Registreer FAQ Berichten van vandaag


Ga terug   Scholieren.com forum / Kunst & Cultuur / Verhalen & Gedichten
Reageren
 
Topictools Zoek in deze topic
Oud 30-11-2005, 10:07
Tovenaar
Tovenaar is offline
Dit verhaal heb ik geschreven als opdracht van school, namelijk een literair reisverhaal. Alle kritiek is, zoals altijd, gewenst.


De zoektocht naar de heide

Met een devoot gebaar haalt Hans de foto uit zijn broekzak. Zijn vermoeide ogen lichten op bij het zien van de diverse roze en paarse tinten. De lange wandeling in deze barre december heeft zijn lichaam moe en koud gemaakt, maar hij weet dat hij slechts enkele honderden meters plus twee bevroren vingers verwijderd is van de eerste ontmoeting met zijn geliefde: de heide.

Hans had de prinses onder de planten, zoals hij de heide liefkozend noemde, vier weken geleden voor het eerst gezien op een vakantiefoto van vrienden. Sindsdien droomde hij zichzelf elke nacht bij een oneindige zee met een betoverend mooie gloed, waarin alle kleuren die heide kan aannemen zich hadden vermengd. Koel licht roze, warm donker paars, ze straalden zijn ogen tegemoet. Hans wilde erin duiken, zich laten overspoelen door de golven van zijn prinses. Maar zelfs in zijn mooiste droom had hij niet de moed om voorbij de rand van een heideveld te gaan. Hans had heide nog nooit van dichtbij gezien, laat staan aangeraakt. Ze kon wel stekels hebben.

Elke ochtend werd Hans wakker met het onbehaaglijke gevoel dat zijn angst voor het onbekende zijn liefde voor de heide in de weg stond. Tot hij besloot, dat alleen kennis die angst kon wegnemen. Hij belde een vriend op, die in het bestuur zat van Natuurmonumenten, en vroeg hem over de heide te vertellen. Hans leerde over de klokvormige bloemen, over de lijnvormige blaadjes van struikheide die in vier rijen groeien, in tegenstelling tot die van dopheide, want die groeien in kransen. Hoe meer hij hoorde, hoe groter het verlangen om zelf heide te zien. ‘Waar kan ik haar vinden?’ onderbrak hij plotseling zijn vriend. ‘Nou, het Dwingelderveld, in Dwingeloo, een dorpje in Drenthe, is beroemd om zijn mooie heide. Je moet alleen wel weten dat…’ maar Hans stormde de deur al uit.

Dat was gisteren. Vandaag was Hans vanuit zijn woonplaats Amsterdam met de trein naar Hoogeveen gereisd, om vanaf daar met een klein, benauwd busje naar Dwingeloo te rijden. Een gebied waar de stilte en de leegte strijden om de troon van eenzaamheid. Het enige levende schepsel wat hij tijdens de rit tegenkwam, naast de onverstaanbare, norse chauffeur, was een koe die in een verweerde stal op een grasspriet stond te kauwen. Toen Hans was uitgestapt, zag hij tot zijn geluk dat er op de Brink wel wat huizen stonden. Hij was namelijk nu wel in Dwingeloo, maar had geen idee hoe hij bij het Dwingelderveld zou geraken.

Uiteindelijk had hij van een oud vrouwtje in Drentse klederdracht te horen gekregen hoe hij moest lopen. ‘Het is een stief kwartiertje hier vandaan’, kraakte ze twee uur geleden. Hans voelde de stekeltjes in zijn voeten, ze prikten door zijn huid heen. Hij was zo moe van het worstelen door zand, veen en kou, dat hij nauwelijks nog op zijn benen kon blijven staan. Hans miste het gemak van Amsterdam. Geen metrolijn, niet eens een bushalte of een paal om een taxi te bellen, alleen maar eindeloze weilanden. De enige kleuren die Hans zag waren groen, lichtbruin en donkerbruin.

Maar het zien van de heide, weliswaar op de vakantiefoto die hem vier weken geleden verliefd maakte, geeft hem nieuwe moed. Daar, waar de weg ophoudt, na die bocht naar links, daarachter moet het liggen. Hans strompelt niet meer, hij rent over het moerassige pad, op weg naar zijn prinses. ‘Bijna bij je, paarse schoonheid, bijna.’ Hans hijgt, nog een paar meter, eindelijk haar ruiken, strelen, omhelzen. Een sprint de bocht om, een bevrijdende lach op het gezicht. Een schreeuw, van vreugde? Nee. Van woede, van verbazing. Van ongeloof.

