Daar zat ik dan, achterop een fiets, dwars door Amsterdam rijdend. Ik voelde me al bijna een echte student. Al was het winter, de toeristen maalden er niet om. Ze keken hun ogen uit naar alle drugs en seks, waar ze speciaal voor naar Nederland waren gekomen. Een aantal winkels hadden hun kerstversieringen al opgehangen, terwijl Sinterklaas nog in mijn hoofd zat. Het maakte mij niets uit, al lagen er paaseieren in de winkel, mijn humeur viel niet meer te verpesten. Wat is het fijn mensen te spreken, waar je oprecht in geïnteresseerd bent, en een beetje rond te fietsen in de laatste zonnestralen van het jaar. Mijn billen deden steeds meer pijn; de achterband was lek.
Vijf maanden geleden heb ik geleerd hoe je een lekke band moet plakken. Het was zomer, de regen daalde op me neer. Koud was het niet, ik stond op mijn blote voeten op straat, te kijken naar mijn fiets die op de kop in een waterstroompje stond. Mijn band werd door een ander geplakt, het enige wat ik deed was de verschillende benodigdheden aangeven. Ik lachtte in de verte, het deed me denken aan de kleuter die samen met zijn vader een kaartenhuis had gebouwd: het joch ging er met alle eer vandoor, terwijl hij alleen maar de kaarten had aangegeven.
Een jaar of tien geleden; voor het eerst fietsen zonder zijwieltjes. Proberen en proberen, vallen, opstaan, en nog eens proberen. Het enige wat ik nog weet, is het gevoel dat ik had toen ik eindelijk 100 meter achter elkaar kon fietsen. Nog nóóit was ik zo trots geweest, nog nooit was ik zó stoer geweest. Ik kon fietsen!
Drie fietservaringen, die ik niet gauw zal vergeten. Hoe klein en onbenullig ze ook lijken, ik was gelukkig.
__________________
in the sky with diamonds.
|