Want duizendmaal zachter is je huid dan mijn deken, warmer ook en lieflijk. Je beweegt onder mijn vingers en ik geniet van hoe je van me weg kronkelt zonder me te verlaten. Ik weet niet zo goed of je nou nog slaapt of doet alsof. Toch, je vreemde glimlach alsof je niet hier bent overtuigt me dat je slaapt. Je slaapt zo rustig en diep, nee, dan ik. Met mijn gewoel en gedraai en gezucht en gemurmel. Het is niet zo vroeg meer, dus het geeft niet dat ik alweer wakker ben. Ik ben graag eerder wakker dan jij. Het zien op en neer gaan van je borst op het ritme van je ademhaling maakt me telkens rustig. Toch, al mijn verliefdheid kan niet voorkomen dat je ademhaling gaat vervelen en zachtjes streel ik met mijn vingertoppen de huid van je gezicht tot je ontwaakt.
__________________
geef je niet zo gauw gewonnen,
alles is nu pas begonnen
|