het gaat in deze opgave over de breedtehang die turners doen in de ringen. Zij gebruiken hiervoor de m. latissimus dorsi die het schoudergewricht aan de humerus (bovenarm) verbindt. de massa van de persoon is 80 kg en even aanemen dat 1kg = 10 N
de geleverde spierkracht moet worden berekend in het linker schoudergewricht. Een juiste bewerking was dus dat op de ring 400 N werkt en dan maal de last arm en dat is gelijk aan de spierkracht maal de lastarm van die spier.
Ik heb het anders gedaan maar weet niet of dat ook juist is:
ik heb dus de zwaartekracht genomen die aangrijpt in het zwaartepunt van het lichaam. Deze kracht heeft een moment ten opzichte van het linker schoudergewricht. Dus ik doe:
Fz * rz = Fspier * rspier
is dit ook correct? er stond immer tussen haakjes achter de opgave: als je gegevens denkt nodig te hebben dan moet je die schatten. Dat geeft mij dus het idee dat er ook een andere manier mogelijk is dan de eerste.
|