Registreer FAQ Berichten van vandaag


Ga terug   Scholieren.com forum / Kunst & Cultuur / Verhalen & Gedichten
Reageren
 
Topictools Zoek in deze topic
Oud 01-07-2005, 18:39
Reynaert
Avatar van Reynaert
Reynaert is offline
Hierbij een verhaal waar ik een tijd terug mee begon, heel lang niets meer mee deed en waar ik uiteindelijk toch weer mee door ben gegaan. Het is slechts een eerste deel, als er behoefte aan is zal ik meer plaatsen.

De laatste watermolen

Bert woonde in een huis met een watermolen. Het lag in een groot natuurgebied, aan een rivier in het zuiden van het land. De achterzijde van het huis was omringd door water dat een grote plas vormde en grensde aan een gemengd bos. Aan de andere kant van het huis lagen uitgestrekte landerijen waar graan, maïs en aardappels werden verbouwd. ’s Winters was er geen mens te bekennen, in de zomer zag je af en toe een tractor op het land om te oogsten. De dichtstbijzijnde boerderijen lagen kilometers van het huis vandaan. Daardoor had hij weinig contact met andere mensen, hoewel hij daar sterk naar verlangde. Bert had het gevoel dat “de anderen” het altijd beter wisten, maar hij had zich daarbij nooit afgevraagd of zij daar ook zo over dachten. De meeste aanspraak had Bert van de ‘stadjers’: wandelaars en monumentbezoekers die er kwamen voor de rust en het oude, achterhaalde boerenleven. Natuurmonumenten had er drie wandelpaden aangelegd waar vooral tijdens de zomervakanties dankbaar gebruik van werd gemaakt. Dan ‘draaide’ de watermolen ook de meeste omzet; echt draaien deed hij echter niet meer. Wel kreeg Bert het hele jaar door subsidie, onder het voorbehoud dat hij zijn huis deels zou laten inrichten als historisch pand en toegankelijk zou maken voor publiek. Hier was hij kort na zijn terugkeer uit de stad mee akkoord gegaan. Hij kwam terug omdat zijn vader was overleden. Indertijd was hij een werkloze ex-student en had minder centen te makken dan de zwervers uit de stad. Zijn vader liet Bert geen geld na, hij mocht alleen het huis en het meubilair hebben. De notaris weigerde hem te vertellen wat er met de financiën van zijn vader zou gebeuren.
Korte tijd na de afwikkeling van de begrafenis kreeg hij een envelop van de notaris. Hij had het huis officieel geërfd. Er zat een brief die hij terug kon sturen om te verklaren dat hij het pand gedeeltelijk als historisch monument zou openstellen. De verbouwing zou voor hem worden geregeld. Zonder aarzelen tekende Bert het ambtelijke document. Zolang hij hier zou wonen zou hij zich financieel geen zorgen meer hoeven maken.
Berts moeder was al veel eerder overleden. Ongeveer anderhalf jaar na zijn geboorte werd er een zeldzame ziekte bij haar geconstateerd en twee weken later was ze dood. Bert leefde de rest van zijn jeugd met zijn vader in het huis met de watermolen. Zijn vader was makelaar, ook al was hij daar eigenlijk te slonzig voor. Zijn haren waste hij hoogstens een keer in de week en hij had vaak zulke lange nagels dat ze groen werden door het vuil dat eronder kwam. Bert had hem een keer gevraagd waarom zijn nagels groen waren. Zijn vader zei dat het rouwrandjes waren. Sindsdien dacht Bert dat zijn vader er een eerbetoon aan mama op nahield door zijn nagels lang te laten groeien. Hij wilde zijn nagels ook niet meer knippen.
Bert en zijn vader konden slecht over het overlijden van ma praten. Ze probeerden het wel eens maar Bert merkte dan dat het gesprek op de oppervlakte bleef drijven. Als hij vroeg hoe zijn moeder was kreeg hij haar CV te horen, als hij vroeg hoe zij in het leven stond kreeg hij als antwoord ‘met beide benen op de grond’. Één keer vroeg hij of pa wel eens verdrietig was omdat mama was gestorven. Hij werd zonder eten naar bed gestuurd.
