allereerst jouw tweede vraag:
teken altijd eerst de contructiestralen behorend bij de lens. Als de lichtstralen achterlens op 1 punt samenkomen, noem je dit het beeldpunt.Alle stralen achter de lens komen hier samen.
Als de lichtstralen na de lens uit elkaar lopen (divergeren), dan betekent dat dat het beeldpunt voor de lens ligt. Je tekent dan de virtuele stralen door de stralen die achter de lens zijn ontstaan in een rechte lijn voor de lens door te tekenen. De stralen komen dan voor de lens in een beeldpunt terecht.
--> alle stralen lijken uit dit virtuele beeldpunt te komen, dus kun je alles stralen tekenen die je maar wilt.
bij zowel positieve als negatieve lenzen geldt de algemene lenzenformule:
1/f = 1/b + 1/v of S = 1/f --> let wel op dat bij een virueel beeld, de beeldafstand negatief is!
Sander
|