te negeren en vraag me tenslotte af waarom ik dan toch in het rookgedeelte van de trein ben gaan zitten. Het antwoord wist ik eigenlijk al voordat ik me het afvroeg. Maar niets is zo leuk als het ontkennen daarvan. Het antwoord is kort maar krachtig, al zeg ik het zelf. Ik ben verliefd op een jongen die ik elke vrijdag in de trein tegenkom, waarschijnlijk net als ik op weg van de studentenflat naar zijn ouderlijk huis. En dat verliefd zijn kan dan ook meteen de reden verklaren waarom ik het zo warm heb. En waarom ik het nu nog warmer krijg, nu ik mijn liefde net de tussendeur van de trein open zie doen en met tas en al door het smalle gangpad probeert te komen, op zoek naar een plaats, hetgeen natuurlijk niet lukt omdat het rond deze tijd een drukte van jewelste is in de trein. Maar, en nou komt het leukste, laat er nou net nog een plekje naast me vrij zijn! Ghehehe…….Als er niemand in de buurt was, zou ik mezelf nu goedkeurend op de schouder slaan maar ik doe niks en blijf rustig, tenminste dat probeer ik, ongeïnteresseerd voor me uitstaren. In mijn ooghoeken zie ik dat hij met zijn ogen de bezette banken afglijdt, op zoek naar een plaats. Zijn ogen blijven op de plaats naast me rusten. Ik hou mijn adem in als hij langzaam naar me toeloopt, behendig de rondslingerende voeten van de mensen ontwijkend.
Ik hoop dat hij mijn roodgloeiende wangen niet opmerkt en vervloek die stomme trein zonder airconditioning. “Ahumm, zou ik er misschien even bij mogen?” Ik draai mijn hoofd weg van het raam en kijk recht in de ogen van de jongen. Mijn jongen, met de mooie ogen die mij nu afwachtend aanstaren. Ik besef dat ik iets moet zeggen en met moeite pers ik een mompelende ‘ja’ uit mijn mond, waarna ik mijn voeten zover mogelijk onder de bank schuif waardoor de jongen er langs kan. Met een grote zwaai gooit hij zijn bagage op het daarvoor bestemde bagagerek boven ons hoofd. Hij raakt nog net niet de vrouw tegenover me en inwendig moet ik lachen, maar ik doe het niet, ik zou wel gek zijn. Mijn vriendin Nancy zei altijd: “Laat een man nooit zien dat je erg gecharmeerd van hem bent, dat geef je hem alleen maar een grote eigendunk.” Voor deze keer hield ik me maar aan de wijze woorden van mijn vriendin, want zij had immers de meeste ervaring als het om mannen ging.
De jongen was nog steeds bezig zijn bagage op te ruimen. Ik keek naar hem en zag duidelijk zijn sterke spieren door zijn strakke shirt heen en fantaseerde hoe het lichaam eronder eruit zou zien. In mijn gedachten noemde ik de jongen Roger. Ik vond de naam wel bij hem passen en ik kon hem moeilijk ‘de jongen’ blijven noemen. Afin Roger leek inmiddels zijn bagage op zijn plaats te hebben, en dan bedoel ik niet dat zaakje wat alle mannen daar beneden hebben. Hij plofte naast me neer en ik kon zijn aftershave ruiken. Lekker! Onopvallend glijden mijn ogen over zijn gezicht. Hij heeft zijn mooie donkerbruine haar in een staartje gebonden. Het staat hem goed. Hij is trouwens helemaal mooi met zijn blauwe ogen en hoge jukbeenderen, het zou me niks verbazen als hij net van Max Models afkomt. Blijkbaar heeft hij me zien staren want hij draait zich naar me toe. “Ook weer op weg naar huis?” Zijn ogen twinkelen. Ik besef dat ik hem loop aan te gapen en doe haastig mijn mond dicht. “Ja, het is weer vrijdag hè” Ik glimlach. “We zien elkaar wel vaker hier in de trein, je was me al eens eerder opgevallen,” vervolgt hij. Mijn binnenste begint te juichen en mijn hart begint sneller te kloppen. Ik was hem opgevallen! Nou hopen dat hij ook nog echt op me valt. Roger leek echt de goed man voor me te zijn, met zijn mooie uiterlijk en lieve lach en hij was nog aardig ook! Ik zag het al helemaal voor me: samen eten, uitgaan en….slapen! “Dus je woont nog bij je ouders? Is het nog een beetje uit te houden?” Ik schrik op uit mijn gedachten. “Oh ja zeker, het is heel gezellig bij ons thuis” Ik kan me wel voor mijn kop slaan! Zo’n slap antwoord geef je toch niet! Het blijft even stil. Roger kijkt uit het raam. “Woon jij nog bij je ouders?” Hij schudt zijn hoofd: “Nee, allang niet meer. Ik heb geen contact meer met mijn ouders” Hij zegt het verdrietig. Ik heb medelijden met hem. Welke ouders willen nou geen contact meer met hun zoon? Zo’n lieve, leuke jongen wil iedere ouder toch wel? Ik word er stil van. “Waarom willen je ouders geen contact meer met je,” vraag ik tenslotte. Ik had bijna alle antwoorden verwacht maar deze zou nooit in me opgekomen zijn en doet me naar adem happen. “Ik ben homo, en ga straks trouwen met de liefste jongen op aarde” Hij zegt het zelfverzekerd en kijkt me daarbij stralend aan. Ik kijk hem eerst stomverbaasd aan, dan lijkt het net of ik knap van binnen. Mijn hele maag wordt door elkaar geschud en ik word misselijk. Ik hou mijn gezicht in de plooi en laat niet merken wat voor een opschudding zijn antwoord bij me veroorzaakt heeft. Mijn Roger, was die homo? Was ik verliefd aan het worden op een homo? Welnee, maak ik mezelf wijs. Ik kijk nog eens naar hem en concludeer dat hij helemaal niet zo knap is. Zijn donkerbruine haar vloekt met zijn blauwe ogen en eigenlijk stinkt zijn aftershave zo dat ik maar een stukje verder naar de armleuning toeschuif. Niks voor jou joh zo’n jongen. Ik blijf het maar herhalen, totdat ik het zelf bijna geloof. Bijna.
Dan stopt de trein. “Hé, ik moet er hier uit, zie je snel weer!” De jongen staat op, pakt zijn bagage en net als hij de klapdeur open wilt doen, schreeuw ik hem na: “Roger, veel plezier dit weekend hè!” Hij draait zich om en kijkt me verbaasd aan. “Hoe weet je mijn naam?”
|