Gedurende de jaren op de basisschool werd hij elke dag met de auto naar school gebracht. In het weekend bezochten ze vaak zijn opa en oma. Zo af en toe gingen ze naar de stad om boodschappen te doen of bij de klanten van zijn vader langs te gaan. Dat urbane vond Bert het mooist: straten gevuld met mensen die allemaal met iets belangrijks bezig waren. Luxe auto’s die de straten en parkeerplaatsen vulden, en winkels waar ze vijftig soorten snoep verkochten. Of dan de hallen waar je videospelletjes kon spelen. Hij mocht nooit zo’n spel spelen, maar bleef er vaak genoeg naar kijken als hij even buiten moest wachten. Elke keer dat hij vroeg of hij ook eens zo’n spel mocht doen beloofde zijn vader om eenmaal thuis met hem een écht spel te doen, ganzenbord of schaak. Niettemin kwam daar zelden iets van terecht.
Op zijn zestiende verjaardag nam zijn vader hem mee naar de bioscoop. Er draaide een dramatische film over iemand die in coma lag, na een fysiek treffen met de bliksem. Het vreemde eraan was dat de hoofdpersoon zich zelfs in zijn droomwereld ervan bewust was dat hij volkomen bewusteloos was. De slotscène vond Bert het mooist. Ze zagen onder begeleiding van een droevig pianospel hoe de hoofdfiguur met een meisje in een graanveld lag. Het was mediterraan warm, in de verte klonk het geluid van krekels. Plotseling werd de lucht onheilspellend donker. Berts vader fluisterde dat deze plotselinge verandering wel een beeldeffect moest zijn. Zijn vader was geboren met een onbeheersbaar luide stem waardoor hij, zelfs als hij fluisterde, zo luidruchtig was dat men alles wat hij zei zeker drie rijen achter hen letterlijk zou kunnen reciteren. Vanwege deze en nog veel meer onbehouwen eigenschappen schaamde Bert zich een beetje voor zijn vader, vooral als er stadjers in de buurt waren. Natuurlijk was die weersverandering een effect, dat sprak voor zich en maakte de film in zekere zin alleen maar mooier.
De man in de film strekte zijn hand naar de hemel waar nu zachte nevelregen uit viel. Het meisje lag opeens niet meer naast hem maar stond een heel stuk verderop onder een boom. Ze maande hem om bij haar te komen. De man schreeuwde dat ze daar weg moest gaan, maar ze reageerde daar niet op. De grond was drassig en de fijne regen sloeg om in een stormachtige plensbui. Het meisje bleef zwaaien en met haar wijsvinger gebaren, maar ze verzette geen stap. De man begon zich een weg naar haar te banen door het natte graan. Plots hield hij zijn pas in en richtte zijn gezicht in slowmotion naar de hemel. Er klonk een ware explosie van geluid, het beeld flitste wit en er was een stilte. De muziek hief weer aan en de naam van de regisseur verscheen. Het was overweldigend. Zijn vader stond op en schoof zich langs de zittende mensen naast hen.
“Ik wil de aftiteling nog zien pa”, zei Bert. Hij kreeg geen reactie, aarzelde even maar bleef toch zitten. Een minuut later haastte Bert zich achter zijn vader aan. Hij excuseerde zich tegenover iedereen die hij aanstootte. In de gang naar buiten hingen posters van de films die momenteel werden gedraaid. Hij probeerde tijdens het voorbijlopen de titels in zijn hoofd te prenten. Eenmaal buiten rende hij naar de auto van zijn vader die al uit het parkeervak reed. De auto draaide de weg op, Bert kon nog net op tijd ervoor gaan staan. De auto stopte. Bert opende het portier en ging hijgend naast zijn vader zitten.
“Zullen we ergens wat gaan eten?”, vroeg deze.
“Je reed bijna weg”, hijgde Bert.