Een enorme vlakte vol sombere, bruine takjes staart Hans tegemoet. Nergens een glimp van de zee van roze en paars die zijn hart open had doen springen. Zou ze dan niet bestaan, zou die foto hem hebben bedrogen? Dat kon niet waar zijn, dan hadden al zijn vrienden ook gelogen. Hans begint te dwalen, richting het oosten, richting het westen. In het noorden is geen roze gloed, in het zuiden geen paarse stralen. Maar hij blijft zoeken, misschien achter dat ven, ‘moet haar vinden, moet haar vinden’, Hans valt, staat op, rent door, valt weer, krabbelt weer overeind. In zijn ogen staat de wanhoop geschreven, zijn lichaam geeft het op maar zijn geest is vastberaden, bezeten door de gedachte aan de prinses onder de planten. Dan stort Hans voor het laatst ter aarde, tussen de bruine takjes zonder paarse of roze bloemen, en uitgeput valt hij flauw.

Als hij weer bijkomt, is het al nacht. De hemel is helder, bezaaid met sterren. Hans kijkt naar ze en ineens ontstaat er een glimlach op zijn vermoeide gelaat. Hij heeft nooit geweten dat sterren zo mooi kunnen schitteren. Thuis in Amsterdam heeft hij geen tijd om het te zien. Plotseling hoort Hans iets naar zijn voeten sluipen. Dat beest kent hij wel, het is een vos. ‘Wat een mooie vacht’ mompelt Hans. Nu pas ziet hij ook, al is het in het donker moeilijker te zien, hoe sereen de vennen erbij liggen. En ineens ziet hij veel meer van het Dwingelderveld. Verderop in het bos loopt een ree, en het bos zelf, dat hij tot nu toe alleen maar voorbij heeft gelopen, blijkt een vredige verzameling van loof- en naaldbomen.

Hans wandelde nog uren over het stille, sprookjesachtige Dwingelderveld, met zijn rijke diversiteit aan natuur. Hij verbaasde zich over de spanwijdte van een roofvogel, bleef tientallen minuten staan om zich af te vragen waarom hij nooit had geweten dat een schaapskudde zo’n zorgeloze uitstraling had, en zwierf volkomen gelukkig langs de heerlijke groene akkers. Toen hij thuis was, vervloekte hij de massale chaos en kilte van de grote stad, en besloot zo snel mogelijk weer een bezoek te brengen aan het Dwingelderveld. Omdat zijn werk hem in beslag nam, duurde dat tot de zomer. In augustus bloeide de heide wel, en zag hij eindelijk haar roze en paarse gloed. Maar de ontroering over een ree met jonkies was groter.
__________________
L'art pour L'art. Gaat heen en schrijf!
Met citaat reageren
Advertentie
Oud 30-11-2005, 17:12
I C U
Avatar van I C U
I C U is offline
Mooi. Aan de ene kant komt het overdreven over, aan de andere kant juist niet; er is nagedacht over de woordkeus. Het leest wel makkelijk, ik was er zo doorheen. Verder kon ik weinig fouten ontdekken, eerlijk gezegd had ik die ook niet verwacht

De inhoud is origineel, nooit gedacht dat mensen zo van heide houden konden Hoewel, heide is tenslotte wel erg mooi... Anyway, de inhoud/het verhaal is zeker een pluspunt.

Het einde vind ik abrupt, een beetje plotseling. Eerst een heel verhaal over hoe hij er komt, hoe hij over die heide huppelt, en vervolgens is hij weer in Amsterdam en komt hij ooit nog es terug. Misschien dat je iets anders kan verzinnen? Sowieso zou ik bij die terugkomst met een nieuwe alinea beginnen.
__________________
Ik ben ook maar een product van mijn opvoeding.
Met citaat reageren
Advertentie
Reageren


Regels voor berichten
Je mag geen nieuwe topics starten
Je mag niet reageren op berichten
Je mag geen bijlagen versturen
Je mag niet je berichten bewerken

BB code is Aan
Smileys zijn Aan
[IMG]-code is Aan
HTML-code is Uit

Spring naar

Soortgelijke topics
Forum Topic Reacties Laatste bericht
Verhalen & Gedichten Gala 2005
Verwijderd
6 19-12-2005 16:55


Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 15:19.