Sinds mijn vroegste kinderjaren
leef ik in een surrealistisch schilderij.
Ik ga op hoge poten door vijvers,
bespring paarden zonder hoofden,
in zalen die geen ramen hebben.
Men zegt ‘Kijk toch naar buiten:
de vogels, de bloemen’,
(en weet ik veel wat meer).
Ik kijk liever naar binnen,
maar als het dan echt moet.
Zo ontdek ik een horizon;
voor mij loopt lucht over in iets anders dan land
Ik huil en zij spreken:
‘Wat is er in godsnaam met
Maria aan de hand?’.
Ik zit daar en wacht maar,
‘En kijk toch naar buiten!
De zon en de maan’
nee, nu gaan we verder:
alsof ik met zon in mijn ogen
niet dood kan gaan.
Een denkbeeldig weiland,
en ik kijk omhoog.
Oh, zie mij eens buiten.
Ik lig maar en wacht daar
op het moment
dat ik geen wolken zie, maar
een hand die de lucht
als een stolp optilt.
En dat dan een stem zegt
‘Ik hoop dat mensen je zullen smaken’.
__________________
I'M NOT YOUR MOTHER'S FAVORITE DOG
|