“Ik ga niet wachten op een lap tekst, je wist dat ik wilde vertrekken.” Ze stonden voor een stoplicht, vader trommelde met zijn vingers op het stuur. Zonder zijn hoofd opzij te draaien zei Bert: ”Die mensen verdienen aandacht voor hun naam, iedereen moet weten door wie die film gemaakt is.”
“Een naam is niks”, antwoordde zijn vader. “Waarom denk je dat je Bert heet? Omdat het eenvoudig is, geen valse pretentie, geen lucht met een mooi etiket. Gewoon lucht.”
Ze zwegen. Zijn vader liet een wind. Ongelooflijk dat sommige mensen dat humoristisch vinden; Bert walgde ervan.
“Zeg pa, wat vond je van de film?”
“Ja, mooi hoor. Vooral hoe ze op het einde zijn ontwaken symboliseerden door die droom van de blikseminslag.”
“Zijn ontwaken? Nee, hij ging natuurlijk dood op het einde. Misschien door een hartaanval.” Of een gebroken hart, dacht Bert, maar dat sprak hij niet uit. “Die droom was zijn allerlaatste gedachte.”
“Jongen, hij werd wakker. Dat kon je aan alles merken, de opbouw van de film, de muziek, de effecten die ze gebruikten. En nu wil ik er niets meer over horen.”
Bert had niet eens meer naar de laatste zin van zijn vader geluisterd. Hij overwoog of hij zijn dromen ook gedachten kon noemen. Ze werden opgeroepen door de hersenen, maar controle had hij er niet over. Hoewel, hij had ergens gelezen dat mensen konden dromen wat ze maar wilden, er scheen een of andere techniek voor te zijn. Uitsluitend op de droom concentreren vlak voor het slapengaan, of zoiets. Dat moest hij vanavond maar eens proberen.
Eenmaal thuis sloeg Bert de kat van de bank en zette de televisie aan. Zijn vader kwam beneden met een schaakbord en een doos waar de stukken in zaten. Hij had zijn gelegenheidsglimlach op, waarvan Bert vermoedde dat hij die ook elke dag gebruikte om vertrouwen te winnen bij zijn cliëntèle. Buiten scheen een zwakke avondzon over de velden, als waterverf uitgelopen over een donkeroranje lucht.
“Laat maar pap”, zei Bert. Laat maar pap, alsof het betrekking had op zijn hele vaderschap. Vertrek en verrek maar, kom nooit meer terug. Bert had indertijd een cynische hekel aan alles wat ook maar enigszins kon lijken op een verzoeningspoging. Later leerde hij dat af, vooral toen hij merkte dat je bijna alles kon verlangen van iemand die het goed wilde maken.
Daar stond zijn vader, het schaakbord vervreemd van zijn handen. De glimlach droop van zijn gezicht. Even bleef hij nog in de kamer staan, draaide zich daarna zuchtend om en liep de kamer uit. Bert hoorde dat hij sloffend de trap op liep en doordat er daarna geen piepend geluid klonk wist hij dat zijn vader zou gaan slapen. Hij bleef lang naar de televisie kijken, net zolang totdat er een seksfilm op kwam. Hij trok de gordijnen dicht, pakte een flesje bier uit de kelder en ging languit op de bank liggen. Het was een moment om volslagen tevreden te zijn, met zichzelf en zijn leven. Hij keek de kat aan en fluisterde “ik hou van je”.
Met citaat reageren
Advertentie
Oud 04-07-2005, 11:21
Reynaert
Avatar van Reynaert
Reynaert is offline
Is het te lang of niet interessant genoeg?
Met citaat reageren
Oud 04-07-2005, 11:26
Verwijderd
Citaat:
Reynaert schreef op 04-07-2005 @ 12:21 :
Is het te lang of niet interessant genoeg?
Mmm, geen van beide hoor, ik heb het alleen maar druk met andere dingen. Binnenkort zal ik deze tekst eens doorlezen.
Met citaat reageren
Oud 04-07-2005, 11:46
CSN
Avatar van CSN
CSN is offline
Ik vind het wel interessant. Ik houd van de sfeer. Ik zou nu heel flauw de paar zinnen die ik niet zo fijn vond lopen kunnen citeren en ik geloof dat je ergens een woordje miste maar ik zal dat niet doen omdat ik de sfeer moet vasthouden. Tenzij je wilt dat ik dat doe natuurlijk.

In dit eerste stuk gebeuren er, denk ik, nog niet veel dingen die later een sterke invloed op het verhaal zullen hebben en ik ben benieuwd of je de fijne rustige schrijfstijl zal kunnen handhaven wanneer het verhaal verder gaat.
__________________
I'M NOT YOUR MOTHER'S FAVORITE DOG
Met citaat reageren
Oud 04-07-2005, 18:15
Vogelvrij
Avatar van Vogelvrij
Vogelvrij is offline
Citaat:
Reynaert schreef op 04-07-2005 @ 12:21 :
Is het te lang of niet interessant genoeg?
Het is vooral zo'n lap tekst.. Kun je er niet wat losse stukken van maken, af en toe een extra enter of zo?

Het is nog maar het begin, dus eigenlijk kan ik nog niet zoveel over de verhaallijn zeggen, maar volgens mij gebeurt er nog niet zo erg veel in, of wel?
__________________
Het werkelijke leven is een veel oppervlakkiger gedoe dan men zichzelf bekennen wil. (T. Thijssen)
Met citaat reageren
Oud 04-07-2005, 19:12
Verwijderd
Ik vind het een goed inleidend stuk, makkelijk om door te blijven lezen, ookal ziet de tekst er fysiek niet zo uit.
Citaat:
De achterzijde van het huis was omringd door water dat een grote plas vormde en grensde aan een gemengd bos.
Hier zou ik een komma of twee plaatsen. Het deert niet als je hier de gevreesde 'komma-en' combinatie krijgt, want anders is de zin zo lang dat het niet leuk meer is. Hoe kan een achterzijde omringd zijn, overigens?

Grimm.
Met citaat reageren
Oud 04-07-2005, 19:54
Reynaert
Avatar van Reynaert
Reynaert is offline
Misschien moet ik maar eens wat aan de opmaak veranderen, ik denk dat wat witregels inderdaad niet zullen misstaan. Het punt is alleen dat ik in het document de 'grotere' stukken scheidde met een enter. Maar ik zal voordat ik hier plaats voortaan ervoor zorgen dat het wat makkelijker leesbaar is.

CSN: Als jij dat graag wil doen, dan wil ik graag dat je het doet. Over een paar dagen plaats ik wel een nieuw stuk, dan kun je zelf zien hoe dat zit met de stijl.

Vogelvrij: Ik ga er geen oordeel over vellen of er veel of weinig gebeurt, dat laat ik aan jullie over. Het tempo ligt wel laag, maar dat is ook de bedoeling.

Grimm, die zin is inderdaad niet zo mooi. Ik zal er nog eens naar kijken. En zie verder:

Met citaat reageren
Oud 05-07-2005, 08:06
Vogelvrij
Avatar van Vogelvrij
Vogelvrij is offline
Citaat:
Reynaert schreef op 04-07-2005 @ 20:54 :
\

Vogelvrij: Ik ga er geen oordeel over vellen of er veel of weinig gebeurt, dat laat ik aan jullie over. Het tempo ligt wel laag, maar dat is ook de bedoeling.

\
Maar je beseft zelf wel dat het tempo laag ligt, maar als dat de bedoeling is, dan is het goed, denk ik? Het wordt dan wel moeilijk om de aandacht vast te houden, misschien.. Ik weet niet, ben ook wel benieuwd naar een volgend deel.

Enne... Gefeliciteerd?
__________________
Het werkelijke leven is een veel oppervlakkiger gedoe dan men zichzelf bekennen wil. (T. Thijssen)
Met citaat reageren
Oud 05-07-2005, 08:50
Verwijderd
Ja! Hiep hiep hiep hiep hiep hiep hiep hiep hiep hiep hiep hiep hiep hiep hiep hiep hiep hiep hiep hiep hiep hiep hoera voor onze Reynaert!
Met citaat reageren
Oud 05-07-2005, 09:52
CSN
Avatar van CSN
CSN is offline
Het klinkt meer als het begin van een boek dan het begin van een verhaal van een bladzijde of 6 (hoe lang is het?), en ik snap dat dat niet is wat meestal op letteren gepost wordt, maar ik vind het wel fijn dat het zo rustig begint en eens niet over tienermeisjes met problemen of een hevige verliefdheid gaat.
__________________
I'M NOT YOUR MOTHER'S FAVORITE DOG
Met citaat reageren
Oud 05-07-2005, 10:11
Verwijderd
Citaat:
CSN schreef op 05-07-2005 @ 10:52 :
... eens niet over tienermeisjes met problemen of een hevige verliefdheid gaat.
Dat soort verhalen vind ik ook vrij vervelend.
Met citaat reageren
Oud 06-07-2005, 00:05
Reynaert
Avatar van Reynaert
Reynaert is offline
Bedankt voor jullie felicitaties. CSN, het wordt geen boek omdat ik de hoofdlijnen al ongeveer bepaald heb, misschien dat het net genoeg materiaal zou zijn voor een novelle. Maar dan zou ik het hier niet plaatsen. Deel twee.

------

Bert zou onmiddellijk na het afronden van zijn middelbare school naar de stad verhuizen om te studeren. Hij wilde zich aanmelden bij de Kunstacademie. Op het aanmeldingsformulier stond dat men minimaal één film of vier foto’s in moest sturen. Bert had geen camera. Zijn vader weigerde deze voor Bert te betalen want hij was fel tegen de studiekeuze van zijn zoon. “Het gebeurt niet”, zei hij droogjes, waarbij hij in het midden liet of dat betrekking had op de camera of op zijn aanmelding in het algemeen. Waarschijnlijk op beide. Bert schreeuwde dat hij toch deed waar hij zin in had. Er viel een stilte. Zijn vader zette een gekwetst gezicht op en ging aan de zijkant van het huis op een stoel in het gras zitten. “Mooi”, dacht Bert, “hij heeft me in ieder geval niet geslagen.” Niet dat hij ooit een tik gekregen had, maar hij achtte zijn vader in dit geval goed in staat om hem een flink pak rammel te verkopen, want Bert had eigenlijk nog nooit iets gedaan waar zijn vader het niet mee eens was.

Ze spraken een paar dagen niet meer met elkaar. Het was zomer, Hollands warm en Bert had vrij. Zijn leven leek in dat afgelegen huis uiteen te vallen in minuten vol lege seconden. Alle zomers van vroeger waren beter geweest omdat ze sneller voorbij waren. Toen had hij elke dag van zijn zomervakantie iets volstrekt nutteloos gedaan. Toch was hij elke avond voldaan gaan slapen. Nooit had hij getwijfeld aan zijn daden, hij had nergens anders zin in gehad dan in wat hij deed. Nu had hij overal zin in, behalve in wat hij deed. Bert merkte ook dat hij anders was gaan denken over de tijd, achter de toekomst lag opeens een verleden. Naarmate dat groeide voelde hij dat alles wat hij deed steeds kleiner werd, totdat hij niets van betekenis meer zou kunnen doen. Zelfs het filmscript waar hij aan werkte betekende eigenlijk niet veel en hij was verre van tevreden, maar het was zijn enige hoop op het voortduwen van de tijd, alsof zijn leven pas opnieuw zou beginnen als hij dat af had.
Op een ochtend, toen hij in de spiegel keek, kreeg hij een idee. Hij wist het goed gemaakt met zijn vader. Ondertussen duwde hij zijn onderlip omlaag en bekeek zijn gebit. Het tandvlees was ontstoken en de tanden waren bedekt onder een gele uitslag. Eigenlijk was hij best lelijk. Hij had flets bruin haar dat plat op zijn hoofd lag. Haar was dan wel iets dat van nature al dood was, maar zo dood als het zijne kwam je het zelden tegen. Normaal gesproken had hij een witte huid maar deze was nu lichtrood doordat hij af en toe een uurtje buiten had gezeten. Hij had diepe kassen en kleine ogen waardoor de huid eromheen altijd in de schaduw lag. Dit had hem een onheilspellend voorkomen kunnen geven als het niet zo volledig in contrast stond met zijn lichte huid en scheve smoelwerk. Hij was een clown. Maar vandaag stond het geluk aan zijn kant, hij had zin om met zijn vader te spreken. Het enige wat hij hoefde te doen was het juiste moment af te wachten. Bert poetste zijn tanden en grijnsde nog eens. Hij vroeg zich af hoe snel deze dag weg zou glijden.

Tijdens het avondeten vatte Bert genoeg moed om te spreken.
“Vader, ik heb nog eens nagedacht over uw advies. Een studie met perspectief, wat voor studie zou dat zijn?”
Zijn vader keek op van zijn bord en legde zijn bestek neer. Hij glimlachte.
“Nou, het meeste perspectief vind je tegenwoordig toch wel bij de economische studies. En aangezien je bij de overheid niet snel op straat wordt gegooid wanneer het tij keert, lijkt mij fiscale economie echt de ideale studie voor jou.”
Bert keek even bedachtzaam en probeerde te doen alsof hij het overwoog.
“Ik heb een idee. Als u voor mij een camera koopt, zal ik me ook inschrijven voor die studie. Wanneer ik dan afgewezen wordt door de Kunstacademie zal ik me daarbij neerleggen en economie gaan studeren.”
“Geen denken aan.”
Hij zei niet: het gebeurt niet. Dit was een kat in het bakkie.
“Maar pa, zie het als een weddenschap, een spel voor mijn part. Er zijn honderden aanmeldingen voor de Kunstacademie, denkt u werkelijk dat ze mijn onervaren geschoten filmpje daaruit zullen kiezen?”
Bedachtzaam roerde vader met zijn lepel door zijn eten.
“Ik weet het goed met je gemaakt. Je krijgt van mij een fototoestel, wat je me later hoe dan ook terugbetaalt. Als je niet toegelaten wordt of als later blijkt dat je de opleiding niet aankan ga je fiscale economie studeren. En je blijft dat dan studeren tot je het diploma behaald hebt.”
“Toe nou, ik wil een videocamera.”
“Vergeet het maar. Zoek het maar uit.”
Zuchtend gaf Bert tenslotte toe, ook al begon hij nu aan zijn besluit te twijfelen. De volgende dag kreeg hij een tweedehands fototoestel. Het was een ouderwetse camera die er zo breekbaar uitzag dat Bert dacht dat het toestel uit de begintijd van de kleurenfoto stamde. Het was een eenvoudig model, hij wist meteen het wieltje voor de sluitertijd te vinden en kon het diafragma instellen door aan de lens te draaien. Hij opende de camera; er zat al een fotorolletje in.

Meteen sprintte hij naar buiten om zijn eerste foto te nemen. Hij ging om het huis heen, via het bruggetje naar de achterkant. Daar was de watermolen, bevestigt aan de achterzijde van het huis. Het huis werd door de zon gehalveerd in een licht en donker gedeelte, waarbij de scheidslijn precies over de watermolen lag. Nauwkeurig nam hij foto’s en varieerde het perspectief door op zijn knieën te gaan zitten.
Voor de volgende foto rende hij naar de velden aan de voorzijde van het huis. Over de weg liep een jonge boer met een kruiwagen vol zand. Joviaal stak hij zijn hand op waardoor de kruiwagen op zijn zij viel.
“Ik wist niet dat jij aan fotografie deed?”, vroeg hij terwijl hij het zand met een schop in de bak begon te scheppen.
“Dan weet je het nu Ed”, antwoordde Bert en hij sprong het graanveld in. Bert vond boer Ed een suffe zak. Eens had Ed hem gezworen dat hij naar de stad zou verhuizen als hij zo groot was als zijn vader. Maar zijn vader, een reusachtige man met een bulderende hoest, werd ziek en Ed werd geacht het bedrijf over te nemen. Toen Bert hem eraan herinnerde wat Ed ooit eens beloofd had antwoordde deze heel flauw “ik ben nog steeds niet zo groot als mijn vader”.
“Zeg”, riep Ed hem na, “als je die foto’s hebt ontwikkeld moet je maar eens langskomen om ze te laten zien. Zou pa ook leuk vinden.” Bij wijze van antwoord stak Bert zonder om te kijken zijn duim op. Ed mocht in Bert’s optiek dan wel een minderwaardig mens zijn, hij was zelf ook niet zo waardig dat hij eerlijk zei dat hij de rochelende stapel mens in die kamer verafschuwde, dat het altijd stonk naar de vlassige sigaren die Ed rookte, dat hij Ed liever nooit meer zag en dat het voor iedereen beter zou zijn als de bliksem op hun boerderij zou inslaan.

Bert hurkte en hield de camera precies boven de toppen van de graanplanten, zodat het hele veld er vanuit een laag perspectief op zou staan. Hij overpeinsde wat hij verder nog zou kunnen fotograferen. Er vloog een kraai op. Zijn hand liet hij tussen de stengels waaien. Opeens had hij een idee en ontzettend blij met zichzelf liep hij terug naar huis. Op het houten bruggetje naar de zijkant van het huis hoorde hij de kat al luid haar beklag doen. Toen Bert bij de zijdeur was schrokken hij en de kat van elkaar. Hij hield zijn pas in, de kat staakte haar klaagzang. Verontwaardigd over zijn eigen angst liep Bert naar de deur en duwde de kat met zijn voet weg bij de deur.

“Het buitenleven is goed voor je”, zei hij terwijl hij de deur sloot. Zijn vader was al naar bed. Morgen zou hij vroeg moeten opstaan, het liefst voor zonsondergang. Geweldig, geniaal, briljant was zijn idee. Bert besloot snel te gaan slapen, des te eerder zou hij genieten van even geniale dromen. Naakt stapte hij in bed, want hij had ergens gelezen dat échte stadsmensen naakt slapen. “Wat hou ik toch van mezelf”, dacht hij nog voordat hij in slaap viel.
Met citaat reageren
Advertentie
Reageren


Regels voor berichten
Je mag geen nieuwe topics starten
Je mag niet reageren op berichten
Je mag geen bijlagen versturen
Je mag niet je berichten bewerken

BB code is Aan
Smileys zijn Aan
[IMG]-code is Aan
HTML-code is Uit

Spring naar

Soortgelijke topics
Forum Topic Reacties Laatste bericht
Psychologie [Pesten] Mijn broertje gaat hieraan onderdoor
Tuinkabouter !!
55 13-10-2003 15:53


Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 02:16.